18.09.2013 Views

Voorkant scriptie

Voorkant scriptie

Voorkant scriptie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Verbloemd ontwijken komt vaker voor dan openlijk ontwijken en de minister-presidenten hanteren<br />

veel manieren om de interviewers niet te laten merken dat zij geen antwoord zullen geven. Zo verwijst<br />

Lubbers in fragment 1 naar een element uit de preface dat geen relatie heeft met de vraag en gaat hij<br />

dat vervolgens uitwerken.<br />

Verder worden lexicale middelen aangewend om de agenda te wijzigen. Bijvoorbeeld aan de<br />

hand van een woordencombinatie. Dit gebeurt in fragment 10, waar Witteman zegt dat de kans bestaat<br />

dat Melkert zwaar beschadigd uit de ESF-kwestie komt. Kok reageert hierop door de woorden “de<br />

kans bestaat” te herhalen en zegt dat de kans bestaat dat het ESF-onderzoek belangrijk is. Daarmee<br />

wijzigt hij de agenda en draait hij om de hete brij heen, de beschadiging van Melkert.<br />

Verder gebruiken Lubbers en Kok in gesprek met Witteman in fragmenten 4,5 (Lubbers) en<br />

10,11 en 12 (Kok) het woord “dus” om op subtiele wijze een soort afsluitende conclusie te formuleren<br />

en daarmee eigenhandig een einde aan de discussie te maken. Alleen Kok slaagt daarin in fragment 12,<br />

waarin Witteman het interview beëindigt.<br />

Een andere manier van het gebruik van lexicale middelen is te vinden in fragment 11, waar<br />

algemene bewoordingen worden aangewend om te agenda te wijzigen. Witteman vraagt of Kok bang<br />

is dat Melkert beschadigd wordt. Kok gebruikt het woord bang om de agenda zodanig te bepalen dat<br />

hij de vraag subtiel ontwijkt. Dit doet hij door in algemene termen over vrees te spreken en daarmee<br />

niet in te gaan op de vraag.<br />

Ook een “verbloemende” strategie is het inzetten van vaag procedureel taalgebruik om de<br />

vraag subtiel te ontwijken. Dit is iets dat vooral Balkenende doet. Bijvoorbeeld enkele malen in<br />

fragment 13 in gesprek met Mingelen. Mingelen bevestigt in fragment 14 in feite dat Balkenende dat<br />

doet en geeft impliciet aan dat hij daarmee de vraag niet beantwoordt: “ja dat klopt natuurlijk ook<br />

formeel helemaal en inhoudelijk”.<br />

Een ander voorbeeld is het noemen van een ander scenario dan dat van de vraag. Dat doet<br />

Rutte in fragment 18. Mingelen vraagt hem daar of er nog mogelijkheden zijn om de afspraken<br />

rondom Kunduz, Afghanistan, te wijzigen. Rutte gaat niet in op dat scenario, maar gaat dan het<br />

scenario uitleggen waarbij wijzigingen in de afspraken niet nodig zijn en onderbouwt dit in een lang<br />

betoog.<br />

De gevonden manieren waarop de minister-presidenten de antwoordstrategie openlijk<br />

ontwijken gebruiken vertonen veel overeenkomsten met wat Clayman (2001) heeft gevonden. Immers,<br />

ook in het gesprek met de minister-president vindt bij het openlijk ontwijken van vragen veelal<br />

metacommunicatie plaats en wordt er een legitimatie voor de ontwijking gegeven. Drie van de typen<br />

legitimaties die Clayman heeft gevonden vinden ook in deze <strong>scriptie</strong> plaats: de informatie is nog niet<br />

beschikbaar; het antwoord kan niet gegeven worden omdat de informatie gevoelig is; antwoorden zou<br />

ongeschikt zijn onder de huidige omstandigheden (Clayman, 2001, 421-424). Er zijn ook enkele<br />

nieuwe motivaties gevonden, namelijk motivaties aan de hand van vaag procedureel taalgebruik en het<br />

niet in de positie zijn om te kunnen antwoorden/niet deskundig genoeg zijn.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!