download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
tionale weerklank. Het radicale en republikeinse<br />
Frankrijk verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> stadhou<strong>de</strong>r in 1793 <strong>de</strong> oorlog.<br />
Tot het op <strong>de</strong> been gebrachte Franse volksleger<br />
behoor<strong>de</strong> een Bataafs Legioen dat uit gevluchte<br />
patriotten bestond. Voor <strong>de</strong> patriotten was <strong>de</strong><br />
Bataafse omwenteling slechts een voortzetting van<br />
het werk dat in 1787 was afgebroken. Het ging niet<br />
om <strong>de</strong> import van Franse i<strong>de</strong>eën maar om <strong>de</strong> mogelijkheid<br />
met Franse steun hun eigen i<strong>de</strong>alen te<br />
verwezenlijken.<br />
Wilschut is er in geslaagd een weinig tot <strong>de</strong> verbeelding<br />
spreken<strong>de</strong> maar cruciale episo<strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse geschie<strong>de</strong>nis op verhel<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> en<br />
aantrekkelijke wijze te presenteren. Het feit dat hij<br />
Goejanverwellesluis, het symbool van het ein<strong>de</strong> en<br />
<strong>de</strong> mislukking van <strong>de</strong> beweging, als kapstok gebruikt<br />
mag hem niet wor<strong>de</strong>n aangerekend. Goejanverwellesluis<br />
behoort nu eenmaal tot het collectieve<br />
geheugen op grond waarvan <strong>de</strong> historicus<br />
zijn publiek kan aanspreken.<br />
Louis Sicking<br />
Nina d’Aubigny, ‘Niet zo erg <strong>Holland</strong>s’. Dagboek<br />
van een reis naar Ne<strong>de</strong>rland (1790-1791). Van een<br />
inleiding en aantekeningen voorzien door Helen<br />
Metzelaar. Vertaling: H. Metzelaar en E.R. d’Engelbronner<br />
(Egodocumenten 21, Hilversum, Verloren,<br />
2001, 187 blz., ISBN 90-6550- 174-6).<br />
Het jaar 1790 was een betrekkelijk kalm jaar in <strong>de</strong><br />
woelige eindtijd van <strong>de</strong> Republiek. De opstand van<br />
<strong>de</strong> patriotten was enkele jaren daarvoor on<strong>de</strong>rdrukt<br />
en <strong>de</strong> Fransen waren <strong>de</strong> Republiek nog niet<br />
binnengevallen. Nina d’Aubigny kon dan ook<br />
rustig in juni van het jaar 1790 met haar ou<strong>de</strong>rs,<br />
een zusje en een broer, van Kassel naar Amsterdam<br />
reizen. Op het moment van vertrek was Nina<br />
18 jaar. De familie Engelbrunner – Nina gebruikte<br />
<strong>de</strong> achternaam van haar moe<strong>de</strong>r – reis<strong>de</strong> naar <strong>Holland</strong><br />
omdat haar va<strong>de</strong>r, die gezantschapsraadsheer<br />
was te Kassel, zijn twee zusters en zijn broer wil<strong>de</strong><br />
opzoeken. Het dagboek, of zoals Nina zelf schrijft<br />
haar ‘reisverslag’, begint op <strong>de</strong> dag van vertrek uit<br />
Kassel en eindigt bijna an<strong>de</strong>rhalf jaar later bij<br />
terugkeer in Kassel.<br />
De eerste paar maan<strong>de</strong>n hield Nina haar dagboek<br />
haast ie<strong>de</strong>r dag bij, maar vanaf oktober 1790<br />
nam <strong>de</strong> frequentie af. Eenmaal aangekomen in<br />
<strong>Holland</strong> verbeef <strong>de</strong> familie aan <strong>de</strong> Amsterdamse<br />
Keizersgracht. Later logeer<strong>de</strong> ze enige tijd bij ver-<br />
Boekbesprekingen 37<br />
wanten in Haarlem. Als meisje uit <strong>de</strong> betere kringen<br />
