Tussen Vecht en Eem, 2007 Loosdrecht
Tijdschrift voor regionale geschiedenis. Loosdrechtnummer, jaargang 2007, nr. 3
Tijdschrift voor regionale geschiedenis. Loosdrechtnummer, jaargang 2007, nr. 3
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ting<strong>en</strong> op veel grotere schaal werd<strong>en</strong> georganiseerd<br />
<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gemotiveerd in e<strong>en</strong> specifiek<br />
Vertoog' over de arm<strong>en</strong>.<br />
Vertoog over de arm<strong>en</strong><br />
Er werd in die tijd heel veel over arm<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
armoede geschrev<strong>en</strong>, maar bijna ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />
auteur toont <strong>en</strong>ig besef, dat slechts e<strong>en</strong> bloei<strong>en</strong>de<br />
nijverheid voldo<strong>en</strong>de werk zou kunn<strong>en</strong><br />
verschaff<strong>en</strong> aan zoveel lege hand<strong>en</strong>. Betje<br />
Wolf <strong>en</strong> Aagje Dek<strong>en</strong>, de meest geavanceerd<strong>en</strong><br />
onder de verlichte schrijvers, vroeg<strong>en</strong><br />
zich in 1779 wel af:<br />
'Is er waarlijk, spreek e<strong>en</strong>voudig,<br />
Werk voor elk die werk<strong>en</strong> wil?'<br />
Maar in datzelfde jaar 1779 schrijv<strong>en</strong> zij in<br />
hun Proeve over de opvoeding over de stedelijke<br />
arm<strong>en</strong>: 'Zijn dat wez<strong>en</strong>s, wier natuur edeler is<br />
dan die der dier<strong>en</strong>! (...) Zij die noch zedelijkheid,<br />
noch redelijkheid k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, wier heste hoedanighed<strong>en</strong><br />
alle<strong>en</strong> stuiptrekking<strong>en</strong> zijn van m<strong>en</strong>schelijkheid’.<br />
Dat liegt er niet om. Het verlichte vertoog<br />
over de arm<strong>en</strong> k<strong>en</strong>de dan ook e<strong>en</strong> drietal<br />
c<strong>en</strong>trale elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>:<br />
• Het probleem is niet zozeer de armoede maar<br />
de arm<strong>en</strong>. Zij zijn zelf de oorzaak van hun<br />
armoede door hun ondeugd<strong>en</strong>. Bij sommige<br />
auteurs krijg<strong>en</strong> zij zelfs de schuld<br />
van de economische neergang. In e<strong>en</strong><br />
bekroonde prijsverhandeling voor de<br />
Maatschappij tot Nut van het Algeme<strong>en</strong><br />
schrijft Dirk Boing dat het verval van de<br />
nijverheid ‘zo niet geheel, althans groot<strong>en</strong>deels,<br />
te wijt<strong>en</strong> is aan het berispelijk, onverantwoordelijk,<br />
strafwaardig gedrag onzer<br />
werklied<strong>en</strong>'.<br />
• Medeschuldig aan de ondeugd<strong>en</strong> der arm<strong>en</strong> is<br />
de bedeling. Zoals nu de sociale voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
wel de schuld krijg<strong>en</strong> van het feit<br />
dat veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet werk<strong>en</strong>, zo kreeg dat<br />
to<strong>en</strong> de arm<strong>en</strong>zorg. Die zou maar lukraak<br />
gev<strong>en</strong> aan de arm<strong>en</strong>, zodat ze niet meer<br />
geprikkeld werd<strong>en</strong> te gaan werk<strong>en</strong>. Historisch<br />
onderzoek heeft uitgewez<strong>en</strong>, dat<br />
hier ge<strong>en</strong> snars van klopt, maar het functioneerde<br />
in die tijd wel als legitimatie voor<br />
allerlei maatregel<strong>en</strong>.<br />
• De oplossing voor armoede is opvoeding <strong>en</strong> in<br />
het bijzonder opvoeding tot arbeidzaamheid.<br />
Natuurlijk hielp<strong>en</strong> de werkverschaffingsproject<strong>en</strong><br />
ook om de economische nood<br />
<strong>en</strong>igszins te l<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> <strong>en</strong> om de arm<strong>en</strong>zorgfonds<strong>en</strong><br />
te ontlast<strong>en</strong>, maar het ging de<br />
verlichte burgers toch vooral om de arbeidsmoraal.<br />
'Ledig te gaan <strong>en</strong> ijdele ding<strong>en</strong><br />
te do<strong>en</strong> is voor elk verstandig schepsel schandelijk<br />
<strong>en</strong> veragt<strong>en</strong>swaardig, daar m<strong>en</strong> van<br />
nature verpligt is nuttig voor de Maatschappij<br />
te leev<strong>en</strong>’, schreef ds. Ris, de oprichter van<br />
e<strong>en</strong> beroemd arbeids- <strong>en</strong> opvoedingsproject<br />
in Hoorn, in 1777.<br />
Diezelfde doopsgezinde predikant Claas Ris<br />
werd, sam<strong>en</strong> met de hervormde ds. De Mol,<br />
door e<strong>en</strong> van de bek<strong>en</strong>dste g<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong><br />
uit die dag<strong>en</strong>, de zogehet<strong>en</strong> Oeconomische Tak,<br />
luid geprez<strong>en</strong> voor zijn project. Beide dominees<br />
kreg<strong>en</strong> het hoogste eerbewijs dat de<br />
Oeconomische Tak te vergev<strong>en</strong> had: de goud<strong>en</strong><br />
medaille, ds. De Mol in 1779 <strong>en</strong> ds. Ris in<br />
1780.<br />
Ds. De Mol <strong>en</strong> zijn porseleinfabriek<br />
Wie was ds. De Mol, wat war<strong>en</strong> zijn motiev<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> wat hield zijn initiatief in? Joannes de Mol<br />
werd in 1726 gebor<strong>en</strong> in Midlum bij Harling<strong>en</strong><br />
als zoon van dominee Petrus de Mol. Hij<br />
groeide achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s op in de plaats<strong>en</strong><br />
waar zijn vader predikant was: Midlum, Jisp<br />
in Noord-Holland <strong>en</strong> Middelburg waar hij de<br />
latijnse school bezocht. In 1743 ging hij in<br />
Leid<strong>en</strong> theologie studer<strong>en</strong>, studeerde af in<br />
1749, werd predikant in het Zeeuwse 's-Grav<strong>en</strong>polder<br />
<strong>en</strong> trouwde in hetzelfde jaar met<br />
Wilhelmina Jacoba van Teyling<strong>en</strong> die uit e<strong>en</strong><br />
Leidse reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong>familie stamde. Zijn portret<br />
<strong>en</strong> dat van Wilhelmina zijn te zi<strong>en</strong> in <strong>Loosdrecht</strong>se<br />
Kasteel Sypesteyn. In 1753 vertrok<br />
hij naar zijn laatste standplaats als predikant,<br />
Oud-<strong>Loosdrecht</strong> 7 Hij overleed te Amsterdam<br />
in 1782 op 56-jarige leeftijd 'na e<strong>en</strong>e<br />
langduurige verzwakking <strong>en</strong> waterzucht'<br />
<strong>en</strong>kele maand<strong>en</strong> nadat hij met vervroegd<br />
emeritaat was gegaan <strong>en</strong> ook zijn fabriek had<br />
opgegev<strong>en</strong>.<br />
De neerlandicus Bas de Ligt, die in het<br />
<strong>Loosdrecht</strong>se boek e<strong>en</strong> korte schets geeft van<br />
TVE 25e jrg. <strong>2007</strong> 177