2004/I - Larcier
2004/I - Larcier
2004/I - Larcier
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
heer] goedgekeurde toestellen die ter plaatse de<br />
emissies en/of immissies meten.<br />
c) De resultaten van deze controlemetingen worden<br />
in een proces-verbaal opgenomen dat door de<br />
ambtenaar die de meting heeft uitgevoerd wordt<br />
gedagtekend en ondertekend. Een afschrift van dit<br />
proces-verbaal wordt binnen de vijf werkdagen<br />
overgemaakt aan de exploitant of zijn vertegenwoordiger.<br />
§ 4. De technische controle op de geluidshinder<br />
omvat de meting ter plaatse van het geluidsniveau<br />
en/of van trillingen onder de volgende voorwaarden:<br />
1° deze metingen geschieden volgens de Belgische<br />
normen, of bij ontstentenis daarvan volgens<br />
de methoden aanvaard door het bevoegd bestuur;<br />
het tijdstip waarop en de bedrijfsomstandigheden<br />
waarbij de meting geschiedt, worden<br />
door de bevoegde ambtenaren bepaald;<br />
2° de resultaten van deze meting worden in een<br />
proces-verbaal opgenomen dat door de ambtenaar<br />
die de meting heeft uitgevoerd wordt gedagtekend<br />
en ondertekend;<br />
een afschrift van dit proces-verbaal wordt binnen<br />
vijf werkdagen gezonden aan de exploitant of zijn<br />
vertegenwoordiger.<br />
§ 5. De technische controle op de scheikundige samenstelling<br />
van afvalstoffen omvat het nemen<br />
van monsters, in drie exemplaren, met inachtname<br />
van de volgende regels:<br />
1° de hoeveelheid afvalstoffen wordt bepaald<br />
door de noodwendigheden van de verrichtingen<br />
die in het laboratorium moeten worden uitgevoerd;<br />
2° elk van de monsters wordt verzameld volgens<br />
het geval in recipiënten, zakken of omslagen; de<br />
monsters worden ingepakt en verzegeld met de<br />
stempel van de in artikel 58 bedoelde ambtenaar<br />
die de monstername uitvoert om elke vervanging,<br />
verwijdering of bijvoeging van welkdanige materie<br />
te vermijden;<br />
3° de buitenverpakking van elk monster omvat de<br />
volgende aanduidingen:<br />
a) een volgnummer;<br />
b) de aard van de genomen afvalstoffen;<br />
c) de datum van de monstername;<br />
d) de handtekening van de in artikel 58 bedoelde<br />
ambtenaar die tot de monstername is overgegaan;<br />
4° de in artikel 58 bedoelde ambtenaar die tot de<br />
monstername is overgegaan, nodigt de bezitter<br />
van de afvalstof mondeling uit een willekeurig<br />
merkteken aan te brengen op het buitengedeelte<br />
van de verpakking van de drie exemplaren van het<br />
monster; hij overhandigt een exemplaar van het<br />
monster aan de bezitter van de afvalstof en maakt<br />
nadien een proces-verbaal, naar het in bijlage 13<br />
bij dit besluit gevoegde model, op waarbij de uitvoering<br />
van de monstername vastgesteld wordt;<br />
5° de in artikel 58 bedoelde ambtenaar die tot de<br />
monstername is overgegaan maakt het tweede<br />
exemplaar van het genomen monster voor analyse<br />
over aan een erkend ontledingslaboratorium;<br />
6° [indien uit het analyseverslag een overtreding<br />
blijkt wordt hiervan een proces-verbaal overgemaakt<br />
dat tezamen met het analyseverslag en het<br />
derde exemplaar wordt toegezonden aan de Procureur<br />
des Konings.]<br />
§ 6. De technische controle op de grondwaterverontreiniging<br />
omvat het nemen van één of meer<br />
van de in sub 1° hierna vermelde monsters.<br />
1° Nemen van monsters:<br />
a) Grondwatermonsters:<br />
– voor fysico-chemisch onderzoek moet een hoeveelheid<br />
van 2 liter per monster genomen worden;<br />
– voor de analyse van organische micropolluenten<br />
moet 2 liter per monster genomen worden in<br />
glazen recipiënten met geslepen stoppen, die tot<br />
overlopens toe gevuld worden, zodanig dat geen<br />
luchtbellen meer aanwezig zijn; de gebruikte recipiënten<br />
moeten vooraf behandeld worden met<br />
een oplossing van kaliumdichromaat, in geconcentreerd<br />
zwavelzuur (3 %) en nagespoeld met<br />
gedistilleerd water;<br />
– voor het bacteriologisch onderzoek moet per<br />
monster een glazen steriele fles van 500 millimeter<br />
met een geslepen stop tot aan de rand gevuld<br />
worden.<br />
b) Bodemmonsters:<br />
