27.09.2013 Views

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

VOORLEZING VAN PAULUS's BRIEF AAN DE GALATEN,1531

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

die in het ambt van het Woord staan: 'Indien wij door de Geest leven, enz.' Paulus wil<br />

zeggen: als het waar is dat wij door de Geest leven, laat ons dan ook ordelijk onze<br />

weg gaan en in de Geest wandelen. Want waar de Geest is, vernieuwt Hij de mensen,<br />

doet in hen nieuwe bewogenheid geboren worden, enz.; van eerzuchtige, driftige,<br />

jaloerse mensen maakt Hij nederige, zachtmoedige, geduldige mensen die kunnen<br />

liefhebben. Zulke mensen zoeken dan niet hun eigen eer, maar Gods eer, zij dagen<br />

elkaar niet uit, zijn niet afgunstig, maar gaan voor anderen opzij en stellen er een eer<br />

in gedienstig te zijn. (...)<br />

Maar zoals er niets verderfelijkers is in de kerk, zo is er ook niets meer verbreid dan<br />

deze afschuwelijke zonde. Want wanneer God zijn arbeiders uitzendt in de oogst, dan<br />

wekt ook de duivel weldra zijn dienaars, die in niets geringer geacht willen zijn dan<br />

degenen die volgens de regel geroepen zijn. Dan rijst er al spoedig tweedracht, de<br />

goddelozen willen geen strobreed voor de vromen wijken, ja ze dromen dat ze ver<br />

boven hen verheven zijn in verstand, geleerdheid, vroomheid en geest; des te minder<br />

mogen dan zeker de vromen voor de goddelozen opzij gaan, opdat de leer van het<br />

geloof niet in gevaar komt. (...)<br />

Daarbij willen degenen die begerig zijn naar 'ijdele eer', onder geen enkele<br />

omstandigheid op zulke mensen lijken. Daarom zweren zij, dat zij niets anders<br />

zoeken dan de eer van God en het heil der zielen. Toch zijn ze zeer begerig naar<br />

ijdele eer en zij doen alles, opdat zij bij de mensen boven anderen achting en lof<br />

oogsten. Kortom: zij houden de vroomheid voor een verdienste en de dienst des<br />

Woords voor een mogelijkheid om beroemd te worden; daar kan echter alleen maar<br />

tweedracht en sektarisme van komen. (...)<br />

Maar Paulus valt niet alleen die valse apostelen aan, die in zijn eigen tijd de<br />

gemeenten in verwarring brachten, hij heeft in de Geest voorzien dat er tot aan het<br />

einde van de wereld talloze van zulke mensen zullen zijn, die met die zeer<br />

verderfelijke zonde behept zonder roeping de kerk zouden binnendringen. Zij zouden<br />

zich beroemen op de Heilige Geest en op het hemelse onderwijs en onder dit<br />

voorwendsel de ware leer van het geloof omverwerpen. Enkele van die mensen<br />

hebben wij in onze tijd meegemaakt, die zich zonder roeping in het rijk des Geestes,<br />

d.w.z. in de dienst des Woords, ingedrongen hebben; een tijdlang deden zij het<br />

voorkomen alsof zij hetzelfde wilden onderwijzen als wij. Deze huichelarij bracht<br />

hun de naam en de faam, dat zij leraars van het Evangelie zouden zijn, die leven in<br />

de Geest en in gehoorzaamheid hun weg gaan. Zodra zij echter door hun mooipraterij<br />

de harten van het volk gewonnen hadden, zijn ze, toen ze hun kans schoon zagen,<br />

van de rechte weg afgeweken en zijn begonnen iets nieuws te onderwijzen, opdat ze<br />

op deze manier beroemd zouden worden en het volk van hen zou zeggen dat zij als<br />

eer sten de dwalingen in de kerk aangewezen, de misbruiken afgeschaft en<br />

gecorrigeerd zouden hebben, ja dat zij het pausdom omvergeworpen en een nieuwe<br />

heerlijke leer gevonden zouden hebben en dus terecht boven de evangelische leraars<br />

de voorkeur zouden verdienen. Omdat de roem van deze mannen niet in God, maar<br />

op het zelfgetuigenis van de mensen gegrondvest was, kon die roem niet vast en<br />

duurzaam zijn, maar volgens de profetie van Paulus is er verwarring ontstaan en 'hun<br />

einde is het verderf' (Filippenzen 3:19). 'De goddelozen zullen niet bestaan in het<br />

gericht, maar zijn als het kaf, dat de wind wegdrijft' (Psalm 1:4 en 5). Datzelfde<br />

gericht wacht ook allen, die in de leer van het Evangelie het hunne zoeken, niet dat<br />

wat van Jezus Christus is.<br />

Want daarvoor is het Evangelie niet overgeleverd, dat wij onze lof en onze eer<br />

zoeken, zodat het volk ons, de dienaren ervan, zou huldigen; het Evangelie is

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!