Quaclappen 1613 -1620 Hof 16710b. Quaclap ( 1613 en ... - Tresoar

HET HOFF restituerende de req. tegens verloop van tijd vergunt hem alsnog de tijd van een maand
om de produktie te mogen doen; peremptoir en voor alle dilay; ordonnerende partijen de zaak in
staat van wijzen te brengen,voor de eerste rechtdag na de grote vakantie. En de kosten retardate
processis tot 's HOFFfs taxatie.
Eemke ( Eeuwe?) Tyalles biersteker op de Joure, voor hem en gecaverd hebbende voor Ids Asse dr.
zij huisvrouw, applt Contra Epe Piers te Balk gecaveerd voor Siju #Teigers dr. zijn
e.h. geappelleerde. INFACTIS.
Gerrijt Jans te Hitzum, voor hem zelven en als last hebbende vn Aacht Jans dr. bij consent van haar
man Thijs Pieters, te Tzum, Pieter Jans te Menaldum, Willem Jans te Minnertsga; en Jan Jans te
Ried; allen mediate erfg. van Simon Saskers, en Beijts Jans dr. hun oldevader en olde moeder.
Contra Mintze Jetzes als man en voogd voor Jesck Hette dr. voor haar en haar knn. bij wln.
Claes Simons. In Factis voor de 1e na de grote vakantie.
287. ** ( had 297* moeten zijn )
Antie Thomas, wed. Haije Thomas te Wirdum. Contra Sipcke Thomas te Hidaard.
HET HOFF verklaart de baar van 26 okt 1614 executabel, en cond. de ged. om de impt. te betalen
125 g.gld; met de schaden etc..... des dat de impt. gehouden wordt aan de ged. borg te stellen voor
de helft van Centke Thomas. En compenseert de kosten.
Aucke Tammes te Wolterswolde applt Contra de wed. en erfg. van Botte Luitiens
....niet bezwaard door het vonnis van de Nederrechter.
Edzard toe Grovestins te Englum Dirck Claes, Jurien Henrix en Mathia Everardi als voormonden
over de jonge Lieuwe van Mellema, Dirck Reijners Feije Atses, Claes Jans dienaar des goddelijken
Woords te Berlicum, Claes Heres Wijbe Johannnes en Freerck Vrijmoet luitenant van Hettinga,
applt. Contra Georg vrijheer toe Schwarzenbergh, Watze van Ockinga, en Tading van
Adelen als volmachten van de grietenie Menaldumadeel, en Johan van Grovestins mede
gedeputeerde staat van Utrecht. HET HOFF verklaart de appellanten niet bezwaard bij de uitsprak
van de Commissaris en cond. hen in de kosten tot s HOFFs taxatie.
298.*
Dirck Alles, burger binnen Leeuwarden Contra dr. Dominicus Strigelius adv. v.d. Hove
HET HOFF cond. de ged. aan de impt. te betalen 12 c.gld; 5strs; en tien car.gld. 14 strs; en nog 4
gld in een 3e partije; en in de kosten van de proceduren.
Cornelis Alberts wonende bij Franeker, als cessie en transport hebbende van Minne Sipkes, impt. in
conv. en ged. in reconv. Contra Gerrijt Jobs te Harlingen. HET HOFF doende recht
ten principale verklaart de impt. zijn eis tegens de ged. niet ontfangbaar. Ende in reconventie recht
doende cond. de ged. aan de impt. te leveren 30.000 steen, of deselve te betalen naar de rechte
waarde, met schaden etc... en in de kosten.
Goijck Wijbrands e.h. van Sicke Heringhe. Applt Contra Dirck Willems wonende
te Harlingen, als man en voogd van Botke Aesge dr; zijn huisvrouw en zij als erfg. van haar zuster
Fetke, en Albert Roelands het echet hebbende gehad Atke Aesge, en door donatie het recht
verkregen hebbende.
299. P.M.
(Hier eindigen de pagina's met ster, en wordt de normale nummering hervat.)
Frans Jans, burger binnen Leeuwarden, Contra Ulbe Rijurds zn Bantert te Belkum.
In Factis.
Henrick Walings als voogd van Griet Peters, zijn e.h. en Derck Pieters voor hem als erfg. van Pieter
Dirks en Jannichien Pieters hun ouders. Contra Anschk Wijmers dr; en Hobbe
Pieters voor zovele ze erfg. zijn van Wijbe Intses hun vader. ged. In Factis.