22.04.2014 Views

De securitisatie van KFN - Stibbe

De securitisatie van KFN - Stibbe

De securitisatie van KFN - Stibbe

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

w 26254 18-10-2006 12:02 Pagina 39<br />

Enige kanttekeningen bij de voorstellen tot wijziging <strong>van</strong> het kapitaalbeschermingsrecht bij de BV<br />

zie niet in waarom het afleggen <strong>van</strong> een dergelijke<br />

verklaring een grote belasting zou opleveren, nu de<br />

afweging of aan de toetsen is voldaan toch gemaakt<br />

moet worden. Je kunt deze afweging dan toch nog<br />

wel even op papier zetten? Bovendien zal een bestuurder<br />

er ook uit bewijsrechtelijke overwegingen<br />

verstandig aan doen om te zorgen voor schriftelijke<br />

stukken waaruit blijkt dat destijds een verantwoorde<br />

afweging is gemaakt. <strong>De</strong>ze heeft hij immers hard<br />

nodig indien de vennootschap onverhoopt binnen<br />

een jaar na uitkering failliet gaat: de bestuurder zal<br />

dan het vermoeden moeten weerleggen dat hij wist<br />

dat de vennootschap na de uitkering niet aan haar<br />

schulden zou kunnen voldoen.<br />

<strong>De</strong> liquiditeitstest<br />

Naar huidig recht geldt bij uitkeringen in ruime<br />

zin 44 de zogenaamde gebonden vermogenstoets. 45 Er<br />

mag slechts worden uitgekeerd indien het eigen vermogen<br />

groter is dan het bedrag <strong>van</strong> het gestorte en<br />

opgevraagde deel <strong>van</strong> het kapitaal plus de wettelijke<br />

en statutaire reserves. <strong>De</strong>ze test, die in de derde tranche<br />

de verzwaarde balanstest wordt genoemd, moet<br />

worden gebaseerd op de laatst vastgestelde jaarrekening.<br />

Een probleem met deze test is dat de gegevens<br />

die blijken uit de laatst vastgestelde balans achterhaald<br />

zijn op het moment dat uiteindelijk wordt besloten<br />

tot uitkering. <strong>De</strong> vennootschap kan sindsdien forse<br />

verliezen hebben geleden. In een dergelijk geval rijst<br />

de vraag of zonder meer kan worden uitgekeerd<br />

omdat er volgens de gedateerde balans vrije ruimte<br />

was. <strong>De</strong> Hoge Raad heeft deze vraag in het Nimoxarrest<br />

46 negatief beantwoord. Het bewerkstelligen <strong>van</strong><br />

een besluit tot uitkering terwijl ernstig met een<br />

tekort rekening moest worden gehouden is onrechtmatig<br />

jegens schuldeisers <strong>van</strong> de vennootschap, ook<br />

als een dergelijk besluit niet in strijd is met de in artikel<br />

2:216 BW neergelegde gebonden vermogenstoets.<br />

Uit een later arrest <strong>van</strong> de Hoge Raad volgt<br />

dat ook bestuurders die hun medewerking verlenen<br />

aan een onrechtmatige uitkering aansprakelijkheidsrisico’s<br />

lopen. 47 <strong>De</strong>ze arresten betekenen dat ook<br />

thans bij het doen <strong>van</strong> uitkeringen terdege rekening<br />

moet worden gehouden met de liquiditeitspositie <strong>van</strong><br />

de vennootschap. Dit wordt in de derde tranche verder<br />

uitgewerkt door de opname <strong>van</strong> een liquiditeitstoets<br />

in artikel 2:216 BW: de bestuurders mogen<br />

geen instemming verlenen indien de vennootschap<br />

na een uitkering niet kan voortgaan met het betalen<br />

<strong>van</strong> haar schulden.Voor deze formulering heeft de<br />

wetgever gekozen omdat zij tot uitdrukking brengt<br />

dat de liquiditeitstest niet alleen ziet op de schulden<br />

die ten tijde <strong>van</strong> de uitkering reeds opeisbaar zijn,<br />

maar ook op de lopende verplichtingen waar<strong>van</strong> men<br />

ten tijde <strong>van</strong> de uitkering moet kunnen voorzien dat<br />

deze de komende tijd opeisbaar zullen worden. 48<br />

<strong>De</strong>ze passage verdient blijkens de reacties enige verduidelijking.<br />

Zo vraagt men zich af of ook rekening<br />

moet worden gehouden met toekomstige schulden<br />

die hun grondslag vinden in het op moment <strong>van</strong> uitkering<br />

reeds bestaande rechtsverhoudingen (denk aan<br />

arbeids- en huurovereenkomsten). 49 <strong>De</strong> onduidelijkheid<br />

terzake wordt mede veroorzaakt door het feit<br />

dat de wetgever niet aangeeft welke periode de liquiditeitstest<br />

zou moeten bestrijken. Er wordt wel voorgesteld<br />

dat deze toets zich tot een periode <strong>van</strong> een<br />

jaar na de uitkering zou moeten beperken. 50 Het<br />

voordeel <strong>van</strong> een dergelijke beperking is dat bestuurders<br />

weten waar ze aan toe zijn. Het nadeel <strong>van</strong> een<br />

dergelijke beperking is dat de grens <strong>van</strong> een jaar willekeurig<br />

is. Het kan zo zijn dat bestuurders weten dat<br />

er over meer dan een jaar na de uitkering een grote<br />

schuld opeisbaar wordt die de vennootschap niet zal<br />

kunnen voldoen. In zo’n geval schiet een grens <strong>van</strong><br />

een jaar te kort. <strong>De</strong> Kluiver komt met de volgende<br />

oplossing voor dit probleem. Hij stelt voor dat <strong>van</strong><br />

bestuurders een vrij gedetailleerde beschouwing<br />

omtrent de liquiditeit kan worden verlangd voor een<br />

periode <strong>van</strong> een jaar na de uitkering. 51 Hij vertaalt dit<br />

in het criterium ‘wisten of behoorden te weten dat de<br />

vennootschap gedurende het jaar na een besluit tot<br />

uitkering in geval <strong>van</strong> uitkering niet zou kunnen<br />

voortgaan met het betalen <strong>van</strong> haar schulden’. Hij<br />

stelt voorts dat <strong>van</strong> bestuurders in sommige gevallen<br />

ook kan worden verlangd dat zij verder dan een jaar<br />

vooruitkijken. Dit vertaalt hij in het criterium ‘wisten<br />

O & F<br />

39<br />

Nr. 72 / oktober 2006<br />

44 Ik bedoel hiermee uitkering <strong>van</strong> winst of reserves, inkoop <strong>van</strong> aandelen en terugbetaling na kapitaalvermindering.<br />

45 Over de vraag of naar huidig recht ook bij terugbetaling na kapitaalvermindering de gebonden vermogenstoets moet worden<br />

toegepast zijn de meningen verdeeld. Zie hierover H.E. Boschma, <strong>De</strong> derde tranche: een eerste ontwerp voor een nieuwe regeling<br />

<strong>van</strong> kapitaal en schuldeisersbescherming, verschijnt binnenkort in de reeks Ars Notariatus.<br />

46 HR 8 november 1991, NJ 1992, 174.<br />

47 HR februari 2004, JOR 2004/67 (Reinders).<br />

48 MvT, p. 28.<br />

49 Reactie Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht.<br />

50 Zie de reactie <strong>van</strong> NautaDutilh.<br />

51 H.J. de Kluiver,Vermogensbescherming bij de BV: modernisering in internationaal perspectief, WPNR 6676, p. 578-579.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!