01.09.2013 Views

De Elf (Lucas 24,9.33 Hand 2,14) Jezus verscheen ... - JesusKing.info

De Elf (Lucas 24,9.33 Hand 2,14) Jezus verscheen ... - JesusKing.info

De Elf (Lucas 24,9.33 Hand 2,14) Jezus verscheen ... - JesusKing.info

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Michmas;<br />

bij de pas van<br />

Michmas, aan<br />

de noord en de<br />

zuidkant, waren<br />

er twee scherpe<br />

rotsen “and the<br />

name of the<br />

one was Bozez,<br />

and the name<br />

of the other<br />

Seneh.”<br />

Hij richtte de<br />

(twee bronzen)<br />

pilaren aan de<br />

voorkant van<br />

de tempel op,<br />

… die aan de<br />

zuidkant<br />

noemde hij<br />

Jachin, en die<br />

aan de<br />

noordkant<br />

Boaz.<br />

17. hebreeërs kamp van de<br />

Filistijnen in<br />

Michmas;<br />

keren zich tot<br />

de Israelieten in<br />

Gibea<br />

18. Kenieten stad (‘iyr’) van<br />

Amalek<br />

(‘iyr’ = stad,<br />

kampement)<br />

19. Kenieten zuid(land) van<br />

Kenieten<br />

20. Kenieten steden (‘iyr’)<br />

van Kenieten<br />

Karmel?<br />

Jizreël?<br />

21. Davids zonen van Karmel en<br />

‘cohen’, zijn Jizreël in<br />

vrouwen Abigail Negev van<br />

en Ahinoam Arad<br />

22. Rekab zoon van<br />

Rimmon<br />

(Beerotieten<br />

vluchtten naar<br />

Gittaim en zijn<br />

daar verblijvers<br />

(‘guwr’) )<br />

kinderen van<br />

Benjamin<br />

van Beerot<br />

naar Rots van<br />

Rimmon en tot<br />

Benjamin<br />

gerekend,<br />

vluchtten naar<br />

Gittaim (in<br />

Gad/Gilead<br />

en/of<br />

Benjamin?)<br />

Machanaim<br />

1Sa <strong>14</strong>,4-5<br />

(1Kon 7,21 2Kr<br />

3,17)<br />

Toen … zeiden de Filistijnen: Zie, Hebreeen komen te<br />

voorschijn uit de holen waarin zij zich verborgen hadden (de<br />

Filistijnen zullen geweten hebben dat de hebreeërs (Kenieten)<br />

niet in huizen woonden maar in grotten en tenten en voor een<br />

Filistijn was er geen verschil tussen de Kenieten en de<br />

Israelieten, aangezien zij beiden besneden waren. Dus dachten zij<br />

dat Jonathan en zijn gezel Kenieten waren en daarom lieten zij<br />

hen binnen in hun kamp); het water dat gebruikt werd door de<br />

600 Benjaminieten verborgen in de Rots van Rimmon Rich<br />

20,47, het kan het begin van de rivier Chereth geweest zijn, die<br />

naar Jericho vloeide.<br />

<strong>De</strong> twee bronzen pilaren pillars (1Kon 7,21 2Kr 3,17) die<br />

gemaakt werden voor Salomo’s tempel door Kenitische smeden<br />

die in de grotten van Michmas vlakbij de twee rotsen hadden<br />

gewoond en weer woonden? <strong>De</strong> pilaren hadden tegengestelde<br />

namen: Jachin: STANDVASTIGHEID (Kenieten handhaafden<br />

zich in elk land, door zich te verbergen en te wonen in rotsen en<br />

door vrede te hebben met alle naties die van hun wapens en<br />

gebruiksvoorwerpen afhankelijk waren), en Boaz: RAPHEID<br />

(beweeglijkheid, zoals de rondtrekkende Kenieten zich snel<br />

verplaatsten om elke strijd te ontkomen en makkelijk overstapten<br />

van de ene partij naar de andere). Zo hadden ook de rotsen bij<br />

Michmas tegengestelde namen: Bozez: verblindend wit,<br />

glinsterend (hetgeen een aspect van rapheid, beweeglijkheid<br />

heeft), en Seneh: rots-doorn (een sterke scherpe struik die niet<br />

verplaatst of aangeraakt kan worden en in een rotsachtige bodem<br />

groeit).<br />

1Sa <strong>14</strong>,21 hebreeërs die bij de Filistijnen wonen (in vrede want de smeden<br />

verdienden hun eigen inkomen); keren zich om om bij de<br />

Israelieten te zijn (desertie) die samen met Saul en Jonathan strijd<br />

voerden; waarschijnklijk dezelfde smeden en hebreeërs van 1Sa<br />

13,19-21<br />

1Sa 15,5-6 Door Saul gewaarschuwd om bij de Amalekieten weg te gaan<br />

(hadden vrede met Saul én Amalekieten) “gij hebt immers trouw<br />

bewezen aan alle Israelieten, toen zij uit Egypte trokken." <strong>De</strong><br />

Kenieten vertrokken dus vanuit het midden van de Amalekieten<br />

(desertie). Saul had Kenitische ‘hebreeuwse’ huursoldaten die<br />

wilden dat de overige Kenieten gewaarschuwd werden?<br />

1Sa 27,10 waren Davids vrienden, dus ze hadden vrede met Saul én David<br />

1Sa 30,29 (‘iyr’ stad/kampement) David geeft hun wat buit<br />

2Sa 8,18<br />

1Kr 3,1<br />

1Sa 25,2-3.42-<br />

43 27,3<br />

2Sa 4,2-3.5.12<br />

Ps 8,1 81,1<br />

84,1<br />

Abigail (voorheen vrouw van een leider nabij berg Karmel) =<br />

“vader/leider van de dans/vreugde” (speelt muziekinstrument<br />

gemaakt door Kenieten? Ahinoam = “broeder van plezierigheid”<br />

Davids vrouwen (en zoons) waren Kenieten? Vgl. Jetro, ‘cohen’<br />

van Midjanieten = prins van Midjanieten<br />

“Nu had de zoon van Saul twee mannen, aanvoerders van<br />

krijgsbenden, de een heette Baana en de ander Rekab, zij waren<br />

zonen van de Beerotiet Rimmon, die tot de Benjaminieten<br />

behoorde. Want ook Beerot wordt bij Benjamin gerekend. <strong>De</strong><br />

Beerotieten waren naar Gittaim gevlucht en daar vreemdelingen<br />

… tot op de huidige dag.”<br />

‘rekeb’ = “ruiter”, “strijdwagen”<br />

Beerotieten werden tot Benjamin gerekend, en waren dus geen<br />

echte Benjaminieten (werden tot Benjamin gerekend<br />

waarschijnlijk omdat de Kenieten de vermoorde mannen uit de<br />

stam Benjamin hadden vervangen en in de grotten van Benjamin<br />

woonden); waren vreemdelingen/verblijvers (‘ger’):<br />

waarschijnlijk hebreeërs (Kenitische smeden) die over de Jordaan<br />

naar Gad en Gilead vluchtten).<br />

Gittit (van ‘Gat’) = een snaarinstrument Ps 8,1 81,1 84,1 <strong>De</strong><br />

Targoem verklaart met ‘op de harp die David uit Gat meenam’<br />

65

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!