03.05.2013 Views

2004/I - Larcier

2004/I - Larcier

2004/I - Larcier

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Blz: 231 – B. Vl. Reg. 5 maart 1996 «Vlarebo»<br />

B. Vl. Reg. 5 maart 1996 houdende vaststelling<br />

van het Vlaams reglement betreffende<br />

de bodemsanering (B.S., 27 maart<br />

1996)<br />

Afgekort: Vlarebo<br />

HOOFDSTUK I<br />

DEFINITIES<br />

Art. 1. [Voor de toepassing van dit besluit wordt<br />

verstaan onder:<br />

1° decreet: het decreet van 22 februari 1995 betreffende<br />

de bodemsanering;<br />

2° Vlaamse minister: het lid van de Vlaamse Regering<br />

tot wiens bevoegdheid de bescherming van<br />

het leefmilieu behoort;<br />

3° grafische informatie: kaartmateriaal, hetzij op<br />

papier, hetzij via informaticasystemen;<br />

4° code van goede praktijk: door de OVAM aanvaarde<br />

geschreven en publiek toegankelijke regels<br />

met betrekking tot het uitvoeren van onderzoeken,<br />

het nemen van monsters en het analyseren<br />

van monsters, met inbegrip van de bij de betrokken<br />

beroepscategorieën algemeen aanvaarde regels<br />

van goed vakmanschap;<br />

5° risicogrond: grond waarop een inrichting gevestigd<br />

is of was of waarop een activiteit uitgeoefend<br />

wordt of werd die is opgenomen in de lijst zoals<br />

bedoeld in artikel 3, § 1, van het decreet;<br />

6° AJD: afdeling Juridische Dienstverlening van<br />

de administratie Algemene Administratieve Diensten<br />

van het departement Leefmilieu en Infrastructuur<br />

van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;]<br />

[7° AMV: afdeling Milieuvergunningen van de administratie<br />

Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer<br />

van het departement Leefmilieu en Infrastructuur<br />

van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.]<br />

– Inwerkingtreding: 29 oktober 1996 (art. 44, § 1, lid 2, Vlarebo)<br />

– Vervangen bij art. 1 B. Vl. Reg. 12 oktober 2001, B.S., 2 februari<br />

2002, err., B.S., 1 maart 2002, inwerkingtreding: 1 april 2002<br />

(art. 24)<br />

–7° toegevoegd bij art. 1 B. Vl. Reg. 14 juni 2002, B.S.,<br />

7 augustus 2002, err., B.S., 6 februari 2003, inwerkingtreding:<br />

1 oktober 2002 (art. 31)<br />

BODEM<br />

Vlaanderen<br />

Algemeen<br />

HOOFDSTUK II<br />

INRICHTINGEN EN ACTIVITEITEN DIE<br />

BODEMVERONTREINIGING KUNNEN<br />

VEROORZAKEN<br />

Afdeling 1<br />

Algemene bepalingen<br />

Art. 2. §1.De in artikel3, §1 van het decreet bedoelde<br />

lijst van inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging<br />

kunnen veroorzaken, is weergegeven<br />

in de aan dit besluit als bijlage 1 toegevoegde<br />

lijst.<br />

§ 2. Tijdelijke inrichtingen en verplaatsbare inrichtingen,<br />

zoals gedefinieerd door het decreet<br />

van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning,<br />

vallen niet onder de bepalingen van dit<br />

hoofdstuk.<br />

– Inwerkingtreding: 1 oktober 1996 (art. 44, § 1, lid 1, Vlarebo)<br />

Art. 3. [...]<br />

– Inwerkingtreding: 1 oktober 1996 (art. 44, § 1, lid 1, Vlarebo)<br />

– Opgeheven bij art. 2 B. Vl. Reg. 12 oktober 2001, B.S.,<br />

2 februari 2002, err., B.S., 1 maart 2002, inwerkingtreding:<br />

1 april 2002 (art. 24)<br />

Art. 4. § 1. De exploitanten van de volgende inrichtingen<br />

of activiteiten moeten [...] op eigen kosten<br />

een oriënterend bodemonderzoek doen:<br />

