TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
TNO-rapport - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>TNO</strong>-<strong>rapport</strong> | KvL/P&Z 2007.025 | Juli 2007 53 / 65<br />
7 Conclusies, discussie en aanbevelingen<br />
Vraagstelling 1a. Welke signaleringsinstrumenten en verwijsprotocollen voor het<br />
opsporen <strong>van</strong> 1- tot 6-jarigen met taalachterstanden en spraakstoornissen in Nederland<br />
zijn er?<br />
Omdat we op zoek zijn naar een instrument dat geschikt is als screeningsinstrument<br />
voor de JGZ hebben we een indeling gemaakt naar afnameduur <strong>van</strong> het instrument. De<br />
volgende instrumenten met een afnameduur <strong>van</strong> 10 minuten of minder werden<br />
gevonden (in alfabetische volgorde):<br />
• Groninger Minimum Spreeknormen/ Groninger Diagnostische Spreeknormen<br />
(GMS/GDS)<br />
• Lexilijst Nederlands<br />
• Tweetalige Lexiconlijsten: Turks-Nederlands, Tarifit-Berbers-Nederlands en<br />
Marokkaans-Arabisch-Nederlands<br />
• Lexilijst Begrip (voorheen Taalbegripslijst Dreumesen)<br />
• N-CDIs Lijsten voor Communicatieve Ontwikkeling (korte vormen) (N-CDI)<br />
• Nonsenswoord repetitietaak (NRT)<br />
• Spraak- en taalNormen Eerste Lijns gezondheidszorg (SNEL)<br />
• Van Wiechenonderzoek<br />
• VTO taal 2-jarigen (VTO)<br />
Alle bovenstaande screeningsinstrumenten, behalve de tweetalige Lexiconlijsten, zijn<br />
ontwikkeld met het doel taalachterstand bij kinderen met Nederlands als eerste taal op<br />
te sporen. De oorzaak <strong>van</strong> deze taalachterstand kan zowel een taalontwikkelingsstoornis<br />
als een blootstellingsachterstand in de eerste taal zijn.<br />
Alleen de tweetalige Lexiconlijsten zijn ontwikkeld voor meertalige kinderen met een<br />
eerste taal anders dan Nederlands (nl. Turks, Tarifit-Berbers, Marokkaans-Arabisch).<br />
Het zijn de enige instrumenten voor het opsporen <strong>van</strong> taalontwikkelingsstoornissen bij<br />
deze groep. Voor meertalige kinderen met een andere eerste taal zijn er geen<br />
instrumenten beschikbaar. Als de ouders voldoende Nederlands spreken wordt via hen<br />
wel navraag gedaan naar de eerste taal bij hun kind. Er zijn geen instrumenten<br />
ontwikkeld voor het signaleren <strong>van</strong> blootstellingsachterstand in het Nederlands als<br />
tweede taal door de JGZ.<br />
Uit de inventarisatie <strong>van</strong> de huidige werkwijze bij de JGZ 0-4-jarigen en 5-6-jarigen<br />
komt naar voren dat er in de praktijk zeer veel verschillende verwijsprotocollen en<br />
werkwijzes in gebruik zijn, met een variatie aan (combinaties <strong>van</strong>) instrumenten.<br />
De volgende instrumenten met een afnameduur <strong>van</strong> meer dan 10 minuten werden<br />
gevonden: LSI incl. taalscreeningsinstrument (TSI) voor 3-, 4-, 5-jarigen,<br />
schoolvragenlijst (SVL) en oudervragenlijst (OVL); Peabody Picture Vocabulary Test-<br />
III-NL (PPVT-III-NL); Taalstandaard.<br />
1b. Wat zijn de risicofactoren voor taalachterstand?<br />
De meest consistent ge<strong>rapport</strong>eerde risicofactoren voor specifieke taalontwikkelingsstoornissen<br />
bij overig ‘gezonde’ kinderen zijn spraak- en taalachterstand in de familie,<br />
mannelijk geslacht en perinatale risicofactoren (Nelson et al, 2006). Andere<br />
risicofactoren die minder vaak ge<strong>rapport</strong>eerd worden zijn lage opleiding <strong>van</strong> de moeder<br />
en vader, kinderziekten, laat in de kinderrij <strong>van</strong> een gezin en gezinsgrootte. Risicofactor<br />
voor blootstellingsachterstand is (per definitie) onvoldoende blootstelling aan een