Programmarekening 2010 Stadsdeel Zuidoost

die plaatsvindt. Hier zal met name de toets op rechtmatigheid een nog
steviger positie krijgen.
Andere risico’s bevinden zich op het gebied van contractmanagement. Het
niet tijdig opzeggen van contracten kan tot vervelende juridische consequenties
leiden of tot onnodige verlengingen. Door centralisering van
inkooptaken in 2011 verwacht het stadsdeel dit beter te kunnen borgen.
Programma Stedelijke ontwikkeling
13. Grondexploitaties
De risico’s voor het Stadsdeel met betrekking tot de grondexploitaties
komen voornamelijk ten laste van de reserve Stadsdeelvereveningsfonds.
De toereikendheid van de reserve is voldoende. Het betreft de volgende
risico’s.
a Loosdrechtdreef
De grondexploitatie Loosdrechtdreef wordt met ingang van 31 december
2011 afgesloten. Het tekort op de grondexploitatie zal ten laste worden
gebracht van het Centraal Vereveningsfonds. Over de boete op het
verslechterde saldo bij afsluiting moet B&W nog een besluit nemen. De
boete (tussen de € 500.000 en 1,3 miljoen) zal ten laste van het Stadsdeelvereveningsfonds
komen.
b Voltooiingswerken Gaasperdam
De stukken met betrekking tot de afsluiting van de grondexploitatie Voltooiingswerken
Gaasperdam (219.17) zijn in 2010 naar OGA gestuurd.
De boete op het verslechterde saldo bij afsluiting bedraagt € 500.000.
Van dit bedrag zal € 120.000 ten laste worden gebracht van het Stadsdeelvereveningsfonds.
De resterende € 380.000 zal worden gedekt uit de
Meerjarenbegroting 2007-2011.
c Nog vast te stellen grondexploitaties
De nog niet vastgestelde grondexploitaties E-buurt Oost, Marktplein
Zuid, Klieverink/Kouwenoord en Drostenburg/Dubbelink komen voor
rekening en risico van het Stadsdeel. Naar verwachting zullen deze grondexploitaties
in april 2011 door B&W worden vastgesteld.
3. Beleid omtrent de weerstandscapaciteit en de risico’s
Overzicht € * 1.000
Risico Omvang €
Gekwantificeerde risico’s 2.221
Niet gekwantificeerde risico’s
PM
Totaal verwachte risico’s 899
Weerstandscapaciteit 1.800
Ratio verwachte risico/weerstandscapaciteit 49%
Algemeen
Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als ‘het vermogen van Stadsdeel
Zuidoost om financiële risico’s (tegenvallers) op te kunnen vangen
met het eigen vermogen (weerstandscapaciteit) teneinde zijn taken te
kunnen voortzetten’. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen
enerzijds de aanwezige weerstandscapaciteit (de middelen waarover
het stadsdeel beschikt/kan beschikken om niet begrote kosten te dekken)
en anderzijds de aanwezige risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn
getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten.
Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid
van de financiële positie van het stadsdeel voor zowel het begrotingsjaar
als voor de meerjarenraming. Conform het Besluit Begroting en
Verantwoording (BBV) is in deze paragraaf achtereenvolgens opgenomen:
a. het beleid omtrent de weerstandscapaciteit en de risico’s;
b. een inventarisatie van de weerstandscapaciteit;
c. een inventarisatie van de risico’s.
Beleid
Het stadsdeelbeleid betreffende reserves, voorzieningen en het benodigd
weerstandsvermogen is in 2008 geactualiseerd en vastgesteld in de
notitie reserve- en voorzieningenbeleid. Jaarlijks wordt in de jaarrekening
getoetst of de reserves en voorzieningen adequaat zijn. In bijlage 3 is een
totaal overzicht opgenomen van de reserves en voorzieningen inclusief
toelichting en het verloop.
Weerstandscapaciteit
Wat betreft de weerstandscapaciteit kan onderscheid worden gemaakt
tussen de incidentele en structurele weerstandscapaciteit. De incidentele
weerstandscapaciteit is bedoeld om calamiteiten en eenmalige tegen-
JAARREKENING 2010 PARAGRAFEN 193