29.09.2013 Views

TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>TNO</strong>-<strong>rapport</strong> | KvL/P&Z 2007.025 | Juli 2007 39 / 65<br />

Wanneer het een test op individueel niveau voor minder belangrijke • beslissingen<br />

betreft, zijn de criteria soepeler: voor onvoldoende: r < 0,70, voor voldoende:<br />

0,70 < r < 0,80, en voor goed: r > 0,80. Omdat op basis <strong>van</strong> een screeningstest<br />

wordt beslist of het kind nader wordt onderzocht op taalachterstand, hanteren wij de<br />

eerste (strengste) set criteria voor screeningsinstrumenten. Als instrumenten worden<br />

gebruikt voor diagnostiek, wordt de tweede set criteria gehanteerd. De bekendste<br />

coëfficiënt <strong>van</strong> interne consistentie is de Cronbach’s alpha. Een test is betrouwbaar<br />

voor individueel gebruik wanneer alpha groter is dan 0,90 (en er voor de berekening<br />

<strong>van</strong> alpha een factoranalyse is uitgevoerd). Als voor de interne consistentie de nonparametrische<br />

item response testtheorie is toegepast, dan is de coëfficiënt gelijk aan<br />

Rho. De betrouwbaarheid is goed wanneer Rho groter is dan 0,65 (Drenth en<br />

Sijtsma, 2006). De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid kan o.a. onderzocht worden<br />

via correlatie tussen totaalscores <strong>van</strong> verschillende beoordelaars.<br />

8 Validiteit: Hier wordt het onderzoek naar de criteriumvaliditeit <strong>van</strong> het instrument<br />

beschreven (steekproefbeschrijving en steekproefgrootte). De validiteit <strong>van</strong> een<br />

instrument wordt geëvalueerd door de sensitiviteit en de specificiteit. Soms wordt<br />

de validiteit ook geëvalueerd door de correlatie met andere testen te onderzoeken.<br />

Om de sensitiviteit en de specificiteit te evalueren wordt het instrument vergeleken<br />

met een referentie of gouden standaard. De sensitiviteit <strong>van</strong> een test is de kans dat<br />

degene met de gezochte aandoening een positieve testuitslag heeft, en de<br />

specificiteit is de kans dat degene die de aandoening niet heeft een negatieve uitslag<br />

heeft. De validiteit <strong>van</strong> een test heeft praktische consequenties voor de praktijk. Het<br />

bepaalt welk deel <strong>van</strong> de kinderen met een taalachterstand er gevonden worden<br />

(sensitiviteit) en welk deel <strong>van</strong> de kinderen met een ‘normale’ taalontwikkeling<br />

desondanks verwezen worden (1-specificiteit). Ook bepaalt het welk deel <strong>van</strong> de<br />

kinderen dat op basis <strong>van</strong> de test verwezen wordt ook daadwerkelijk een<br />

taalachterstand heeft (de positief voorspellende waarde of PPV), wat <strong>van</strong> invloed is<br />

op de werkbelasting <strong>van</strong> het diagnostische traject.<br />

9 Beoordeling door de Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN): Deze<br />

commissie <strong>van</strong> het Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP) beoordeelt<br />

instrumenten aan de hand <strong>van</strong> bepaalde criteria (zie www.cotan.nl). Door de<br />

COTAN worden psychodiagnostische instrumenten beoordeeld aan de hand <strong>van</strong><br />

criteria als testconstructie, uitvoering <strong>van</strong> de handleiding en testmateriaal,<br />

betrouwbaarheid en validiteit. In dit onderdeel beschrijven we of het instrument<br />

door COTAN is beoordeeld en wat de conclusies waren. In de COTAN-beoordeling<br />

worden twee typen validiteit beoordeeld. Bij begripsvaliditeit gaat het erom te<br />

onderzoeken wat de test nu eigenlijk meet. Meet de test het bedoelde begrip of,<br />

gedeeltelijk of voornamelijk, iets anders? Een vaak gebruikte methode voor het<br />

aantonen <strong>van</strong> de begripsvaliditeit is factoranalyse voor het aantonen <strong>van</strong> de<br />

ééndimensionaliteit. Bij criteriumvaliditeit onderzoekt men in hoeverre de testscore<br />

een goede voorspeller is <strong>van</strong> het onderliggende probleem (retrospectief, gelijktijdig<br />

of predictief). De criteriumvaliditeit wordt bepaald door de test te vergelijken met<br />

één of meer externe variabelen die verondersteld worden een directe maat voor het<br />

kenmerk of gedrag in kwestie te zijn (<strong>van</strong> der Brink, 1998). De validiteit die wij<br />

beschouwen (zie punt hierboven) heeft alleen op dit laatste betrekking.<br />

10 Verwijscriteria: Zijn criteria voor verwijzing naar MDD, logopedie, VVE etc.<br />

gedefinieerd? En zo ja, hoe?<br />

11 Volgen <strong>van</strong> ontwikkeling: Is dit instrument geschikt voor meerdere testafnemingen<br />

op verschillende leeftijden?

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!