14.12.2017 Views

RPR OCMW Evergem

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

CC Consult<br />

<strong>OCMW</strong> <strong>Evergem</strong><br />

Artikel 99 (OR 11/12/2014)<br />

Het personeelslid kan verplicht worden om vorming te volgen:<br />

1. om kennis te nemen van nieuwe wetgeving en nieuwe inzichten met betrekking tot zijn functie of<br />

dienst;<br />

2. om vertrouwd te worden met nieuwe informaticatoepassingen en technologische ontwikkelingen;<br />

3. na een procedure van interne personeelsmobiliteit, externe personeelsmobiliteit, herplaatsing<br />

of bevordering, om zich in te werken in de nieuwe functie;<br />

4. om vertrouwd te worden met het gebruik van nieuwe materialen;<br />

5. als de vorming een onderdeel is van een verbeterplan voor de werking van de dienst;<br />

6. om het individueel functioneren op het vlak van kennis of vaardigheden te verbeteren;<br />

7. in het kader van beleidsprioriteiten en beleidsprojecten;<br />

8. in het kader van een verbetertraject zoals bedoeld in artikel 58 en 72.<br />

Artikel 100<br />

Met behoud van de toepassing van de gevolgen van de evaluatie wordt vorming aangeboden die<br />

afgestemd is op de vastgestelde behoeften aan het personeelslid met een ongunstige evaluatie tijdens<br />

de loopbaan.<br />

Artikel 101 (OR 11/12/2014)<br />

Paragraaf 1<br />

Paragraaf 2<br />

De verplichting om aan vormingsactiviteiten deel te nemen gaat uit van de secretaris.<br />

De personeelsleden kunnen van de verplichting tot deelname aan de opgelegde vormingsactiviteit<br />

geheel of gedeeltelijk vrijgesteld worden als daar ernstige redenen voor zijn, andere dan overmacht.<br />

Het personeelslid dat meent een ernstige reden te hebben voor een vrijstelling van de verplichte<br />

deelname, vraagt die vrijstelling voor de start van de vormingsactiviteit aan bij de stafmedewerker<br />

personeel. De secretaris beslist over de eventuele vrijstelling.<br />

De vrijstelling moet gebaseerd worden op één van de volgende criteria:<br />

- er bestaat een duidelijke overlapping of overeenstemming tussen de voltooide vorming en de<br />

vooropgestelde vorming, training en opleiding in het kader van de vormingsplicht;<br />

- de voltooide vorming is nog steeds actueel en het resultaat ervan heeft nog steeds een effectieve<br />

waarde;<br />

- door ervaring en uitgebreide zelfstudie is reeds een zodanig hoog prestatieniveau aanwezig dat<br />

het effect van de vooropgestelde vormingsplicht in vraag kan worden gesteld.<br />

evgo-rpr-rgl-20170914-g (rechtspositieregeling artikel 104 §6 OD).doc pagina 42 van 175

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!