18.09.2013 Views

De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom

De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom

De Leuenberger Konkordie - hwba-vriezenveen - Welkom

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

sprake is van één lid. Heel de Kerk is in verstrooiing. Hier een handjevol en daar een handje-<br />

vol. Wij hebben allen eenzelfde Evangelie. Wij zijn omringd van vijanden. Mogen wij ons van<br />

elkaar afscheiden? Mogen wij zeggen: Zij zijn ver weg van ons? Neen! Zij behoren tot de Kerk<br />

en wij zijn hun leden.'<br />

Zie: W. Balke, Omgang met de reformatoren, Kampen, 1992, blz. 34.<br />

12) Calvijn: 'Ik zeg dit omdat er nog geen formulier is uitgegeven, waarin de overeenstemming is<br />

uitgedrukt zoals de zaak verdient. Maar dit zal geschieden als het onze God behagen zal allen<br />

op één plaats te vergaderen die eraan hebben gearbeid. Het moet ons echter voldoende zijn<br />

dat er een broederlijke zin en een gemeenschap tussen de kerken bestaat en dat allen zover over-<br />

eenstemmen als nodig is om het tezamen eens te worden.<br />

Wij belijden dus allen eenparig dat wij, als wij het sacrament volgens de instelling des Heeren<br />

ontvangen, waarlijk deelgenoten geworden zijn van het eigen wezen van het lichaam en van het<br />

bloed des Heeren Jezus Christus. Hóe dit geschiedt, kan de één beter voorstellen en duidelij-<br />

ker verklaren dan de ander.'<br />

Zie: Beknopte verhandeling over het Heilig Avondmaal, laatste hoofdpunt.<br />

13) Calvijn schrijft in 1557 aan Martin Schalling in Regensburg: 'Auch das Augsburgische Bekennt-<br />

nis weise ich nicht ab, das ich langst gern und willig unterschrieben habe, so wie sein Verfrasser<br />

selbst es ausgelegt hat'. R. Schwarz, Johannes Calvins Lebenswerk in seinen Briefen, Tübingen<br />

1909, dl. II, blz. 169.<br />

Eveneens in 1557 schrijft Calvijn aan een aantal Poolse godgeleerden:'Enigen onder u, gelijk we<br />

horen,hebben de Augsburgsche Confessie aangenomen. (...) En wat de Augsburgsche Confes-<br />

sie betreft, zie ik geen reden waarom de dienaars van Christus daarover onder elkander twis-<br />

ten zouden, zo wanneer ze maar over de rechte zin overkomen'. Geciteerd uit: D. Gerdes, Kort<br />

Begrip der voornaamste merkwaardigheden rakende den opstel en overgave der wijdtbe-<br />

roemde Augsburgsche Confessie, A'dam 1731, blz. 98.<br />

14) Calvijn in zijn laatste geschrift tegen de strenge lutheraan Joachim Westphal, van hetwelk hij op<br />

3 aug. 1557 een exemplaar zond aan Melanchthon in Worms. Geciteerd bij dr. L. Keiser, in: Bibli-<br />

sche Zeugnisse, 1930, blz. 212.<br />

Hij schrijft daarin: 'Westphal sagt erstens, dasz wir die Augsburgische Konfession aufzuheben<br />

gedachten und zum anderen, dasz wir mit ihrem trefflichenVerfasser Philipp Melanchton uns in<br />

Zwiespalt befanden. Ich antworte darauf, dasz in jener Bekenntnisschrift, die von allen Frommen<br />

so hoch gehalten wird, nicht eind Wörtlein sich findet (namlich nach der Fassung, die in 1541 in<br />

Regensburg affgestellt worden), das unserer Lehrweise widersprache. Erhebt sich ein Zweifel über<br />

den Sinn des einen oder anderen ihrer Ausdrücke, so gibt es doch offenbar keinen berufene-<br />

ren Schiedsrichter, als den Verfasser selbst, der ohnehin um seiner Frömmigkeit und Gelehr-<br />

samkeit willen in so allgemeinem Ansehen steht.An ihn habe ich mich gewandt und aus seiner<br />

- 43-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!