05.09.2013 Views

2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift

2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift

2003-1 - Holland Historisch Tijdschrift

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

40 Medemblik voor het Hof van <strong>Holland</strong><br />

ge van Medemblik (die volgens de processtukken bestond uit de plaatsen Medemblik, Opperdoes<br />

en Oostwoud) was aan daggeld nog een bedrag van 23 lb. 2 s. 1 d. (van 40 gr.) verschuldigd,<br />

maar weigerde dit te betalen. 79 Waarom Wervershoof tijdens dit proces niet werd genoemd<br />

is onduidelijk. Dit dorp maakte namelijk eveneens deel uit van de kogge van Medemblik. 80<br />

De bovengenoemde omslag vond zoals gezegd plaats in 1493, toen er pogingen werden<br />

ondernomen om het dijkbeheer van de Westfriese Omringdijk te verbeteren. Daartoe werd<br />

reeds in november 1492 een dagvaart belegd te Medemblik. Enkele raadsleden (waaronder<br />

Jan van Essche en meester Simon Pieterszn.) en gedeputeerden van Haarlem, Amsterdam,<br />

Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen en Medemblik gingen toen met elkaar in discussie over het opstellen<br />

van een conceptordonnantie. 81 In februari 1493 werd de definitieve ordonnantie uitgevaardigd.<br />

Volgens deze ordonnantie moesten de kosten van het dijkonderhoud worden<br />

omgeslagen over alle onderhoudsplichtigen (dus ook over de kogge van Medemblik).<br />

Van dit proces is een gerechtelijke uitspraak bewaard gebleven. Daaruit blijkt dat het Hof<br />

van <strong>Holland</strong> de eisers in het gelijk stelde en de kogge van Medemblik veroordeelde tot het betalen<br />

van het verschuldigde bedrag. Daarnaast moesten Medemblik, Opperdoes en Oostwoud<br />

eveneens de proceskosten betalen. 82 Toch kregen de veroordeelden van het Hof van <strong>Holland</strong><br />

de mogelijkheid aangeboden om een regeling te treffen voor een vermindering van de te betalen<br />

proceskosten. In het dingtaal van 14 april 1494 wordt echter vermeld dat hier door Medemblik<br />

geen gebruik van werd gemaakt. 83 Samen met het relatief geringe bedrag waar het in dit<br />

proces om ging (het betrof slechts 92 daglonen van een meester metselaar), is dit niet echt<br />

een teken dat de stad grote moeite had om zich op financieel gebied het hoofd boven water te<br />

houden. Op zichzelf staand kan dit proces dan ook niet worden gebruikt om uitspraken te doen<br />

over de financiële situatie waarin Medemblik aan het eind van de 15de eeuw verkeerde. Gecombineerd<br />

met de gegevens uit de andere processen versterkt het echter wel degelijk het beeld<br />

dat Medemblik in deze periode gebukt ging onder de economische malaise.<br />

Renten<br />

De verkoop van renten droeg in belangrijke mate bij aan de financiële problemen van vele<br />

<strong>Holland</strong>se steden, waaronder ook Medemblik. Zoals bekend liep Medemblik in 1494 vier<br />

jaar achter met het uitkeren van de rentebetalingen. Dat zorgde ervoor dat gedupeerde rentekopers<br />

processen aanspanden om de achterstallige rentetermijnen alsnog uitgekeerd te<br />

krijgen. Hoewel men daardoor een groot aantal rechtszaken zou verwachten, zijn er met betrekking<br />

tot Medemblik slechts drie processen over renten bewaard gebleven. 84 Er kunnen<br />

in de loop der tijd enkele processen verloren zijn gegaan. 85 Ook wogen de proceskosten voor<br />

kogge van Wognum en de kogge van Sybekarspel (of ‘middele cogghe’).<br />

79 Voor hun werkzaamheden ontvingen landsheerlijke ambtenaren daggeld, waarvan de hoogte afhankelijk was van de positie<br />

van de betreffende ambtenaar in de hiërarchie, zie: Damen, De staat van dienst, 380.<br />

80 Misschien had Wervershoof de commissarissen wel betaald en werd het daarom niet vermeld in de processtukken.<br />

81 Kokken, Steden en Staten, 267.<br />

82 De verliezende partij draaide namelijk op voor de proceskosten.<br />

83 ‘Die stede van Medemblyck, die verdachvaert waere omme te diminuieren up die declaracie van costen bijden voirs. Jan<br />

ende sijne medegesellen up huiden overgegeven, ende niet en compareerde noch niemant van huere wegen gemachtigt’:<br />

HvH, Register van dingtalen, inv. nr. 01787 (ongefolieerd).<br />

84 De betalingen van deze renten bedroegen in totaal 29 Rijnse guldens (van 40 gr.) per jaar. Dat is maar een fractie van de<br />

in totaal 440 Rijnse guldens (van 40 gr.) die Medemblik jaarlijks aan rentetermijnen moest uitkeren.<br />

85 Er zitten namelijk enkele hiaten in bepaalde registers uit het archief van het Hof van <strong>Holland</strong>. Zo ontbreken in de Registers<br />

van appointementen bijvoorbeeld de jaren 1495-1497.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!