2009-3 Randstad - Historische Vereniging Holland
2009-3 Randstad - Historische Vereniging Holland
2009-3 Randstad - Historische Vereniging Holland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
in hetzelfde schuitje 145<br />
inkomsten. De landsheer wentelde zijn financiële problemen meestal af op de steden, die<br />
meer belasting dienden te betalen of meer geld op de kapitaalmarkt dienden aan te trekken.<br />
De steden werden vervolgens geconfronteerd met toenemende lasten, waardoor de rentebetalingen<br />
in het gedrang kwamen. Zodra zij de renten echter niet uitkeerden liep de handel<br />
gevaar: wanbetaling leidde onherroepelijk tot het ineenstorten van de handel en een verdere<br />
afname van stedelijke belastinginkomsten. We kwamen al een aanwijzing tegen van<br />
problemen met het ‘represaillerecht’ in de nasleep van de collectieve publieke schuld die onder<br />
Floris v werd afgesloten. Later, in 1351, toen Johanna werd geconfronteerd met een betalingsachterstand<br />
van ruim 13.792 tournooische ponden, liet zij enkele poorters van Dordrecht<br />
gevangen nemen. 51 In het vervolg van de late middeleeuwen namen de problemen<br />
met het represaillerecht toe, vooral tijdens de oorlog die losbarstte na de dood van Willem<br />
vi in 1417 en tijdens het eerste regentschap van Maximiliaan, vanaf 1482. In beide periodes<br />
hadden de <strong>Holland</strong>se steden te maken met een omvangrijke collectieve publieke schuld, die<br />
hen dwong gezamenlijk tot een diplomatieke oplossing te komen.<br />
Net zoals de schulden die steden eind 13de eeuw op zich namen leidden tot betalingsproblemen,<br />
bleek het ook na 1417 lastig renten uit te betalen. De eerste betalingen van de<br />
collectieve publieke schuld die de steden in 1417-1418 hadden gecreëerd – betaaldag 31 oktober<br />
1418 – bleven bijvoorbeeld al uit. Toen <strong>Holland</strong> in 1420 in oorlog raakte met Brabant<br />
werden alle rentebetalingen in het hertogdom opgeschort. Brabantse kooplieden hielden<br />
vervolgens hun <strong>Holland</strong>se collega’s verantwoordelijk voor rentebetalingen en lieten hen arresteren,<br />
onder meer in Vlaanderen. Na overleg kwamen de steden tot een akkoord met de<br />
Vlamingen: het represaillerecht zou niet toegepast worden op de <strong>Holland</strong>ers. 52<br />
Vervolgens stokte de uitbetaling van de oudere renteverkopen uit 1405 en 1407 echter,<br />
doordat de rentmeester van Kennemerland niet langer in staat bleek om inkomsten door te<br />
sluizen naar de renteniers. In 1423 troffen landsheerlijke en stedelijke vertegenwoordigers<br />
uit Vlaanderen, <strong>Holland</strong> en Zeeland elkaar om tot een oplossing te komen. Men kwam een<br />
betalingsregeling overeen: de steden zouden de achterstallen betalen uit een grafelijke inkomstenbron.<br />
In ruil daarvoor kregen <strong>Holland</strong>se en Zeeuwse steden een moratorium en<br />
kooplieden een vrijgeleide. 53<br />
In deze periode zien we trouwens ook nog eens mooi het effect van collectieve publieke schuld<br />
op het politieke bestel. Volgens Robert Stein leidde de schuldenproblematiek waar zowel Jan<br />
van Beieren als de steden in verzeild raakten, tot een toenadering tot de Bourgondische hertog<br />
Filips de Goede. De steden die waren vertegenwoordigd in de Staten van <strong>Holland</strong> zouden<br />
vooral vanwege hun schulden in 1423 aangedrongen hebben op interventie door de Bourgondiër.<br />
54 Het is inderdaad denkbaar dat de steden geen andere mogelijkheid zagen dan in<br />
zee te gaan met de graaf van Vlaanderen om zo tot een oplossing voor de schuldenproblematiek<br />
te komen. Dat zij daar eensgezind in slaagden moet grotendeels worden toegeschreven<br />
aan het feit dat de represailles alle steden troffen (cf. tabel 3). Met collectieve publieke schuld<br />
51 Bos-Rops, ‘De <strong>Holland</strong>se douarie’, 80-81.<br />
52 Bos-Rops, Graven, 171; Zuijderduijn, Medieval capital markets, 94-100.<br />
53 Bos-Rops, ibid., 171-172; Meerkamp van Embden, Stadsrekeningen I, 443. Tot in 1435 bleven betalingen in Brabant en<br />
Vlaanderen bij tijd en wijle uit en werd er overlegd over betalingsregelingen en vrijgeleides. Soortgelijke overeenkomsten<br />
werden eveneens gesloten met bisschop Frederik van Blankenheim van Utrecht (1393-1423) (Zuijderduijn, Medieval capital<br />
markets, 99).<br />
54 R. Stein, ‘Stände und Staat in den Niederlanden’ in: R.C. Schwinges, C. Hesse & P. Moraw (eds.), Europa im späten Mittelalter.<br />
Politik - Gesellschaft - Kultur (München 2006) 205-236, aldaar 230.