1° inrichtingen of activiteiten die in de in artikel 2<br />

van dit besluit bedoelde lijst onder de kolom «categorie»<br />

met de letter A zijn aangeduid:<br />

a) een eerste maal:<br />

– voor activiteiten of inrichtingen die vóór<br />

29 oktober 1995 in exploitatie waren:<br />

vóór 31 december 2003:<br />

– voor activiteiten of inrichtingen waarvan de exploitatie<br />

na 28 oktober 1995 is aangevat:<br />

– wanneer geen oriënterend bodemonderzoek<br />

werd uitgevoerd binnen de periode van 5 jaar<br />

voorafgaand aan de datum van de definitieve milieuvergunning:<br />

binnen de periode van tien jaar na de datum van<br />

de definitieve milieuvergunning;<br />

– wanneer een oriënterend bodemonderzoek<br />

werd uitgevoerd binnen de periode van 5 jaar<br />

voorafgaand aan de datum van de definitieve milieuvergunning:<br />

binnen de periode van twintig jaar na de datum<br />

van de definitieve milieuvergunning;<br />

b) vervolgens periodiek om de 20 jaar;<br />

BODEM – Vlaanderen – Algemeen<br />

B. Vl. Reg. 5 maart 1996 «Vlarebo»<br />

2° inrichtingen of activiteiten die in de in artikel 2<br />

van dit besluit bedoelde lijst onder de kolom «categorie»<br />

met de letter B zijn aangeduid:<br />

a) een eerste maal:<br />

– voor activiteiten of inrichtingen die vóór<br />

29 oktober 1995 in exploitatie waren:<br />

vóór 31 december 2001:<br />

– voor activiteiten of inrichtingen waarvan de exploitatie<br />

na 28 oktober 1995 is aangevat:<br />

– wanneer geen oriënterend bodemonderzoek<br />

werd uitgevoerd binnen de periode van 5 jaar<br />

voorafgaand aan de datum van de definitieve milieuvergunning:<br />

binnen de periode van acht jaar na de datum van<br />

de definitieve milieuvergunning;<br />

– wanneer een oriënterend bodemonderzoek<br />

werd uitgevoerd binnen de periode van 5 jaar<br />

voorafgaand aan de datum van de definitieve milieuvergunning:<br />

binnen de periode van tien jaar na de datum van<br />

de definitieve milieuvergunning;<br />

b) vervolgens periodiek om de 10 jaar;<br />

3° inrichtingen of activiteiten die in de in artikel 2<br />

van dit besluit bedoelde lijst onder de kolom «categorie»<br />

met de letter C zijn aangeduid:<br />

a) een eerste maal:<br />

– voor activiteiten of inrichtingen die vóór<br />

29 oktober 1995 in exploitatie waren:<br />

vóór 31 december 1999;<br />

– voor activiteiten of inrichtingen waarvan de exploitatie<br />

na 28 oktober 1995 is aangevat:<br />

binnen de periode van vijf jaar na de datum van de<br />

definitieve milieuvergunning;<br />

b) vervolgens periodiek om de vijf jaar.<br />

De verplichtingen bedoeld in het eerste lid gelden<br />

niet voor de inrichtingen en activiteiten die in<br />

bijlage 1 zijn aangeduid als behorend tot<br />

categorie O.<br />

§ 2. Voor inrichtingen en/of activiteiten die volgens<br />

de in artikel 2 van dit besluit bedoelde lijst tot<br />

verschillende categorieën behoren maar die op<br />

eenzelfde kadastraal perceel betrekking hebben,<br />

gelden de regels voor de van toepassing zijnde categorie<br />

met de hoogste frequentie wat de periodiciteit<br />

van het oriënterend bodemonderzoek betreft.<br />

§ 3. Voor exploitaties die verschillende inrichtingen<br />

en/of activiteiten omvatten, verspreid over<br />

Editie <strong>2004</strong>/I (1 januari <strong>2004</strong>) – © <strong>Larcier</strong> Deel VII 40

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!