bracht Nina veel tijd door met het ontvangen<br />
of afleggen van visites, het spelen van spelletjes,<br />
wan<strong>de</strong>len en het draaien van papillotten. Nina had<br />
veel belangstelling voor muziek en ze kon zeer verdienstelijk<br />
zingen. Haar beschrijvingen van <strong>de</strong><br />
muziekavon<strong>de</strong>n waarop ze zelf actief optrad en<br />
haar beoor<strong>de</strong>ling van an<strong>de</strong>rmans muzikale kwaliteiten<br />
vormen een belangrijk thema in het dagboek.<br />
Ze beschrijft in <strong>de</strong>tail welke muziek werd<br />
uitgevoerd bij huisconcerten. Daarnaast bezocht<br />
ze ook openbare concerten zoals die bijvoorbeeld<br />
wer<strong>de</strong>n georganiseerd in <strong>de</strong> muziekzaal van Felix<br />
Meritis. Het waren overigens Nina’s muzikale uitweidingen<br />
die Helen Metzelaar ertoe brachten, dit<br />
dagboek te vertalen en te publiceren. Metzelaar,<br />
die on<strong>de</strong>rzoek doet naar <strong>de</strong> rol van vrouwen in het<br />
18<strong>de</strong> en 19<strong>de</strong>-eeuwse Ne<strong>de</strong>rlandse muziekleven,<br />
stuitte op het manuscript in het Amsterdamse gemeentearchief.<br />
E.R. d’Engelbronner, <strong>de</strong> eigenaar<br />
van het manuscript en een verre verwant van Nina,<br />
stem<strong>de</strong> er in toe dat Metzelaar ook diens vertaling<br />
raadpleeg<strong>de</strong> – het dagboek was oorspronkelijk in<br />
het Frans geschreven – en het ver<strong>de</strong>r geschikt<br />
maakte voor publicatie.<br />
Nina beschrijft echter niet alleen soupers, theevisites<br />
en muziek- en toneelavon<strong>de</strong>n. Ze doet ook<br />
uitgebreid verslag van haar toeristische uitstapjes<br />
naar Haarlem, Delft, Lei<strong>de</strong>n, Den Haag en Scheveningen.<br />
In <strong>de</strong>ze laatste plaats zag ze voor het eerst<br />
<strong>de</strong> zee. Interessant is het verslag van haar bezoek<br />
aan <strong>de</strong> Leidse universiteitsbibliotheek, het plaatselijke<br />
museum en <strong>de</strong> botanische tuin. Enthousiast<br />
beschrijft ze <strong>de</strong> collectie van het natuurhistorisch<br />
kabinet (met daarin on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een tarantula en<br />
een bosduivel). Ook het Museum Teylers in Haarlem<br />
werd door haar bezocht. De buitenzij<strong>de</strong> van dit<br />
museum vond ze niet mooi, maar ze was on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
indruk van wat er binnenin te zien was, met name<br />
van <strong>de</strong> elektriseermachine. Het spectaculairste uitje<br />
was ongetwijfeld <strong>de</strong> meerdaagse reis naar Texel.<br />
Op boeien<strong>de</strong> wijze beschrijft Nina haar bezoek aan<br />
een schip dat net was teruggekeerd uit Ceylon. Uit<br />
<strong>de</strong>ze uitgebrei<strong>de</strong> verhalen, die <strong>de</strong> dagelijkse beslommeringen<br />
overstijgen, blijkt dat Nina zeer<br />
on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>nd kon schrijven.<br />
De politieke situatie in <strong>de</strong> Republiek behan<strong>de</strong>lt<br />
Nina niet uitgebreid. Een enkele keer meldt ze er<br />
terloops iets over: ‘het gesprek ging in hoofdzaak<br />
over het oproer dat hier geheerst heeft, over vreselijke<br />
gevallen van wreedheid’ (p. 44). Nadat ze het<br />
Ou<strong>de</strong> Mannenhuis in Haarlem heeft bezocht,