Quaclappen 1613 -1620 Hof 16710b. Quaclap ( 1613 en ... - Tresoar

Goddelijken Woords te Oosterwierum en deze gecommitteerd voor de Classis Snecana (!)
Contra Pieter van Albada, ged. In Factis binnen 4 maanden.
Geert Huinga, ammunietie meester generaal van Groningen en de Ommelanden, req. Contra
Saecke Sinnama gerq. HET HOFF restituerende de req. tegens verloop van tijd, gunt hem alsnog
de tijd van een maand om zijn produktie te mogen doen. cond. hem niettemin in de kosten.
Douwe Epema grtm. van Hemeluner Oldeferd en Noordwolden, en Lolle van Epema dijkgraaf van
de contributie der vs. grietenie en Utingeradeel; voor hem en mede caverende voor Fedde van
Epema, mede Raad der Admiraliteit van Vriesland en het Noorderquartier. req. Contra
Gerrijt Gerbrans, smit te Franeker. In Factis voor Doijem voorgaande commisaris.
412.
Ael Ariens wed. van Cornelis Gerrijt zn Iselmond, req. Contra Dr. Albert Monnikhuis.
In Factis binnen 6 weken voor Jongema.
Trijncke Bonckwerd wed. van Jan Wolbeek, in leven adelborst onder de hopman en Anna
Bonkwerd, e.h. van Martinus Coredre, vaandrig van de Hopman Walsdorp, met consent van
deselve. Contra Sicke Breutsma, notaris en postulant te Bolsward, als volm.
van Simon Cornelis zn. Huigh, burger en koopman te Hoorn, en Lolcke Folkerds Bonkwerd te
Spannum. In Factis binnen 6 weken naastkomende,
Guiliaen ( zie 410: Guillaume) de Graef, burger en brouwer te Delft, impt Contra
Fonger Harmens voor hem en als voogd van Aacht Jacobs dr. zij n e.h. en c.d.r. onder verband van
goederen ged. In Factis binnen 6 weken peremptoir.
413.
Adriaaan Schaft, burger en koopman binnen Harlingen als cessie en transport hebbende van Frans
Henricx van der Burgh, impt. Contra Frans Martens zn Kijl, voor hem en als
voorstander van de knn. van Ida Baard, in echte getogen. In Factis voor Doijem.
Jan Jans burger binnen Sneek, contra Dr. Otto Athonides, ged. Bij provisie te
namptificeren 50 g.gld en ten principale in factis.
Jelger van Feitsma Raad en Rentmeester Gen. over Vrieslandt, als kerkvoogd van den dorpe
Zweins, hem sterkmakende voor Aaff, Willem Egberts wed, en de wed. van Jacob Broers, althans
het recht hebbende van Jan Rommerts, beide landzaten van de kerke landen aldaar, geass. met Jr.
Bocke van Feitsma zijn zoon, grietman van Kollumerland, en hem sterkmakende voor Hidde
Rinckes, zijn landzate te Zweins, en als conj. persona voor de geïnteresseerden van Heerma, de rato
caverende [ PAG. 414.] en de vs. Grietman mede als last hebbende van Laes Jongema, en Jfr.
Habel van Heerma, e.l. te Wommels, haar sterkmakende voor Trijn Gerrijts. Haar landzate eveneens
te Zweins, Contra Saeckle Intes Kingma, In Factis binnen 2 mns peremptoir.
Simon en Aduard Erasmi zonen en Adriaantie van Loo, wed. wln. Harmen Claes, in leven
gezworen gemeensman binnen Harlingen, Contra Epe Feddes aldaar. Contumax, voorts
in factis.
Pier Dirks secretaris der stede Hindelopen, en Sas Claes dr. echteluiden; Contra
Hellebrand Harmens herbergier binnen deze setde, voor hem en zijn kind bij wln. Martien Jans dr.
ged. en gecont. HET HOFF gezien de citatien en houdende de obligatiebrief van 9 mei 1613 voor
bekend [PAG 415.]cond. de ged. de impt. te betalen 329 c.gld; met schaden etc....
Dr. Sixtus Doma advocaat voor dezen Hove, Contra Isbrans Goslicx burger
binnen Franeker, ged. en gecontumaceerde. HET HOFF gezien de citatien houdende de
obligatiebrief van 20 maart 1613 voor bekend, cond. de ged. de impt. te betalen 36 c.gld. Met
schaden etc...