RECLINE 600 XT PRO - Fitness Occasions

3.8 OEFENINGEN MET CONSTANTE HARTSLAG (CPR)
Na de oefening maakt het toestel zich gereed
voor de cooldown; nu is het mogelijk de TGS
Sleutel* te plaatsen om de resultaten op te
slaan.
Indien u tijdens de oefening minstens 3
minuten gebruik heeft gemaakt van de
hartslagfrequentiemeter (heart sensor of
hartslagband) verschijnt op het display
de waarde van de prestatie index (of P.I.:
paragraaf 3.10):
3.8 Oefeningen met constante hartslag (CPR)
P.I. = 6
Met deze functie kunnen gevarieerde oefenprogramma’s worden uitgevoerd met
voortdurende aanpassing van de moeilijkheidsgraad van de oefening aan een vooraf
ingestelde hartslag: het toestel regelt automatisch de parameters van de oefening, zodat de
hartfrequentie op een vooraf ingestelde waarde wordt gebracht en wordt vastgehouden
voor de gehele duur van de oefening.
Het CPR-systeem vormt dus een waardevol instrument om specifieke oefeningen te
programmeren.
De oefening met constante harslag is erg belangrijk in alle omstandigheden waarin, omwille
van de veiligheid, bepaalde waarden van de hartfrequentie niet mogen worden overschreden
(bijvoorbeeld, voor hartpatiënten en bejaarden). Het is ook belangrijk in aerobe
oefenprogramma’s voor afslanken, waarbij het fundamenteel is dat de hartfrequentie 70%
onder de maximale waarde blijft ( paragraaf 2.5.2).
Voor deze oefening is het noodzakelijk gebruik te maken van de hartslagfrequentiemeter
(hartslagband).
Druk op de CPR-toets
met het toestel
in de wachtstand.
Op het display verschijnt:
LEEFTIJD = 0
toets met de nummertoetsen de leeftijd in
(bijvoorbeeld, 30), en druk op ENTER.
Op het display verschijnt:
GEWICHT-KG = 0
253
toets met de nummertoetsen het
lichaamsgewicht in (bijvoorbeeld, 75), en
druk vervolgens op ENTER.
Op het display verschijnt:
HARTSLAG (135-155) = 0