03.05.2013 Views

2004/I - Larcier

2004/I - Larcier

2004/I - Larcier

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

doet aan de opgesomde erkenningsvoorwaarden<br />

en dat ze daarmee akkoord gaat;<br />

5° een verklaring van het bestuursorgaan dat de<br />

vereniging de bepalingen van de sociale en fiscale<br />

wetgeving naleeft, gestaafd door bewijsstukken<br />

die op de zetel van de vereniging ter inzage moeten<br />

liggen van de bevoegde ambtenaren van het<br />

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.<br />

§ 2. De afdeling onderzoekt de aanvraag en vraagt<br />

het advies van de Raad.<br />

§ 3. De afdeling legt de aanvraag, samen met het<br />

advies van de Raad, voor aan de minister, die beslist.<br />

§ 4. Zolang de terreinbeherende natuurvereniging<br />

voldoet aan alle erkenningsvoorwaarden bepaald<br />

in artikel 2, § 2, blijft de erkenning gelden.<br />

De erkenning als gewestelijke terreinbeherende<br />

natuurvereniging geldt voor de werking in het<br />

hele Vlaamse Gewest.<br />

De erkenning als provinciale terreinbeherende<br />

natuurvereniging geldt voor de werking in de provincie<br />

waar de vereniging bij het indienen van de<br />

aanvraag erkende natuurreservaten beheert.<br />

De erkenning als regionale terreinbeherende natuurvereniging<br />

geldt voor de werking in de gemeenten<br />

waar de vereniging bij het indienen van<br />

de aanvraag erkende natuurreservaten beheert en<br />

in de gemeenten waarbinnen de uitbreidingsperimeter<br />

van deze erkende natuurreservaten ligt.<br />

Art. 4. De minister kan op elk ogenblik de erkenning<br />

als terreinbeherende natuurvereniging intrekken<br />

wanneer blijkt:<br />

1° dat de erkenning werd verkregen op grond van<br />

valse verklaringen of documenten;<br />

2° dat de vereniging niet langer voldoet aan de<br />

voorwaarden bepaald in artikel 2.<br />

Afdeling 2<br />

Subsidiëring van de aankoop van<br />

gebieden<br />

Art. 5. Binnen de jaarlijkse beschikbare begrotingskredieten<br />

en volgens de bepalingen van dit<br />

besluit kan de minister aan de erkende terreinbeherende<br />

natuurverenigingen een subsidie toekennen<br />

voor de aankoop van gebieden met het oog<br />

op de erkenning als natuurreservaat overeenkomstig<br />

de bepalingen van hoofdstuk V, afdeling 3,<br />

van het decreet.<br />

Art. 6. § 1. De erkende terreinbeherende natuurvereniging<br />

dient voor 31 januari van het kalenderjaar<br />

waarop de aanvraag slaat, de aanvraag voor<br />

de aankoopsubsidiëring in bij de afdeling onder<br />

de vorm zoals bepaald in de bijlage II.<br />

§ 2. Deze aanvraag omvat:<br />

1° een indicatief vijfjarenprogramma van de gebieden<br />

die de vereniging in de betreffende periode<br />

verwacht aan te kopen met een aankoopsubsidie<br />

van het Vlaamse Gewest;<br />

2° een indicatief aankoopprogramma van de gebieden<br />

die de vereniging in het betreffende jaar<br />

wenst aan te kopen met een aankoopsubsidie van<br />

het Vlaamse Gewest, passend binnen het onder 1°<br />

ingediende vijfjarenprogramma;<br />

3° het adres en het nummer van de rekening<br />

waarop een eventuele subsidie kan worden gestort;<br />

4° een overzicht met de gerealiseerde aankopen<br />

waarvan de notariële akte tijdens het voorbije kalenderjaar<br />

werden verleden, en met een gedetailleerd<br />

beeld van de financiering van de aankopen;<br />

5° een overzicht dat voor elk gebied dat de vereniging<br />

het voorbije kalenderjaar met een aankoopsubsidie<br />

van het Vlaamse Gewest heeft aangekocht,<br />

gedetailleerd de volgende gegevens weergeeft:<br />

a) de oppervlakte;<br />

b) de ligging per provincie en per gemeente;<br />

c) de bestemming op de plannen van aanleg bedoeld<br />

in het decreet betreffende de ruimtelijke ordening,<br />

gecoördineerd op 22 oktober 1996 of op<br />

de ruimtelijke uitvoeringsplannen bedoeld in het<br />

decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie<br />

van de ruimtelijke ordening en de oppervlakte<br />

binnen elke bestemming;<br />

d) of de terreinen liggen binnen een afgebakend<br />

GEN, GENO, natuurverwevingsgebied of natuurverbindingsgebied;<br />

e) of de terreinen liggen binnen een beschermd<br />

duingebied met toepassing van het decreet van<br />

14 juli 1993 houdende maatregelen tot bescherming<br />

van de kustduinen of binnen de perimeter<br />

van gebieden afgebakend volgens of in uitvoering<br />

van internationale verdragen, overeenkomsten of<br />

