30.10.2013 Views

AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2510 HOF VAN CASSATIE 13.<strong>12</strong>.05 - Nr. 666<br />

ping van de strafbaarstelling van de instandhouding (Parl. St. Vl. Parl. 2002-03, nr.<br />

1566/1, p. 6, 7 en 9, nr. 1566/7, p. 9, 22, 26 en 38; zie ook nr. 1566/8, p. 4) Ook de Raad<br />

van State begreep de bepaling in die zin (Parl. St. Vl. Parl. 2002-03, nr. 1566/4, p. 6). Zie<br />

ook het verslag van de bespreking in de plenaire vergadering (zitting 28 mei 2003, nr. 58,<br />

p. 22, 23, 35).<br />

3. Indien dus wordt aangenomen dat het decreet van 4 juni 2003 aan de instandhouding<br />

in de bedoelde gevallen het karakter van misdrijf heeft ontnomen, kan de rechtsmacht van<br />

de strafrechter met betrekking tot herstelvorderingen die regelmatig aanhangig werden<br />

gemaakt vóór de inwerkingtreding van deze bepaling, worden gesteund op de oplossing<br />

van het arrest van 20 januari 2004 (A.R. P.03.1189.N).<br />

Het Hof overwoog alsdan "dat de opheffing van het strafbare karakter van de feiten<br />

alleen het verval van de strafvordering tot gevolg heeft, dat deze wijziging evenwel niet<br />

meebrengt dat deze feiten niet langer één fout zouden zijn, noch dat de strafrechter voor<br />

wie de burgerlijke vordering werd ingesteld op het ogenblik dat de feiten nog strafbaar<br />

waren, daardoor zijn bevoegdheid verliest".<br />

Indien de oplossing van het arrest van 20 januari 2004 wordt gevolgd, rijst nog de vraag<br />

op grond van welke regels de strafrechter de gegrondheid van de herstelvordering<br />

beoordeelt. Kan de strafrechter oordelen dat de handeling, op het ogenblik waarop zij<br />

werd gesteld, door de wet strafbaar werd gesteld en bijgevolg een onrechtmatige daad<br />

uitmaakt, ook al werd de strafwet nadien opgeheven? Die oplossing zou impliceren dat de<br />

terugwerkende kracht van de strafwet alleen geldt voor de toepassing van de strafwet<br />

maar geen afbreuk doet aan de beoordeling van de herstelvordering.<br />

4. Vreemd genoeg hebben slechts weinig auteurs oog voor het toch wel belangrijke<br />

probleem van het overgangsrecht.<br />

Zie in de zin van onmiddellijk verval van de herstelvordering die alleen steunt op een<br />

niet langer strafbaar gestelde instandhouding: M. BOES, "Verjaring van stedenbouwmisdrijven",<br />

R.W. 2003-04, p. 619, nr. 46.<br />

Zie daarentegen in de zin van behoud van de herstelvordering, op grond van een<br />

interpretatie van het Arbitragehof-arrest nr. 14/<strong>2005</strong> van 19 januari <strong>2005</strong>; D. DE WOLF,<br />

"Het strafrechtelijk onderzoek naar het milieumisdrijf" in A. DE NAUW, P. FLAMEY en<br />

J. GHYSELS, Milieustraf- en Milieustrafprocesrecht. Actuele vraagstukken, p. 277, nr.<br />

131.<br />

Zie ook J. GHYSELS, "Instandhoudingsmisdrijf stedenbouw. Afgeschaft of niet?" NjW<br />

2004, p. 1305, nr. 8, die, wellicht op grond van het standpunt dat de herstelvordering deel<br />

uitmaakt van de strafvordering, ervan uitgaat dat het verval van de strafvordering het<br />

verval van de herstelvordering impliceert maar niet het verval van de burgerlijke<br />

vordering die vóór de opheffing van de strafwet werd ingesteld.<br />

Zie tenslotte nog G. DEBERSAQUES, "Stedenbouwmisdrijven; instandhouding en<br />

herstel. Fundamentele wijzigingen door het decreet van 4 juni <strong>2005</strong>", T.R.O.S. 2003, p.<br />

227, nr. 45, die voorhoudt "Omdat de herstelvordering tot de strafvordering behoort, mag<br />

o.i. worden aangenomen dat ook wat de wijzigingen inzake de herstelvordering betreft, de<br />

nieuwe regelgeving onmiddellijk effect sorteert. Zij is aldus van toepassing op alle<br />

herstelvorderingen die voor de inwerkingtreding van de nieuwe regeling zijn ontstaan en<br />

op die datum nog niet zijn verjaard krachtens de oude regelgeving".<br />

5. Uit de parlementaire voorbereiding valt niet af te leiden dat de decreetgever met<br />

zekerheid ervan uitging dat de opheffing van de strafbaarstelling "instandhouding" zou<br />

leiden tot een verval van reeds ingestelde herstelvorderingen..<br />

In het eerste voorstel van decreet, neergelegd op 10 februari 2003 (Parl. St. Vl. Parl.<br />

2002-03, nr. 1566/1) werd bepaald;

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!