Inhoud stuurt de beweging (pdf) - STIJN VERHAGEN
Inhoud stuurt de beweging (pdf) - STIJN VERHAGEN
Inhoud stuurt de beweging (pdf) - STIJN VERHAGEN
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2.3 Wensen van verschillen<strong>de</strong> groepen mensenOm <strong>de</strong> WMO op effectieve wijze vorm te kunnen geven moeten <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkewethou<strong>de</strong>rs weten wat <strong>de</strong> knelpunten en wensen zijn van <strong>de</strong>mensen die problemen on<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>n. An<strong>de</strong>rzijds moeten zij ervoor wakenop dit punt verwachtingen bij <strong>de</strong> bevolking te wekken die zij niet kunnenwaarmaken. Op lokaal niveau kan on<strong>de</strong>r steuning aansluiten op wensen vanmensen; daar kan maatwerk wor<strong>de</strong>n gebo<strong>de</strong>n. Het on<strong>de</strong>rzoek naar een goe<strong>de</strong>match tussen <strong>de</strong> behoefte aan on<strong>de</strong>rsteuning en <strong>de</strong> diverse vormen van on<strong>de</strong>rsteuningis nog relatief schaars. Zo weten we wel dat veel ou<strong>de</strong>rs een beroepdoen op jeugdzorg, maar we weten lang niet altijd in welke mate hun problemenwor<strong>de</strong>n verholpen. Ook weten we dat veel mensen verslaafd, of dak- ofthuisloos zijn, maar we weten veelal niet precies waar zij zich bevin<strong>de</strong>n enhoe we ze kunnen bereiken. Veel gemeenten investeren in on<strong>de</strong>rzoek naarbehoeften en tevre<strong>de</strong>nheid van hun inwoners. Met <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> WMO zaldat (moeten) toenemen.Mensen met lichamelijke beperkingenHet Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) heeft onlangs on<strong>de</strong>rzoek gedaannaar <strong>de</strong> participatie en wensen van mensen met lichamelijke beperkingen (DeKlerk en Schellingerhout 2006). Een groot <strong>de</strong>el is maatschappelijk actief, maartoch zou ongeveer zeventig procent van hen meer willen participeren dan zijnu doen. Mensen willen vooral meer <strong>de</strong>elnemen aan vrijetijdsactiviteiten buitenshuis,zoals sporten in verenigingsverband (vooral jongere mensen) of naar<strong>de</strong> kerk gaan (vooral ou<strong>de</strong>ren). Voor een <strong>de</strong>el gaat het hier om wensen die metbehulp van beleid niet zijn te realiseren. Dat is bijvoorbeeld het geval als moeheidof te veel pijn <strong>de</strong> aanleiding vormen voor het gebrek aan participatie (vgl.De Klerk 2002). Maar het betreft ook problemen van mensen die met behulpvan a<strong>de</strong>quate nieuwe vormen van on<strong>de</strong>rsteuning wèl kunnen wor<strong>de</strong>n gecompenseerd(De Klerk en Schellingerhout 2006: 168-170).Ten eerste geldt dat voor vervoersproblemen. Op dit gebied is veel verbeteringmogelijk. Ongeveer vijftien procent van <strong>de</strong> mensen met lichamelijke beperkingenkan als gevolg van vervoersproblemen niet zo veel participeren als zijzou<strong>de</strong>n willen. Zo zijn, ondanks inspanningen op dit terrein, treinen en bussenin Ne<strong>de</strong>rland nog steeds slecht toegankelijk voor rolstoelgebruikers.Ten twee<strong>de</strong> geldt dat voor <strong>de</strong> ontoegankelijkheid van veel gebouwen. Elf procentvan <strong>de</strong> mensen met beperkingen kan daardoor niet zo maatschappelijk20 / <strong>Inhoud</strong> <strong>stuurt</strong> <strong>de</strong> <strong>beweging</strong>