2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift
2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift
2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
In dienst van Den Haag 15<br />
De rol van Kabeljauwse netwerken bij het Hof van <strong>Holland</strong><br />
De ambtenaren die zich in de partijdstrijd als Kabeljauw manifesteerden, staan vet gedrukt<br />
in Tabel 1. Nu zal gekeken worden of ze naast hun verbondenheid in de partijstrijd ook andere<br />
connecties met elkaar aangingen en of ze banden hadden met mannen die later gewestelijk<br />
ambtenaar werden. Uit de sententieregisters van het Hof van <strong>Holland</strong> blijkt dat Jan<br />
van Egmond zijn positie als stadhouder vermoedelijk gebruikte om vonnissen ten gunste<br />
van Jan of Filips van Wassenaar uit te laten vallen. Jan van Egmond was over het algemeen<br />
niet vaak aanwezig bij de zittingen van de Raad en het kan daarom geen toeval zijn dat hij<br />
juist wel aanwezig was bij het niet geringe aantal procesen waar één van de Van Wassenaars<br />
bij betrokken was. 34 Daarnaast was Floris Oem van Wijngaarden, die uit een Kabeljauwse familie<br />
stamde, zijn rentmeester vanaf in ieder geval 1508. Bovendien schonk Jan in 1498 het<br />
bodeambacht van Weesp aan Jan de bastaardzoon van Jan van Rietveld. 35<br />
De beide Van Wassenaars hadden in meer gevallen een band met de minder hoge Kabeljauwen.<br />
De Van Duivenvoordes, waaronder de Kabeljauw Arend van Duivenvoorde en zijn<br />
zoon Jan die vanaf 1500 actief werd als raadsheer, waren sinds de 13de eeuw een zijtak van<br />
de Van Wassenaars en voelden zich ook nog steeds verwant. 36 Bovendien was Arend van Duivenvoorde,<br />
net als de raadsheren Cornelis van Dorp en Jan Oem van Wijngaarden, leenman<br />
van Jan van Wassenaar. 37 Lieven van Kats, die een neef was van onbezoldigd raadsheer Jan<br />
Oem van Wijngaarden (zie Figuur 1), was reeds in 1470 een vertrouweling van Jan van Wassenaar.<br />
38 Enigszins mysterieus is de relatie die de familie Van Spangen met de Van Wassenaars<br />
had. Zeker is dat raadsheer Filips van Spangen in 1497 leenhulde deed voor de nog<br />
minderjarige zoon van Jan van Wassenaar. 39 Wellicht wierp Filips zich als naast familielid op<br />
want volgens een bepaalde traditie was de familie Van Spangen een jongere tak van de burggraven<br />
van Leiden en dus van de Van Wassenaars. 40 Hoewel het burggraafschap niet veel<br />
meer voorstelde in de tijd dat Jan van Wassenaar deze titel had, kwam hij regelmatig in Leiden.<br />
Wat hierbij opvalt is dat hij bij die uitstapjes soms ook een aantal niet bij name genoemde<br />
raadsheren met zich meenam, in jaren dat hij officieel niets met de Raad te maken<br />
had. 41 Dat Jan van Wassenaar op informele wijze invloed bleef houden op de Raad blijkt ook<br />
uit een eenmalig optreden als onbezoldigd raadsheer op 5 juli 1488 samen met zijn leenman<br />
Cornelis van Dorp. 42 Beide heren hebben het dat jaar bij dit eenmalige optreden gelaten. Filips<br />
van Wassenaar tenslotte, had het rentmeesterschap van het Haagse bos in handen vanaf<br />
in ieder geval 1486 tot 1492 en liet het uitoefenen door de latere controleur Jacob Clamp. 43<br />
De Kabeljauwse families waren ook door huwelijken verbonden. Filips van Wassenaar<br />
had een dochter van Arend van Zevenbergen als echtgenote, en in 1511 trouwde de zoon van<br />
34 Voor een proces van Jan van Wassenaar: HvH, inv. nr. 478, sen. 281. Voor Filips o.a.: HvH, inv. nr. 477, f. 253r; inv. nr.<br />
478, sen. 266.<br />
35 HvH, inv. nr. 488, sen. 92; RekRek, inv. nr. 194, f. 61v.<br />
36 Brokken, Heren van stand, 87.<br />
37 Ibidem, 52. Voor Jan Oem van Wijngaarden: C. Hoek, ‘De leenkamers van de heren van Wassenaar’, Ons Voorgeslacht 33<br />
(1978) 53-144, 149-233, 461-557, 561-665, aldaar 77, 609.<br />
38 Brokken, Heren van stand, 53.<br />
39 J.C. Kort, ‘Repertorium op de grafelijke lenen in Rijnland, 1222-1650’, Ons Voorgeslacht 42 (1990) 103-182, aldaar 134.<br />
40 C. Hoek, ‘Het voorgeslacht van heer Cornelis Musius Pater van het Sint Agatha convent te Delft’, Jaarboek van het Centraal<br />
Bureau voor Genealogie 43 (1989) 45-52, aldaar 51.<br />
41 Zie o.a.: SAL, inv. nr.559, f. 163r, f. 166v.<br />
42 HvH, inv. nr. 478, sen. 147.<br />
43 RekRek, inv. nr. 1977-1983.