Geneesmiddelenwet MvT maart 2004 - VGT
Geneesmiddelenwet MvT maart 2004 - VGT
Geneesmiddelenwet MvT maart 2004 - VGT
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Voor het ter hand stellen van receptgeneesmiddelen aan patiënten, blijft<br />
de tussenkomst van een apotheker – al dan niet in loondienst – noodzakelijk.<br />
Voor een goed advies aan de voorschrijver en patiënt en voor controle<br />
op het recept is een betrokkenheid van een apotheker met het ter hand te<br />
stellen product noodzakelijk.<br />
Reeds in de brief van 8 december 1998 aan de Tweede Kamer is aangegeven<br />
dat gekozen wordt voor de WOG als geneesmiddelenwet en zou de<br />
regeling met betrekking tot de beroepsuitoefening zoveel mogelijk<br />
moeten aansluiten bij de regeling van de Kwaliteitswet en de Wet BIG, Dat<br />
heeft tot gevolg dat bepalingen omtrent de beroepsuitoefening van de<br />
apotheker en de apotheek niet langer onderwerp zijn van gedetailleerde<br />
regelgeving. Ook voor andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg<br />
is dit gebruikelijk. De desbetreffende WOG-bepalingen zullen komen te<br />
vervallen. Er wordt volstaan met de waarborgen die de Wet BIG wat<br />
betreft de apotheker en de Wet Kwaliteitswet Zorginstellingen voor wat<br />
betreft de apotheek bieden. Apothekersassistenten zullen niet meer<br />
worden ingeschreven in het register bij de regionaal inspecteur voor de<br />
volksgezondheid. Wel zal de bescherming van de opleidingstitel (artikel 34<br />
van de wet BIG) op hen van toepassing blijven.<br />
Artikel 23 van de Wet BIG bevat een omschrijving van het gebied van<br />
deskundigheid van de apotheker. De terminologie die daarvoor wordt<br />
gebruikt, is «handelingen op het gebied van de artsenijbereidkunst». Het<br />
begrip artsenijbereidkunst komt in het onderhavige wetsvoorstel niet<br />
meer voor. Het is in de WOG ook gekoppeld aan het werkterrein van<br />
andere actoren op het gebied van de geneesmiddelenbereiding of distributie.<br />
In het wetsvoorstel zijn nu juist de handelingen van de verschillende<br />
actoren van elkaar onderscheiden omdat ze verschillende rechtsgevolgen<br />
hebben. De omschrijving van het deskundigheidsterrein van de<br />
apotheker in artikel 23 van de wet BIG is daarom aangepast aan de terminologie<br />
van het wetsvoorstel en overigens aan de taken van de apotheker<br />
die verband houden met zijn zorgverlenerschap.<br />
5.6 Bereiding door de apotheker<br />
Hoofdregel is dat het verboden is geneesmiddelen te vervaardigen en in<br />
de handel te brengen zonder de vereiste vergunningen. Deze verboden<br />
zullen niet van toepassing zijn met betrekking tot geneesmiddelen die<br />
door een apotheker in een apotheek zijn bereid en bestemd zijn om rechtstreeks<br />
aan klanten van de desbetreffende apotheek te worden verstrekt.<br />
Deze uitzondering vloeit voort uit artikel 3 van richtlijn 2001/83/EG.<br />
Wat betreft de fabrikantenvergunning wordt met zoveel woorden in artikel<br />
40, tweede lid, van richtlijn 2001/83/EG gesteld dat zij niet vereist is voor<br />
het bereiden e.d. indien «deze verrichtingen uitsluitend voor verstrekking<br />
in het klein worden uitgevoerd door apothekers in een apotheek». En<br />
artikel 3, eerste en tweede lid, van richtlijn 2001/83/EG bepaalt dat de<br />
richtlijn niet van toepassing is op magistrale en officinale bereidingen.<br />
Onder officinale bereidingen verstaat de richtlijn «geneesmiddelen die in<br />
de apotheek overeenkomstig aanwijzingen van de farmacopee worden<br />
bereid en voor verstrekking rechtstreeks aan de klanten van die apotheek<br />
zijn bestemd...». De richtlijn verstaat onder magistrale bereidingen<br />
«geneesmiddelen die in de apotheek volgens medisch recept voor een<br />
bepaalde patiënt worden bereid...».<br />
Er moet derhalve aan een aantal elementen worden voldaan, wil men<br />
ontheven zijn van de vergunningplicht. In de eerste plaats moet het<br />
bereiden plaatsvinden in een apotheek. Het begrip «apotheek» is in artikel<br />
1, eerste lid, van voorstel van wet gedefinieerd als «een lokaal of samenhangend<br />
geheel van lokalen waarin geneesmiddelen worden bereid, ter<br />
hand gesteld en ten behoeve van terhandstelling worden opgeslagen, dan<br />
Tweede Kamer, vergaderjaar 2003–<strong>2004</strong>, 29 359, nr. 3 17