Vol.13juni’062. Lees van iedere paragraaf in manuscript de eerste zin enwees ervan overtuigd dat de zinnen helder zijn en essentieel.Ook dient de informatie logisch geordend te zijn.3. Vermijd te algemeen woordgebruik in de Samenvatting,zoals ‘Dit artikel beschrijft…’.4. Vermijd literatuurverwijzingen en statistische waardenin de Samenvatting.5. Vermijd het gebruik van auteursnamen in de tekst bijliteratuurverwijzingen, tenzij de naam van historischbelang is.6. Vermijd te algemeen woordgebruik in de laatste paragraafvan de Inleiding, zoals ‘Hierbij presenteren wijonze data.’7. Verwijs alleen naar Figuren en Tabellen door een verwijzingtussen haakjes aan te geven. Vermijd zinnenwaarin een Tabel of Figuur onderwerp van gesprek is.8. Lees nogmaals de meest recente versie van deRichtlijnen <strong>voor</strong> auteurs <strong>voor</strong> het <strong>NTvO</strong>.LITERATUUR1. Carter SP. Writing for your peers. New York, Praeger 1987.2. Day RA. How to write and publish a scientific paper.Philadelphia, ISI Press 1979.3. DeBackey L. The scientific journal: editorial policies andpractices: Guideline for editors, reviewers, and authors. StLouis, The CV Mosby Company 1976.4. Huth EJ. How to write and publish papers in the medicalsciences. Philadelphia, ISI Press 1982.5. King LS. Why not say it clearly: a guide to expositorywriting. Boston, Little, Brown and Company 1991.6. Strunk W Jr, White EB. The elements of style. Ed3. NewYork, Macmillan Publishing Company 1979.7. Committee on publication ethics. Committee on publicationethics. http://www.publicationonethics.org.uk 2003.8. Cowell HR. Ethical responsibilities of editors, reviewers,and authors. Clin Orthop 2000;378:83-9.9. Engler RL, Covell JW, Friedman PJ, Kitcher PS, Peters RM.Misrepresentation and responsibility in medical research.N Engl J Med. 1987;317:1383-9.10. Reidenberg MM. Sponsorship, authorship, and accountability.N Engl J Med. 2002;346:290-2.11. Relman AS. Lessons from the Darsee affair. N Engl J Med.1983;308:1415-7.12. Relman AS. Responsibilities of authorship: where does thebuck stop? N Engl J Med. 1984;310:1048-9.13. Relman AS. New "Information for Authors" and readers.N Engl J Med. 1990;323:56.14. International Committee of Medical Editors: Uniform requirementsfor manuscripts submitted to biomedicaljournals. N Eng J Med 1997;336:309-15.15. American Association Manual of style: a guide for authorsand editors. Chicago, Williams & Wilkens, 1997.16. Motulski H. Intuitive biostatistics. New York, Oxford universitypress, 199584 ■ N<strong>ED</strong>ERLANDS TIJDSCHRIFT VOOR ORTHOPA<strong>ED</strong>IE
<strong>Nederlands</strong> <strong>Tijdschrift</strong><strong>voor</strong> <strong>Orthopaedie</strong>Computergestuurde versus conventionele implantatievan een totaleknieprotheseP.N.J. Bollars, M.J.A. van Steijn, P. Deckers en J. BellemansSAMENVATTINGEen totaleknieprothese is een gevestigde behandelmethode<strong>voor</strong> de behandeling van ernstige gonartrose. Om te zorgen<strong>voor</strong> een grotere nauwkeurigheid bij het plaatsen van deprothesen zijn er navigatiesystemen ontwikkeld die de chirurgtijdens de operatie kunnen assisteren. De toegenomen precisiein protheseplaatsing met dergelijke systemen werd inmiddelsaangetoond in verscheidene publicaties, maar er is tot op hedenweinig of geen informatie <strong>voor</strong>handen wat betreft andere <strong>voor</strong>ofnadelen in vergelijking met de conventionele techniek. Indeze studie werd dit in kaart gebracht, met name wat betreft hetaantal complicaties, opnameduur, operatieduur en bloedverlies.Hiertoe hebben we de resultaten van operaties 77 genavigeerdepatiënten vergeleken met die van 134 conventionele