AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
AC 12 2005 (PDF, 1.18 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Nr. 669 - 13.<strong>12</strong>.05 HOF VAN CASSATIE 2525<br />
(A.R. P.05.1334.N)<br />
Met de notitie overeenstemmend arrest<br />
13 december <strong>2005</strong> – 2° kamer – Voorzitter: de h. Forrier, afdelingsvoorzitter –<br />
Verslaggever: de h. Dhaeyer – Gelijkluidende conclusie van de h. De Swaef, procureurgeneraal<br />
– Advocaat: mr. J. Swerts, Brussel.<br />
Nr. 670<br />
2° KAMER - 13 december <strong>2005</strong><br />
VOORLOPIGE HECHTENIS — BEVEL TOT AANHOUDING - VOORGESCHREVEN<br />
VORMVOORSCHRIFTEN - NALEVING<br />
Zo artikel 16, § 5, tweede lid, Wet Voorlopige Hechtenis bepaalt dat de rechter in het<br />
bevel tot aanhouding de feitelijke omstandigheden vermeldt van de zaak en die welke<br />
eigen zijn aan de persoonlijkheid van de verdachte, die de voorlopige hechtenis wettigen<br />
gezien de criteria bepaald in § 1, van hetzelfde artikel en dat, bij ontstentenis van deze<br />
mededelingen, de inverdenkinggestelde in vrijheid wordt gesteld, wordt deze laatste niet<br />
in vrijheid gesteld wanneer de voorgeschreven vormvoorschriften in werkelijkheid werden<br />
nageleefd 1 . (Art. 16, § 5, tweede lid, Wet Voorlopige Hechtenis zoals gewijzigd door de<br />
wet van 31 mei <strong>2005</strong>)<br />
(K.)<br />
ARREST<br />
(A.R. P.05.1567.N)<br />
I. Bestreden beslissing<br />
Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest, op 28 november <strong>2005</strong> gewezen<br />
door het Hof van Beroep te Brussel, kamer van inbeschuldigingstelling.<br />
II. Rechtspleging voor het Hof<br />
Raadsheer Luc Van hoogenbemt heeft verslag uitgebracht.<br />
Procureur-generaal Marc De Swaef heeft geconcludeerd.<br />
III. Cassatiemiddelen<br />
Eiser stelt in een memorie een middel voor. Die memorie is aan dit arrest<br />
gehecht en maakt daarvan deel uit.<br />
IV. Beslissing van het Hof<br />
A. Onderzoek van het middel<br />
Overwegende dat artikel 16, § 5, tweede lid, Wet Voorlopige Hechtenis<br />
bepaalt dat de rechter in het bevel tot aanhouding de feitelijke omstandigheden<br />
1 Parl. St. Senaat, 2004-<strong>2005</strong>, 3-1100/2, Verslag namens de Commissie voor de <strong>Justitie</strong> uitgebracht<br />
door Mevrouw Laloy, Artikelsgewijze bespreking, p. 23.