download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
download de pdf - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
lijk niet in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse neutraliteit af te dwingen<br />
met behulp van een sterk leger. Dit falen kan<br />
echter niet geheel op het conto van Colijn wor<strong>de</strong>n<br />
geschreven, zelfs al had hij in 1922, als minister<br />
van Financiën, gepleit voor bezuinigingen bij Defensie.<br />
Ook tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Eerste Wereldoorlog had<br />
Ne<strong>de</strong>rland zijn afzijdigheid niet zozeer te danken<br />
aan zijn leger als wel aan <strong>de</strong> belangen die <strong>de</strong> oorlogvoeren<strong>de</strong>n<br />
had<strong>de</strong>n bij een neutraal Ne<strong>de</strong>rland.<br />
Na die oorlog ontstond in Ne<strong>de</strong>rland een sterke<br />
pacifistische stroming.<br />
De pacifisten waren echter niet verantwoor<strong>de</strong>lijk<br />
voor <strong>de</strong> inkrimping van het leger tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> eerste<br />
naoorlogse jaren. Zij zou<strong>de</strong>n pas in 1933 voor<br />
het eerst een vertegenwoordiger in <strong>de</strong> ministerraad<br />
krijgen. De confessionele partijen wil<strong>de</strong>n uit<br />
budgettaire overwegingen bezuinigen op Defensie-uitgaven.<br />
Ook <strong>de</strong> internationale ontspanning<br />
rechtvaardig<strong>de</strong> lagere uitgaven voor het leger. Pas<br />
nadat Hitler in Duitsland aan <strong>de</strong> macht was gekomen,<br />
nam <strong>de</strong> steun voor herbewapening toe, zij<br />
het uiterst langzaam. Het Ne<strong>de</strong>rlandse veiligheidsbeleid<br />
was traditiegetrouw gebaseerd op<br />
neutraliteit. In <strong>de</strong>ze opvatting kwam in het mid<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> jaren ‘30 een kentering. Hoge officieren wezen<br />
er op dat zowel Duitsland als Engeland belang<br />
kon<strong>de</strong>n hebben bij een bezetting van Ne<strong>de</strong>rland.<br />
Bovendien was <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong> oorlogsvoering inmid<strong>de</strong>ls<br />
sterk veran<strong>de</strong>rd: het luchtwapen had zijn<br />
intre<strong>de</strong> gedaan.<br />
In 1936 werd het Defensiefonds ingesteld.<br />
Ne<strong>de</strong>rland moest zich voorberei<strong>de</strong>n op mo<strong>de</strong>rne<br />
oorlogsvoering. De militaire uitgaven stegen nu<br />
sterk. In <strong>de</strong> jaren ‘20 werd gemid<strong>de</strong>ld 91 miljoen<br />
gul<strong>de</strong>n per jaar uitgegeven aan Defensie. In <strong>de</strong> jaren<br />
1930-1935 daal<strong>de</strong> dit bedrag tot 81 miljoen.<br />
Maar vanaf 1936 bedroegen <strong>de</strong> jaarlijkse uitgaven<br />
gemid<strong>de</strong>ld 150 miljoen! Toch liepen <strong>de</strong> Duitsers<br />
Ne<strong>de</strong>rland in 1940 in slechts vijf dagen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
voet.<br />
De ‘mythe van veertig’ is na <strong>de</strong> oorlog ontstaan.<br />
Volgens Nuij lever<strong>de</strong> Lou <strong>de</strong> Jong daaraan een belangrijke<br />
bijdrage. De Jong meen<strong>de</strong> immers dat <strong>de</strong><br />
vooroorlogse regeren<strong>de</strong> elite verzuimd zou hebben<br />
Ne<strong>de</strong>rland voor te berei<strong>de</strong>n op een oorlog. Als<br />
<strong>de</strong> eertijds invloedrijkste politicus kreeg Colijn <strong>de</strong><br />
grootste blaam. Nuij nuanceert <strong>de</strong>ze kritiek mijns<br />