patiënten.Afgezien de kans op een stressfractuur, waarvan zich er één<strong>voor</strong>deed in de computergestuurde groep, zijn er geen significanteverschillen wat betreft het optreden van complicatiestussen beide technieken. De duur van de operatie is 31 minutenlanger met de computergestuurde techniek, de opnameduur is<strong>voor</strong> beide technieken hetzelfde. Echter, het totale bloedverliestijdens operatie is met de computergestuurde navigatie techniek100 ml minder dan bij de conventionele techniek.INLEIDINGDrs. P.N.J. Bollars, medisch student, Sint-Maartenstraat 24,3770 Riemst.Drs. M.J.A. van Steijn en drs. P. Deckers, orthopedisch chirurgenafdeling orthopedie, Academisch Ziekenhuis Maastricht,Debyelaan 25, 6202 AZ Maastricht.Prof. dr. J. Bellemans, orthopedisch chirurg, afdeling orthopedie,K.U.Leuven, UZ Pellenberg, Weligerveld 1, 3212 Leuven –Pellenberg, België.Correspondentie: Drs. M.J.A. van SteijnE-mail: mst@sort.azm.nlEen totaleknieprothese (TKP) is een veelgebruiktetechniek bij patiënten met degeneratieve gewrichtsafwijkingenin de knie. Het vermindert de pijn aan de knieen verbetert de functie van de knie. Hoewel dezetechniek meestal leidt tot goede resultaten, treden er bij5% tot 8% van de gevallen toch complicaties als loslating,instabiliteit, malpositionering, infecties of fracturenop. 1-3 Het succes van een TKP is afhankelijk van devolgende factoren: patiëntselectie, ontwerp van deprothese, wekedelenbalans, positionering van de prothesecomponentenen correctie van de mechanischebeenas. 4Een slecht geplaatst implantaat kan resulteren in eenversnelde slijtage van prothesecomponenten, een vroegtijdigeloslating van ervan en vermindering van kniefunctie.1,3,4,5-6 In het algemeen geldt dat iedere malpositioneringkan leiden tot beschadiging van hetimplantaat en zo kan resulteren in een verslechteringvan de kwaliteit van de TKP. Hierdoor zal de ‘survival’van de TKP dalen.De mechanische intra- of extramedullaire positioneringbegeleiding(conventionele techniek) heeft een grotemate van zekerheid en juistheid <strong>voor</strong> het plaatsen vanTKP. Toch heeft deze techniek fundamentele problemendie er toe bijdragen dat deze techniek nooit kanleiden tot ultieme zekerheid betreffende de positioneringvan de componenten. 4 Zo treedt bij 10% van depatiënten die met behulp van deze techniek geholpenzijn, een tibiale of femorale plaatsingsfout van meer dan3 graden op, zelfs wanneer de operatie werd uitgevoerddoor een ervaren chirurg. 4Computergestuurde positioneringsystemen zijn ontwikkeldom de tekorten van de conventionele techniekte verminderen. Het doel van deze computernavigatietechniekis een zo nauwkeurig mogelijke implantatie.Dit wordt bereikt door gebruik te maken van digitalebeelden gebaseerd op standaard anatomische oriëntatiepunten(‘landmark’) en kinematische analyses. Eenaantal studies hebben reeds aangetoond dat dezetechniek leidt tot een verbeterde positionering van decomponenten. 1,4,6-10 Zo toonde Chauhan et al. aan dater een significante verbetering optrad bij het gebruikvan de computernavigatietechniek <strong>voor</strong> wat betreft defemorale varus/valgus, de femorale rotatie, de tibialevarus/valgus, de tibiale rotatie, de tibiale hellingsgraad(‘tibial slope’) en de femorotibiale wanverhouding(‘mismatch’). 7In ons retrospectief onderzoek is onderzocht of de computernavigatietechnieknaast een betere positioneringvan de TKP ook andere <strong>voor</strong>delen oplevert in vergelijkingmet de conventionele techniek. Hierbij nemen decomplicaties, de opnameduur, de operatieduur en hetbloedverlies een centrale plaats in.Vol.13juni’06N<strong>ED</strong>ERLANDS TIJDSCHRIFT VOOR ORTHOPA<strong>ED</strong>IE ■ 85