een hoeveelheid van 500 gram per monster moet<br />
genomen worden.<br />
c) Monsters van stoffen die het grondwater verontreinigen:<br />
afhankelijk van de aard van de stof moet 100 gram<br />
of 100 milliliter per monster genomen worden.<br />
2° Elk monster zal bestaan uit twee identieke delen<br />
waarvan de recipiënten na staalname ter<br />
plaatse zullen verzegeld worden.<br />
Alle verrichtingen, bij de monstername, die noodzakelijk<br />
zijn voor een goede analyse van het monster,<br />
moeten op beide delen gebeuren en in het<br />
proces-verbaal worden vermeld.<br />
3° De monsters worden verzameld in gepaste recipiënten,<br />
afhankelijk van de aard van de te bemonsteren<br />
stof. De monsters worden verpakt en verzegeld<br />
met de stempel van de toezichthoudende<br />
ambtenaar die tot de monsterneming overgaat<br />
om elke vervanging, verwijdering of bijvoeging<br />
van welke aard dan ook te vermijden.<br />
De buitenverpakking van elk monster bevat volgende<br />
aanduidingen:<br />
1. een volgnummer;<br />
2. de aard van de genomen stoffen;<br />
3. tijdstip (dag en uur) van de monsterneming;<br />
MILIEUVERGUNNING – Vlaanderen<br />
B. Vl. Ex. 6 februari 1991 «Vlarem I»<br />
4. naam en handtekening van de toezichthoudende<br />
ambtenaar die tot de monsterneming is overgegaan.<br />
4° Van de monsternemingen wordt proces-verbaal<br />
opgesteld:<br />
het proces-verbaal en zijn bijlage, beide gesteld<br />
naar het in bijlage 14 bij dit besluit gevoegde model,<br />
worden gedagtekend en ondertekend door de<br />
ambtenaar die de monsters neemt en medeondertekend<br />
door een andere ambtenaar, of bij ontstentenis,<br />
door een getuige, opgeroepen om de monstername<br />
bij te wonen.<br />
5° [De ambtenaar die de monsters heeft genomen<br />
overhandigt of zendt, binnen vijf werkdagen volgend<br />
op de datum van monsterneming, een afschrift<br />
van het proces-verbaal en zijn bijlage aan<br />
de persoon ten laste van wie het resultaat van de<br />
monsterneming kan worden ingeroepen of, indien<br />
deze niet gekend is, aan de vergunningplichtige<br />
wiens activiteit aanleiding geeft tot de monsterneming<br />
of diens aangestelde.]<br />
6° Zowel voor de analyse als voor de contra-analyse,<br />
worden de monsters bewaard en de eerste<br />
werkdag volgend op de monsterneming aan een<br />
voor de uitvoering van deze analyses erkend laboratorium,<br />
gelast met de officiële analyse, verstuurd<br />
in fysische omstandigheden die wijzigingen<br />
in de samenstelling van het monster zoveel<br />
mogelijk vermijden. De protocols van analyse en<br />
contra-analyse worden door de laboratoria medegedeeld<br />
aan [de afdeling Milieu-inspectie van de<br />
administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer].<br />
7° Het gedeelte van de monsters dat voor een<br />
eventuele contra-analyse is bestemd, wordt gedurende<br />
[acht] werkdagen, volgend op de dag van de<br />
bemonstering, ter beschikking gehouden van de<br />
exploitant of hem of zijn vertegenwoordiger desgevallend<br />
ter plaatse overhandigd tegen ontvangstbewijs.<br />
Deze persoon wordt onmiddellijk na de bemonstering<br />
daarvan in kennis gesteld door de ambtenaar<br />
die het monster genomen heeft.<br />
Een eventuele contra-analyse gebeurt op kosten<br />
van de betrokken exploitant door een laboratorium<br />
erkend voor de uitvoering van de contraanalyses<br />
volgens hierboven vermelde modaliteiten.<br />
§ 7. [Om als laboratorium te kunnen worden erkend,<br />
moet het laboratorium voldoen aan de voorwaarden<br />
vastgesteld in het hoofdstuk 1.3 «Erkende<br />
milieudeskundigen» van titel II van het VLA-<br />
REM.]<br />
§ 8. Voor de analyse van monsters van afvalstoffen<br />
zijn als ontledingslaboratoria erkend:<br />
1° de laboratoria van het Instituut voor Hygiëne<br />
en Epidemiologie;<br />
2° de analyse-laboratoria van het Ministerie van<br />
Landbouw te Antwerpen en Gent en van het Instituut<br />
voor Scheikundig Onderzoek te Tervuren alsmede<br />
de laboratoria van de Centra voor Landbouwkundig<br />
Onderzoek te Gent, voor wat de<br />
352 Deel VII Editie <strong>2004</strong>/I (1 januari <strong>2004</strong>) – © <strong>Larcier</strong>