inziens terecht door <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse houding te<br />
vergelijken met die van an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n: Frankrijk<br />
en Groot-Brittanië had<strong>de</strong>n hun leger zwaar verwaarloosd<br />
en me<strong>de</strong> daarom on<strong>de</strong>rnamen ze niets<br />
om Tsjecho-Slowakije te vrijwaren van Duitse be-<br />
Boekbesprekingen 53<br />
zetting. Ook <strong>de</strong> Poolse bevolking heeft nauwelijks<br />
wat gemerkt van <strong>de</strong> beloof<strong>de</strong> Franse en Britse militaire<br />
bijstand. Bovendien werd het Franse leger<br />
korte tijd later door Duitsland verpletterd. Kon<br />
men dan van een klein land als Ne<strong>de</strong>rland verwachten<br />
dat het met succes <strong>de</strong> grote – en sterke –<br />
buur van zich af zou hou<strong>de</strong>n? Nuij conclu<strong>de</strong>ert dan<br />
ook terecht dat Ne<strong>de</strong>rland afhankelijk was van <strong>de</strong><br />
grootmachten. Daar kon zelfs een – naar Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
begrippen – politiek zwaargewicht als Colijn<br />
niets aan veran<strong>de</strong>ren.<br />
De auteur is er in geslaagd om in een beperkt<br />
aantal pagina’s een lastig on<strong>de</strong>rwerp te belichten<br />
in al zijn aspecten. Nuij kiest niet <strong>de</strong> kortste weg<br />
naar zijn einddoel: ontkrachting van <strong>de</strong> ‘mythe van<br />
‘40’. Hij legt <strong>de</strong> lezer uit dat <strong>de</strong> verwaarlozing van<br />
<strong>de</strong> krijgsmacht wortel<strong>de</strong> in een welbepaal<strong>de</strong> traditie<br />
en dat <strong>de</strong>ze werd versterkt door politieke en<br />
economische keuzes. Beknibbelen op <strong>de</strong> uitgaven<br />
voor Defensie paste bovendien in een internationale<br />
trend. Het boekje is prettig leesbaar en rijkelijk<br />
voorzien van illustraties. Het is zeker een aanra<strong>de</strong>r<br />
voor ie<strong>de</strong>re geïnteresseer<strong>de</strong> die niet wil wor<strong>de</strong>n<br />
overvallen door al te veel diepgang, maar wel<br />
meer wil weten over <strong>de</strong> context.<br />
M.A. <strong>de</strong> Winter<br />
Maarten Reinink, Dagboek voor New York. Brieven<br />
van een zestienjarige uit bezet Ne<strong>de</strong>rland aan<br />
een joods meisje in Amerika. Ingeleid en toegelicht<br />
door Wessel Reinink (Stichting Landgoed<br />
Linschoten. Uitgeverij Thoth, Bussum, 2001, 269<br />
blz. ISBN 90-6868-281-4)<br />
Tussen augustus 1944 en mei 1945 hield <strong>de</strong> toen<br />
16-jarige Maarten Reinink een brievendagboek bij.<br />
De brieven zijn gericht aan zijn in 1939 naar Amerika<br />
geëmigreer<strong>de</strong> joodse schoolvriendinnetje Fredy<br />
van <strong>de</strong>r Rijn. ‘Juist nu, nu <strong>de</strong> oorlog op zijn eind<br />
loopt, is het, <strong>de</strong>nk ik, leuk voor je om wat van ons<br />
te horen. Ik hoop dat ik dit na <strong>de</strong> oorlog naar je toe<br />
sturen kan, [...]’ schrijft Maarten in zijn eerste op<br />
21 augustus 1944 aan Fredy geschreven brief. (p.<br />
29) Om onbeken<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen heeft hij <strong>de</strong> circa<br />
zestig, aan weerszij<strong>de</strong>n van 127 kladblokvelletjes<br />
geschreven brieven echter nooit verzon<strong>de</strong>n.<br />
Maarten Reinink (1928-1974) werd in Amsterdam<br />
geboren. In 1930 verhuis<strong>de</strong> <strong>de</strong> familie Reinink<br />
naar Groningen, waar Maarten <strong>de</strong> lagere<br />
school bezocht. In 1939 verhuis<strong>de</strong> het gezin nog-