de invloed van de buurt - Maatschappijwetenschappen - Universiteit ...
de invloed van de buurt - Maatschappijwetenschappen - Universiteit ...
de invloed van de buurt - Maatschappijwetenschappen - Universiteit ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het omgevingseffect 15<br />
valt aan te tonen dat bij toenemen<strong>de</strong> segregatie <strong>van</strong> kansarme huishou<strong>de</strong>ns<br />
<strong>de</strong> kans afneemt dat kansarme huishou<strong>de</strong>ns an<strong>de</strong>re, meer kansrijke huishou<strong>de</strong>ns<br />
ontmoeten. Dit alles geldt terwijl het aan<strong>de</strong>el kansarmen in het<br />
gehele ste<strong>de</strong>lijke systeem constant blijft. Uit empirisch on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat<br />
het opgroeien in een getto <strong>de</strong> kans op voortijdig schoolverlaten vergroot, <strong>de</strong><br />
kans om op <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lbare school terecht te komen verkleint, <strong>de</strong> kans op<br />
werk vermin<strong>de</strong>rt, <strong>de</strong> kans op een laag inkomen als men volwassen is,<br />
vergroot en <strong>de</strong> kans op vroegtijdig en ongehuwd moe<strong>de</strong>rschap doet toenemen.<br />
In <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Schill (1994, p. 443): ".. this concentration of<br />
poverty generates attitu<strong>de</strong>s, behaviours, and values that impe<strong>de</strong> the ability of<br />
resi<strong>de</strong>nts to grasp whatever opportunities exist for social mobility".<br />
Deze op Amerikaanse ervaringen gebaseer<strong>de</strong> visie dat <strong>de</strong> segregatie <strong>van</strong><br />
kansarmen als zelfstandige factor <strong>invloed</strong> uitoefent op <strong>de</strong> sociale mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
<strong>van</strong> huishou<strong>de</strong>ns, wordt ge<strong>de</strong>eld door tal <strong>van</strong> Europeanen. Robson<br />
(1988) verbond het welzijn <strong>van</strong> huishou<strong>de</strong>ns aan <strong>de</strong> context en conclu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
bondig dat: "place as well as people matters". De Lannoy & Kesteloot<br />
(1990) merken het volgen<strong>de</strong> op: "De resi<strong>de</strong>ntiële differentiatie is niet alleen<br />
het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> klassenverhoudingen binnen <strong>de</strong> maatschappij, maar is er<br />
mee <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> dat <strong>de</strong>ze klassenstructuur in stand wordt gehou<strong>de</strong>n en<br />
gereproduceerd. Het wonen in een bepaal<strong>de</strong> <strong>buurt</strong> heeft in<strong>de</strong>rdaad een<br />
belangrijke <strong>invloed</strong> op <strong>de</strong> toegang tot collectieve voorzieningen, op <strong>de</strong><br />
normen <strong>van</strong> <strong>de</strong> bewoners, op hun gedragingen en op hun maatschappelijke<br />
betrachtingen. Bewoners <strong>van</strong> kansarme <strong>buurt</strong>en hebben weinig mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
tot opwaartse sociale mobiliteit en er is een grote kans dat hun<br />
armoe<strong>de</strong>situatie overgaat <strong>van</strong> generatie op generatie".<br />
Toch is het nog maar <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong>rgelijke <strong>buurt</strong>effecten binnen <strong>de</strong><br />
Europese context en in het bijzon<strong>de</strong>r binnen <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse context<br />
werkelijk verwacht moeten wor<strong>de</strong>n. Het type verzorgingsstaat speelt hierbij<br />
een grote rol. In liberale verzorgingsstaten, waarin veel aan <strong>de</strong> marktwerking<br />
wordt overgelaten, bestaat in<strong>de</strong>rdaad doorgaans een relatief sterk verband<br />
tussen het hebben <strong>van</strong> een baan en an<strong>de</strong>re sociale indicatoren, zoals het<br />
inkomen, <strong>de</strong> opleiding die men heeft genoten en <strong>de</strong> huisvestingssituatie<br />
waarin men zich bevindt. Zoals hiervoor al is uiteengezet, heeft een<br />
werkloze in zo’n situatie een grote kans om spoedig met een laag inkomen<br />
geconfronteerd te wor<strong>de</strong>n en zal <strong>de</strong>ze al gauw slecht gehuisvest zijn, samen<br />
met an<strong>de</strong>re werklozen in een weinig gewaar<strong>de</strong>erd segment <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
woningmarkt in een afgebakend <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> stad. De ruimtelijke segregatie<br />
op het gebied <strong>van</strong> het wonen wordt dan weerspiegeld in <strong>de</strong> sociale<br />
participatie in an<strong>de</strong>re sferen. En als <strong>de</strong> segregatie toeneemt, hangt dit<br />
mogelijk negatief samen met <strong>de</strong> participatie op an<strong>de</strong>re terreinen.<br />
In an<strong>de</strong>re verzorgingsstaten, waar <strong>de</strong> overheid een veel intensiever rol speelt,<br />
zoals in veel Europese lan<strong>de</strong>n, is dit verband tussen woonsegregatie, werk,<br />
inkomen en opleiding veel zwakker (Van Amersfoort 1992, Musterd &