opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap
opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap
opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
253<br />
zo op en neer zwiept. Maar is er nog een andere reden waarom de Reynaertauteur<br />
de handen vervangt door de voeten? Zet hij de symboliek zo subtiel naar zijn hand?<br />
En hoe dan? Durandus geeft ons de aanwijzing: ‘ ‘(...) pedes nostri’ id est affectus<br />
nostri’ (Durantus 1998:151, 59) Onze voeten zijn onze gemoedsaandoeningen.<br />
Isegrim met de voeten gebonden aan het klokkentouw, dat beeld betekent ook dat<br />
er bij deze valse prediker van goede werken geen sprake is – het klokkentouw gaat<br />
niet door zijn handen – want in zijn seksverslaafde ziel gaat er niets stichtends om<br />
– hij is met zijn voeten gebonden aan het klokkentouw.<br />
Als de priester het klokkentouw naar omlaag trekt, zo verduidelijkt Durandus, dan<br />
daalt hij van de contemplatie af naar het actieve leven; maar hij wordt zelf weer<br />
omhoog getrokken wanneer hij door de leer van de Schrift zich verheft in de regionen<br />
van de contemplatie. ‘Adhuc sacerdos deorsum funem trahit dum ad actiuam<br />
uitam a contemplatione descendit, ipse uero rursum trahitur dum Scriptura docente<br />
in contemplationem erigitur’ (Durantus 1995:54, 81-84). De hoogtepunten die<br />
Isegrim bereikt zijn niet te danken aan de leer van de Schrift maar, in het beste<br />
geval, aan seks. Van contemplatie is bij deze seksverslaafde geen sprake.<br />
Het is opvallend voor hoeveel kabaal Reynaert telkens weer zorgt als hij Bruun,<br />
Tibeert of Isegrim in de val heeft gelokt. Ook hier door Isegrim te verleiden tot het<br />
helse klokgelui. Omdat de scène zich in een klooster afspeelt, krijgt het lawaai nog<br />
een extra dimensie. Wil Derkse zegt in een interview in Tertio: ‘Kloosterregels zijn<br />
gericht op waarden, al staan die regels kritisch tegenover alles wat die waarden<br />
bedreigt. Zo is er de vroegchristelijke oneliner ‘De duivel zoekt het lawaai op,<br />
Christus de stilte.’ Herrie en lawaai vormen geen stimulerende context’ (Tertio<br />
2007:15). De duivelse Reynaert verstoort met Isegrim de rust die zo noodzakelijk is<br />
voor het kloosterleven.<br />
Maar het overmatige klokgelui kunnen we, dankzij Durantus, nog anders interpreteren.<br />
Tijdens de vespers, die het negende uur zijn, luidt men de klokken niet<br />
eenmaal maar een groot aantal keren omdat in tijden van genade de prediking van<br />
de apostelen vermeerderd is. Ook vaak tijdens de nacht met de metten omdat de<br />
prediker vaak moet uitroepen: Word wakker, u die slaapt, en sta op uit de doden.<br />
‘Ad vesperas uero, que est undecima hora, non solum semel sed multipliciter quia<br />
in tempore gratie multiplicata est predicatio apostolorum. Item in nocte ad matutinum<br />
sepe, quia sepe exclamandum est: Exurge qui dormis et exurge a mortuis’<br />
(Durantus 1995 :55, 105-109). Reynaert en Isegrim zijn, dat blijkt duidelijk uit het<br />
voorgaande, kinderen van de duisternis en het is heel ironisch dat een kind van de<br />
duisternis tijdens de vespers of in de nacht de monniken in Elmare uit hun spirituele<br />
slaap moet wekken. Maar als we Isegrim niet als de valse prediker maar als het<br />
roofdier beschouwen, dan heeft zijn optreden wel degelijk zin want uit het voorgaande<br />
bleek dat de monniken in Elmare in zo een diepe spirituele slaap zijn verzonken<br />
dat ze, bij wijze van spreken, spiritueel dood zijn.<br />
Bengelend tussen actief en contemplatief: satire op de bedelorden<br />
Is de rijkdom van deze scène daarmee uitgeput? Ik denk het niet, al besef ik wel dat<br />
ik me met de volgende interpretatie op glad ijs begeef. Ik geef ze daarom als slot<br />
en onder voorbehoud.<br />
Isegrim en Reynaert zijn, dat blijkt uit één mogelijke interpretatie, valse predikers.<br />
Isegrim omdat hij de klokken luidt zonder dat hij daartoe de morele waardigheid<br />
Tiecelijn, 20, 2007