advies - ACVZ
advies - ACVZ
advies - ACVZ
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 1<br />
De opzet van het <strong>advies</strong><br />
In haar brief van 6 november 2001 heeft de Staatssecretaris van Justitie de<br />
Adviescommissie voor vreemdelingenzaken verzocht “ de mogelijkheden te onderzoeken<br />
om ‘criminele’ illegalen die, na het uitzitten van hun gevangenisstraf in vreemdelingenbewaring<br />
worden gesteld, in bewaring te houden totdat hun uitzetting daadwerkelijk gerealiseerd<br />
kan worden.”<br />
Daarbij werd specifiek gevraagd naar<br />
• een omschrijving van de doelgroep ten aanzien van wie de maatregel zou kunnen worden<br />
toegepast;<br />
• informatie over de aanpak van de problematiek in de ons omringende landen;<br />
• eventuele aanpassingen van het huidige wettelijk systeem met in achtneming van het<br />
internationaal rechtelijk kader;<br />
• de effectiviteit van de eventuele uitbreiding van de maatregel.<br />
De gestelde vraag lijkt te veronderstellen dat er mogelijkheden zouden bestaan dan wel<br />
wettelijke maatregelen kunnen worden gecreëerd waarbij veroordeelden onverkort tot<br />
hun daadwerkelijke uitzetting in vreemdelingenbewaring kunnen worden gehouden.<br />
Op gronden die nader in dit <strong>advies</strong> zullen worden uiteengezet, kan met zekerheid worden<br />
gezegd dat die veronderstelling onjuist is. Verdragsrechtelijke verplichtingen maken<br />
het onmogelijk om de bewaring van vreemdelingen of welk soort detentie ter fine van<br />
uitzetting van hen dan ook, ongelimiteerd te laten voortduren tot de uitzetting daadwerkelijk<br />
kan worden gerealiseerd. Als uitzetting feitelijk onmogelijk is of niet binnen een<br />
door verdragsrechtelijke jurisprudentie (onscherp) afgebakende termijn blijkt te kunnen<br />
worden gerealiseerd, kan de vreemdeling niet langer in vreemdelingenbewaring worden<br />
gehouden. Mensenrechtenverdragen, met name het Europese verdrag ter bescherming<br />
van de rechten van de mens (EVRM), maken het onmogelijk daarvan afwijkende wettelijke<br />
maatregelen te treffen.<br />
In het licht van dat gegeven heeft de Adviescommissie voor vreemdelingenzaken(<strong>ACVZ</strong>)<br />
geconcludeerd dat de <strong>advies</strong>vraag mede moet worden begrepen als de vraag om een <strong>advies</strong><br />
over de mogelijkheden om het daadwerkelijke vertrek uit Nederland van ‘criminele’ illegalen<br />
aansluitend aan het uitzitten van hun straf te bevorderen.<br />
Deze <strong>advies</strong>vraag kan niet los worden gezien van twee andere thema’s waarover de<br />
<strong>ACVZ</strong> in de loop van 2002-2003 ook een <strong>advies</strong> zal uitbrengen, te weten het terugkeerbeleid<br />
en vreemdelingen in relatie tot de openbare orde. Vooruitlopend daarop wordt in<br />
het nu voorliggende <strong>advies</strong> reeds kort op enkele aspecten daarvan ingegaan.<br />
Bij de afbakening van de doelgroep stuitte de <strong>ACVZ</strong> op het feit dat in sommige gevallen<br />
het strafrechtelijk traject voor vreemdelingen die als verdachte van een misdrijf zijn aangehouden,<br />
reeds in een zeer vroeg stadium door de politie en/ of het Openbaar<br />
Ministerie wordt afgesloten. Om welke reden dan ook (wellicht er vanuit gaande dat er<br />
direct tot uitzetting kan worden overgegaan), volgt er, na aanhouding en verhoor, soms<br />
een korte periode van voorlopige hechtenis, maar geen vervolging en veroordeling.<br />
Betrokkene wordt dan overgedragen aan de Vreemdelingendienst en gaat rechtsreeks in<br />
vreemdelingrechtelijke bewaring ter fine van uitzetting. In dit geval is er geen mogelijkheid<br />
om strafrechtelijke bewaring en straftijd mede te gebruiken om de uitzetting voor<br />
te bereiden.<br />
16