richtlijnen of aangewezen is in een goedgekeurd<br />

ruilverkavelingsplan of een goedgekeurd richtplan<br />

van een landinrichtingsproject;<br />

f) of de terreinen liggen binnen de uitbreidingszone,<br />

conform artikel 33, derde lid, van het decreet,<br />

van een erkend natuurreservaat;<br />

g) het aankoopbedrag inclusief alle kosten.<br />

§ 3. De afdeling onderzoekt de aanvraag voor subsidiëring<br />

en legt ze voor aan de minister, die beslist.<br />

§ 4. Voor 15 maart van het jaar waarop de aanvraag<br />

slaat, brengt de afdeling de erkende terreinbeherende<br />

natuurvereniging op de hoogte van de<br />

beslissing van de minister over de toekenning van<br />

de subsidie en het bedrag van de toegekende subsidie.<br />

Art. 7. § 1. Alleen aankopen van terreinen in het<br />

Vlaamse Gewest komen voor subsidiëring in aanmerking.<br />

§ 2. De aankoop van een terrein kan slechts eenmaal<br />

voor subsidiëring door het Vlaamse Gewest<br />

in aanmerking komen.<br />

§ 3. Bij aankopen met een aankoopsubsidie van<br />

het Vlaamse Gewest, dient de erkende terreinbeherende<br />

natuurvereniging, binnen een termijn<br />

LANDINRICHTING – NATUURBEHOUD – Vlaanderen<br />

B. Vl. Reg. 27 juni 2003<br />

van twee jaar na de aankoop, voor het betreffende<br />

terrein een aanvraag tot erkenning als natuurreservaat<br />

in te dienen volgens de bepalingen van dit<br />

besluit. De aanvraag kan evenwel slechts worden<br />

ingediend voorzover de totale minimumoppervlakte<br />

voor de terreinen waarvoor een erkenning<br />

als natuurreservaat wordt gevraagd, 5 ha bedraagt.<br />

Indien deze minimumoppervlakte na twee<br />

jaar niet is bereikt, wordt de termijn automatisch<br />

eenmalig met twee jaar verlengd.<br />

Na het verstrijken van de termijn van vier jaar na<br />

de aankoop van het betreffende terrein, kan de erkende<br />

terreinbeherende natuurvereniging voor<br />

het aangekochte terrein een aanvraag tot erkenning<br />

als natuurreservaat indienen, ongeacht de<br />

oppervlakte van het terrein.<br />

Omwille van uitzonderlijke omstandigheden kan,<br />

in afwijking van de in het eerste lid bepaalde voorwaarden<br />

inzake de minimumoppervlakte en termijn,<br />

op gemotiveerd verzoek van de erkende terreinbeherende<br />

natuurvereniging een aanvraag<br />

tot erkenning als natuurreservaat ingediend worden.<br />

Het jaarlijkse rapport, bedoeld in het artikel 2, § 2,<br />

9°, vermeldt de data waarop de aanvragen tot erkenning<br />

als natuurreservaat ingediend zijn.<br />

§ 4. Wanneer een erkende terreinbeherende natuurvereniging<br />

zich voorneemt een terrein dat na<br />

het van kracht worden van dit besluit met een<br />

aankoopsubsidie van het Vlaamse Gewest is aangekocht<br />

te vervreemden, brengt ze hiervan onmiddellijk<br />

de afdeling op de hoogte. Overeenkomstig<br />

artikel 44, § 2, eerste lid, van het decreet mag<br />

de vereniging het onroerend goed slechts vervreemden<br />

na machtiging door de minister.<br />

Art. 8. § 1. De bovengrens van de schijf van het<br />

aankoopbedrag inclusief alle kosten die voor subsidiëring<br />

in aanmerking komen, bedraagt<br />

18.000,00 EUR per hectare.<br />

§ 2. Tot de definitieve vaststelling van alle afbakeningsplannen<br />

van de effectief te realiseren oppervlakte<br />

VEN en natuurverwevingsgebied overeenkomstig<br />

artikel 17, 20 tot en met 24 en 30 van het<br />

decreet bedraagt de subsidie:<br />

1° voor aankopen buiten een GEN of GENO en<br />

binnen:<br />

a) de groengebieden, parkgebieden, buffergebieden,<br />

bosgebieden, gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen<br />

en openbare nutsvoorzieningen<br />

met als overdruk overstromingsgebied of wachtbekken,<br />

de militaire domeinen, de natuurontwikkelingsgebieden,<br />

de bosuitbreidingsgebieden, de<br />

recreatiegebieden en de met al deze bestemmingen<br />

vergelijkbare bestemmingsgebieden aangewezen<br />

op de plannen van aanleg of ruimtelijke<br />

uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke<br />

ordening;<br />

b) de ontginningsgebieden en ermee vergelijkbare<br />

bestemmingsgebieden met als nabestemming<br />

één van de in a) genoemde bestemmingen aangewezen<br />

op de plannen van aanleg of ruimtelijke<br />

uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke<br />

ordening;<br />

296 Deel VII Editie <strong>2004</strong>/I (1 januari <strong>2004</strong>) – © <strong>Larcier</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!