Digitaal archiefbeheer in de praktijk Handboek - The InterPARES ...
Digitaal archiefbeheer in de praktijk Handboek - The InterPARES ...
Digitaal archiefbeheer in de praktijk Handboek - The InterPARES ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
DEEL 2 > ARCHIEFLUIK > INLEIDING<br />
54<br />
pen. Interpretatie van <strong>de</strong> digitale archiefdocumenten is slechts mogelijk wanneer ze leesbaar zijn<br />
en er bijgevolg een oploss<strong>in</strong>g is voor het digitale duurzaamheidsprobleem.<br />
2. Het digitale archiefdocument<br />
Digitale archiefdocumenten verschillen <strong>in</strong> meer<strong>de</strong>re opzichten van papieren archiefdocumenten.<br />
Een aantal belangrijke verschillen vloeien voort uit het feit dat digitale archiefdocumenten digitale<br />
objecten zijn 1 :<br />
– <strong>de</strong> opslagwijze en <strong>de</strong> verschijn<strong>in</strong>gsvorm van een digitaal object zijn niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>: op <strong>de</strong> digitale<br />
drager wordt <strong>in</strong>formatie als bits (reeksen nullen en enen) opgeslagen, terwijl op het scherm<br />
een document <strong>in</strong> zijn <strong>in</strong>tellectuele vorm wordt gepresenteerd. Een meer expliciete i<strong>de</strong>ntificatie<br />
en beschrijv<strong>in</strong>g van het digitale archiefdocument wordt noodzakelijk.<br />
– drager en archiefdocument vormen geen eenheid meer: wijzig<strong>in</strong>gen zijn niet meer visueel<br />
waarneembaar.<br />
– voor <strong>de</strong> weergave van digitale objecten is hard- en software vereist: er is software nodig om <strong>de</strong><br />
digitale representatie van een digitaal archiefdocument (bits) om te zetten naar <strong>de</strong> documentaire<br />
vorm van het archiefdocument. Digitale objecten kunnen slechts geraadpleegd wor<strong>de</strong>n<br />
mits <strong>de</strong> vereiste computerapparatuur en -programmatuur voorhan<strong>de</strong>n is.<br />
– <strong>de</strong> orig<strong>in</strong>ele bitstream kan niet on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> gekopieer<strong>de</strong> bitstream.<br />
– digitale objecten hebben verschillen<strong>de</strong> verschijn<strong>in</strong>gsvormen: <strong>de</strong> weergave op scherm van een<br />
digitaal document is afhankelijk van <strong>de</strong> computer- en gebruikers<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen.<br />
– één digitaal archiefdocument kan verschillen<strong>de</strong> bitrepresentaties hebben: hetzelf<strong>de</strong> archiefdocument<br />
(bijvoorbeeld een e-mail) kan <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> formaten (bijvoorbeeld MSG,<br />
ASCII/Unico<strong>de</strong>, TIFF, PDF, XML, enz.) en dus <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> bitstreams wor<strong>de</strong>n opgeslagen.<br />
– er is geen vaste relatie tussen digitale archiefdocumenten en computerbestan<strong>de</strong>n waardoor<br />
dui<strong>de</strong>lijke i<strong>de</strong>ntificatie nodig is. De relatie tussen archiefdocumenten en computerbestan<strong>de</strong>n<br />
varieert immers van:<br />
• 1 op 1: 1 archiefdocument wordt <strong>in</strong> 1 computerbestand opgeslagen<br />
• 1 op veel: 1 archiefdocument bestaat uit meer<strong>de</strong>re computerbestan<strong>de</strong>n<br />
• veel op 1: meer<strong>de</strong>re archiefdocumenten wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> 1 computerbestand bewaard.<br />
Deze kenmerken zijn <strong>in</strong>herent aan het ‘digitaal-zijn’. Het ‘digitaal-zijn’ is een essentiële karakteristiek<br />
van het archiefdocument die niet verloren mag gaan, maar die mee <strong>in</strong> tijd moet wor<strong>de</strong>n<br />
overgebracht. Archivarissen vertrekken immers vanuit het archiefwetenschappelijke pr<strong>in</strong>cipe dat<br />
archiefdocumenten <strong>in</strong> hun primaire vorm wor<strong>de</strong>n gearchiveerd: wat digitaal ontstaat, wordt digitaal<br />
gearchiveerd.<br />
Door haar digitale eigenschap komt het concept van ‘het’ orig<strong>in</strong>ele document on<strong>de</strong>r druk te staan.<br />
In <strong>de</strong> digitale wereld overleeft het orig<strong>in</strong>eel immers niet. Door <strong>de</strong> technologische verou<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g is<br />
het orig<strong>in</strong>eel gedoemd te verdwijnen. Telkens wanneer men een digitaal document reconstrueert,<br />
wordt als het ware een nieuwe kopie van het orig<strong>in</strong>eel gecreëerd. De uitvoer<strong>in</strong>g van eenzelf<strong>de</strong> bitstream<br />
resulteert immers <strong>in</strong> een nieuwe uitvoer<strong>in</strong>g of verschijn<strong>in</strong>g, afhankelijk van <strong>de</strong> gebruikte<br />
computer- en gebruikers<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen. Bovendien kan het orig<strong>in</strong>ele digitale document niet altijd<br />
even gemakkelijk ge<strong>de</strong>f<strong>in</strong>ieerd wor<strong>de</strong>n. Digitale documenten hebben immers geen vaste verschijn<strong>in</strong>gsvorm.<br />
Dit maakt het extra moeilijk om <strong>de</strong> orig<strong>in</strong>ele ‘look and feel’ van een document vast te<br />
leggen. Daarenboven kunnen orig<strong>in</strong>ele bitstreams en hun kopieën niet van elkaar wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n.