26.03.2018 Views

Bijenplanten_web

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

hertshooifamilie 133<br />

Sint-Janskruid (Hypericum perforatum)<br />

In vroegere tijden werden op 24 juni, de dag gewijd aan<br />

Sint-Jan, huizen en kerken getooid met bloemen van het<br />

Sint-Janskruid. Behalve ter opluistering van de feestelijke<br />

dag moesten de planten ook dienen als bescherming tegen<br />

slecht weer, de duivel en heksen. Hij heet daarom ook wel<br />

‘Jaag de duivel’. Hij heeft ook wel iets magisch. Als je de gele<br />

bloemknoppen fijn wrijft, krijg je donkerrode vingers.<br />

Olieklieren<br />

Het Sint-Janskruid behoort tot de Hertshooifamilie<br />

(Hypericaceae), een familie met ongeveer 1300 soorten in<br />

40 geslachten. Bijna alle komen voor in de tropen. Het geslacht<br />

Hertshooi (Hypericum) is ook te vinden in de gematigde<br />

zones. Kenmerkend voor de familie zijn olieklieren in alle<br />

bovengrondse delen van de plant.<br />

Op spoorwegemplacementen<br />

Sint-Janskruid komt bijna overal in ons land voor, zij het op<br />

de kleigronden niet zo veel als op de zandgronden. De plant<br />

gedijt het beste op een droge, warme bodem. Ideale groeiplaatsen<br />

zijn spoorwegemplacementen. De plant komt ook<br />

veel voor in droge wegbermen.<br />

De plant is overblijvend en kan 80 centimeter hoog worden.<br />

De stengels zijn stevig en vertakt. Ze zijn rond en hebben twee<br />

lijsten, die bij elke knoop een kwartslag verspringen. De gaafrandige<br />

bladeren staan kruisgewijs tegenover elkaar. Verspreid<br />

in de bladschijf zitten olieklieren, die als lichte puntjes zichtbaar<br />

zijn als het blad tegen het licht wordt gehouden. Het lijkt<br />

alsof er gaatjes in zitten. Vandaar de wetenschappelijke soortnaam<br />

perforatum. Dodonaeus schrijft in zijn Cruydeboeck<br />

daarover: ‘de bladeren, dewelke tegen den dag gesien oft in de<br />

sonne gehouden/ met kleyne puttekens of gaetkens doorboort<br />

oft doorsteken schijnen te wesen’. De bladeren hebben ook<br />

nog olieklieren in de vorm van zwarte spikkels.<br />

Lange meeldraden<br />

Eind juni staat de plant in bloei. De bloemen staan in bijschermen.<br />

De kroonbladen hebben in de aderen een rode vloeistof.<br />

Voor ons oog zijn de kroonbladen heldergeel. Voor het bijenoog<br />

liggen de zaken anders. Op een klein deel aan de basis na,<br />

reflecteren de kroonbladen ook het voor ons onzichtbare ultraviolet.<br />

Het mengsel van geel en ultraviolet vormt voor de bijen<br />

een kleur, die bijenpurper wordt genoemd. De vele citroengele<br />

meeldraden zullen voor het bijenoog goed afsteken tegen de<br />

daaronder gelegen kroonbladen. Ze zijn erg lang, staan in<br />

bundels en zijn onderaan met elkaar vergroeid. Tussen de beide<br />

helmhokken ligt een olieklier gevuld met een donkerrode<br />

vloeistof. Als de hokken open zijn, is deze donker opgedroogd.<br />

Bijenbezoek<br />

Van een bloem openen zich alle helmknoppen binnen twee<br />

dagen. Het stuifmeel komt gedurende de gehele dag vrij.<br />

Hoewel de bloemen geen nectar afscheiden, heb ik toch<br />

honingbijen pogingen zien ondernemen om nectar te puren.<br />

Misschien waren het nieuwelingen. Het stuifmeel wordt vaak<br />

tijdens de vlucht door de bijen verzameld. Ze blijven dan<br />

boven de bloem vliegen en raken daarbij met de poten aan<br />

de helmknoppen. De stuifmeelklompjes zijn geel.<br />

Doosvrucht<br />

Voor het vormen van zaad is de plant niet geheel afhankelijk<br />

van insectenbezoek. Behalve door kruis- en zelfbestuiving<br />

wordt ook zaad gevormd zonder dat er bestuiving heeft plaatsgevonden.<br />

De vrucht is een doosvrucht die aan de bovenzijde<br />

opengaat. Gedurende de hele winter blijven de vruchten aan<br />

de inmiddels verdorde plant. De cylindrische zaden zijn zwart<br />

en hebben een netvormig glad oppervlak. Voor het kiemen<br />

hebben ze licht nodig.<br />

Geneeskracht<br />

Dodonaeus schreef het al: ‘Dit selve cruydt groen met sijne<br />

bladeren op de wonden gheleyt brengt deze tot heelinghe’.<br />

Sint-Janskruid bevat bestanddelen met een antibacteriële<br />

werking. De door de klieren afgescheiden etherische olie en<br />

extracten van delen van de plant vinden toepassing in de<br />

homeopathie.<br />

plaat 54. Sint-Janskruid<br />

A deel van bloeiende plant; B meeldraad; C stuifmeelkorrel<br />

(tricolp(or)aat): 1 polair aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht, 3 korreloppervlak<br />

(focus boven en in tectum); D en E stamper respectievelijk<br />

van opzij en van boven; F stempel; G vruchten; H zaden.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!