22.04.2014 Views

De securitisatie van KFN - Stibbe

De securitisatie van KFN - Stibbe

De securitisatie van KFN - Stibbe

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

w 26254 18-10-2006 12:02 Pagina 17<br />

<strong>De</strong> commanditaire vennootschap als fiscaal vriendelijk beleggingsinstrument<br />

moet worden aangemerkt, is de CV belastingplichtig<br />

voor de vennootschapsbelasting en worden de participanten<br />

als aandeelhouders beschouwd (artikel 2, lid<br />

3, onderdeel f, AWR). Een CV wordt als open<br />

beschouwd als buiten het geval <strong>van</strong> vererving of<br />

legaat, toetreding of ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> commanditaire<br />

vennoten kan plaatshebben zonder toestemming <strong>van</strong><br />

alle vennoten, beherende zowel als commanditaire<br />

(artikel 2, lid 2, onderdeel c,AWR). In een besluit <strong>van</strong><br />

28 februari 2006, nr. CPP2005/2530M, V-N<br />

2006/18.7, heeft de Staatssecretaris <strong>van</strong> Financiën<br />

uiteengezet hoe naar zijn mening het toestemmingsvereiste<br />

moet worden uitgelegd. Om het besloten<br />

karakter <strong>van</strong> een CV te waarborgen, moeten volgens<br />

de staatssecretaris alle vennoten, zowel de beherende<br />

als de commanditaire, afzonderlijk toestemming verlenen,<br />

waarbij het verlenen <strong>van</strong> een volmacht aan de<br />

beherende vennoot onvoldoende is. Tevens moet<br />

actief toestemming worden verleend; het stilzwijgend<br />

instemmen met een wijziging voldoet hier niet aan.<br />

Ten slotte vereist iedere wijziging, ook de ver<strong>van</strong>ging<br />

<strong>van</strong> vennoten waarbij de participaties binnen de<br />

kring <strong>van</strong> bestaande vennoten blijven, de toestemming<br />

<strong>van</strong> alle vennoten, tenzij de onderlinge verhouding<br />

niet wijzigt. Het besloten karakter <strong>van</strong> de commanditaire<br />

vennoot moet zowel blijken uit de statutaire<br />

bepalingen als uit de feitelijke gedragingen. Bij<br />

de totstandkoming <strong>van</strong> een CV leidt het standpunt<br />

<strong>van</strong> de staatssecretaris tot praktische problemen. Participaties<br />

zullen immers niet gelijktijdig worden geplaatst<br />

waardoor de commanditaire vennoten niet<br />

gelijktijdig toetreden. Voor deze situatie heeft de<br />

staatssecretaris een goedkeuring gegeven.Wanneer de<br />

participaties binnen zes maanden na de totstandkoming<br />

<strong>van</strong> de CV bij derden worden geplaatst, hoeven<br />

de zittende commanditaire vennoten daarvoor geen<br />

toestemming te verlenen. <strong>De</strong>ze participaties mogen<br />

dan alleen door de initiatiefnemer worden gehouden<br />

en geplaatst. Het standpunt <strong>van</strong> de staatssecretaris dat<br />

alle commanditaire vennoten toestemming moeten<br />

verlenen, is niet onomstreden. In de fiscale literatuur<br />

wordt wel verdedigd dat niet kan worden geëist dat<br />

alle vennoten toestemming moeten verlenen. Tot<br />

rechtspraak <strong>van</strong> de Hoge Raad heeft dit echter nog<br />

niet geleid, omdat de praktijk er kennelijk voor kiest<br />

bij twijfel de CV-akte voor te leggen aan de<br />

Belastingdienst.<br />

Het toestemmingsvereiste wordt in de praktijk als<br />

belangrijk nadeel <strong>van</strong> de CV ervaren.Vooral als het<br />

een CV betreft met honderden participanten, is het<br />

praktisch heel bewerkelijk toestemming <strong>van</strong> elke<br />

vennoot te krijgen. Een ander praktisch nadeel <strong>van</strong><br />

het toestemmingsvereiste is dat de particuliere belegger<br />

minder flexibiliteit heeft. Hij kan immers zijn<br />

participatie tussentijds alleen maar vervreemden met<br />

toestemming <strong>van</strong> de overige participanten. In de<br />

praktijk betekent dit vaak dat de belegger instapt<br />

voor de gehele looptijd <strong>van</strong> de CV. Dit zogenoemde<br />

lock-in risico vormt een grote risicofactor.<br />

Als eenmaal vaststaat dat sprake is <strong>van</strong> een besloten<br />

CV wordt de commanditaire vennoot als quasiondernemer<br />

aangemerkt als cumulatief aan de volgende<br />

drie voorwaarden is voldaan.<br />

1 <strong>De</strong> CV drijft een onderneming.<br />

2 <strong>De</strong> commanditaire vennoot heeft de intentie om<br />

quasi-ondernemer te zijn. In de jurisprudentie is<br />

dit criterium uitgelegd als rechtstreeks gerechtigd<br />

zijn tot de winst <strong>van</strong> de CV.<br />

3 <strong>De</strong> commanditaire vennoot is gerechtigd tot de<br />

winst en/of het liquidatiesaldo.<br />

Het vereiste dat sprake moet zijn <strong>van</strong> een onderneming<br />

kan problemen opleveren bij een vastgoed-<br />

CV.Wordt alleen maar belegd in vastgoed dan is er<br />

geen onderneming in fiscale zin. Dat kan anders worden<br />

als de CV ook aan projectontwikkeling doet,<br />

want dan schuiven de activiteiten meer in de richting<br />

<strong>van</strong> ondernemen. <strong>De</strong> overige twee vereisten leveren<br />

in de praktijk meestal geen problemen op.<br />

Het grote civielrechtelijke voordeel voor een<br />

commanditaire vennoot is dat zijn aansprakelijkheid<br />

is gemaximeerd tot de inbreng. <strong>De</strong> fiscale tegenhanger<br />

<strong>van</strong> deze beperkte aansprakelijkheid is neergelegd<br />

in artikel 3.9 Wet IB 2001. Grofweg komt deze regeling<br />

er op neer dat de commanditaire vennoot fiscaal<br />

niet meer verlies kan nemen dan het bedrag <strong>van</strong> zijn<br />

inleg. Ook deze regeling is omstreden, omdat veel<br />

schrijvers <strong>van</strong> mening zijn dat dit in feite een overbodige<br />

bepaling is.<br />

Tot slot noem ik nog de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek<br />

(KIA). <strong>De</strong> commanditaire vennoot heeft<br />

in beginsel recht op KIA. Praktisch gesproken kan dit<br />

recht meestal niet te gelde worden gemaakt. Dit komt<br />

door de samentelbepaling (artikel 3.41, derde lid,Wet<br />

IB 2001) die inhoudt dat bij een samenwerkingsverband<br />

voor de berekening <strong>van</strong> de KIA de investeringen<br />

moeten worden samengeteld. Dit betekent praktisch<br />

gesproken dat meestal de maximale grens <strong>van</strong> de<br />

KIA (voor 2006: € 293.000) wordt overschreden waardoor<br />

geen recht op KIA bestaat.<br />

Vastgoed-CV<br />

Algemeen<br />

<strong>De</strong> standaardstructuur <strong>van</strong> een vastgoed-CV is dat<br />

een BV de beherende vennoot is en de beleggers als<br />

commanditaire vennoot deelnemen. <strong>De</strong> beheerder<br />

O & F<br />

17<br />

Nr. 72 / oktober 2006

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!