De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom
De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom
De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3.2 Vrome zelfzucht<br />
'En in wiens geest geen bedrog is! Dat wil zeggen dat iemands hart hem niet zal<br />
bedriegen. Want men kan aan de buitenkant vroom en godsdienstig lijken en<br />
goede werken doen, terwijl de innerlijke gezindheid verkeerd is, omdat God niet<br />
omwille van God Zelf gediend wordt, maar omdat de mens Hem nodig heeft, als<br />
middel voor zijn doel: dat van vrede, rust, en geluk. Dat is geestelijk egoïsme,<br />
vrome zelfzucht. Geen mens, die daar geen last van heeft. Integendeel. Nooit is<br />
iemand gevaarlijker, dan wanneer hij denkt God te dienen. Want juist deze (volgens<br />
Luther aangeboren) houding kan men o zo goed bemantelen. Het is moeilijk<br />
haar te onderkennen, nog moeilijker ervan los te komen. Dat kan slechts gebeuren<br />
door de Heilige Geest, Die dit 'bedrog' ontmaskert.<br />
3.3 Gericht<br />
'Moor ik wilde het verzwijgen; mijn beenderen verouderden, als ik de ganse dag<br />
schreeuwde! Aanvankelijk wilde ik van deze zonden niet weten. Maar toen werd<br />
wat in mijn ogen krachtig was en jong en sterk, in Uw ogen zwak en oud en<br />
ondeugdelijk. Want niets verhullend scheen het licht van de Geest in mijn vermetele<br />
ziel, om mij tot deemoed en zelfkennis te brengen.<br />
Daarbij kwam nog dat ik met Uw goddelijk gericht geconfronteerd werd. Als een<br />
doorn (dat woord leest Luther aan het slot van vers 4) stak Uw oordeel in mijn<br />
geweten. Ik was ontzettend angstig. Ik dacht voor eeuwig te gronde te gaan.<br />
Daarom schreewde ik. O, wat drukte Uw hand zwaar op mij, dag en nacht.<br />
3.4 Belijdenis<br />
'Mijn zonde heb ik U beleden, en dat ik niet rechtvaardig ben, heb ik niet verborgen. Ik<br />
heb gezegd: ik wil God tegen mijzelf in mijn ongerechtigheid belijden! Nu heb ik het<br />
roemen in mijzelf opgegeven, en beleden dat ik niets goeds gedaan heb, ook daar<br />
waar ik goed handelde. En terwijl anderen zichzelf rechtvaardigen en hun eigen<br />
onschuld betuigen (maar juist zo schuldig worden en hun slechtheid verbergen!),<br />
verbergen zij die waarlijk rechtvaardig zijn, hun slechtheid niet. En omdat zij hun<br />
zonden niet bedekken of verbergen, worden die bedekt en verborgen door<br />
God.<br />
Zodra een zondaar schuld belijdt, is hij rechtvaardig voor God. Daarom beschimp<br />
ik mijzelf, want dan looft mij God. Ik smaad mijzelf, dan eert mij God. Ik klaag mijzelf<br />
aan, dan spreekt God mij vrij. Ik getuig tegen mijzelf, dan getuigt God voor<br />
mij.<br />
- 25-