26.03.2018 Views

Bijenplanten_web

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

kruisbloemenfamilie 243<br />

Pinksterbloem (Cardamine pratensis)<br />

De Pinksterbloem is een soort van het geslacht Veldkers<br />

(Cardamine), dat behoort tot de Kruisbloemenfamilie<br />

(Brassicaceae). Veldkers is een van de grootste geslachten van<br />

de familie. Het telt ongeveer 160 soorten, die over de gehele<br />

wereld voorkomen. De Pinksterbloem houdt van een vochtige<br />

standplaats. Hij is daarom veel te vinden in vochtige<br />

graslanden, natte bossen en langs waterkanten. De vorm van<br />

de plant is zeer variabel, wat vermoedelijk een gevolg is van<br />

standplaatsfactoren.<br />

De Pinksterbloem is een meerjarige plant, die overwintert met<br />

een rozet van grondstandige bladeren. Daaruit ontwikkelt<br />

zich in het voorjaar een rechtopstaande, al of niet vertakte,<br />

bebladerde stengel. De bladeren zijn geveerd. De stengelbladeren<br />

bovenaan de plant verschillen duidelijk in vorm van<br />

de rozetbladeren. De blaadjes van de stengelbladeren zijn<br />

langwerpig elliptisch, die van de onderste bladeren eirond<br />

met een onregelmatige tanding.<br />

Lila bloemen<br />

Eind april/begin mei staat de Pinksterbloem meestal in volle<br />

bloei. De bloemen staan in eindelingse trossen. Gewoonlijk<br />

zijn ze lila met donkere aderen. Er komen ook vormen voor<br />

met lichter gekleurde of bijna witte bloemen. De geur van de<br />

bloemen neemt in intensiteit toe naar de basis van de kroonbladen.<br />

De vier kelkbladen zijn onderaan komvormig.<br />

Ze staan dicht tegen de vier kroonbladen en houden die bij<br />

elkaar. Daardoor wordt een korte buisvormige structuur<br />

gevormd, die bescherming biedt aan de nectar. Er zijn zes<br />

meeldraden, twee korte en vier lange. Rond de voet van elk<br />

van de korte meeldraden ligt aan de buitenzijde een ringvormig<br />

nectarium. Kleine bolvormige nectariën tussen de<br />

lange meeldraden scheiden ook nectar af, zij het in mindere<br />

mate. De afgescheiden nectar kan tijdelijk in de uitholling van<br />

de kelkbladen worden opgeslagen. Tijdens de bloei groeien de<br />

lange meeldraden verder uit en reiken de helmknoppen tot<br />

boven de stempel. Ze maken bovendien een draaiende beweging<br />

naar de korte meeldraden. Op die plaats is er in de<br />

bloem voor bezoekende insecten de meeste ruimte om bij het<br />

nectarium van de korte meeldraden te komen.<br />

Openspringende vruchten<br />

Voor zaadvorming is de Pinksterbloem afhankelijk van<br />

insectenbezoek, want de plant is zelfsteriel, wat wil zeggen dat<br />

er bij bestuiving met eigen stuifmeel geen zaden worden<br />

gevormd. Binnen de Kruisbloemenfamilie zijn de soorten van<br />

de Veldkers de enige die door middel van het openspringen<br />

van de vrucht het zaad verspreiden. De vrucht is een platte<br />

hauw. Bij rijpheid springt hij met twee oprollende kleppen<br />

open, waardoor de zaden van het tussenschot losraken en<br />

enkele meters weggeslingerd kunnen worden.<br />

Bijenbezoek<br />

Honingbijen verzamelen zowel nectar als stuifmeel.<br />

Het bezoek is vluchtig. Soms bezoeken de bijen wel zo’n<br />

20 bloemen per minuut. Gedurende een periode van één tot<br />

vier dagen komt het stuifmeel in een bloem vrij, het meeste<br />

tijdens de voormiddag. De stuifmeelkorrels hebben een korreloppervlak<br />

met een grove netstructuur en lange brede kiemopeningen,<br />

die bijna van pool tot pool reiken. De stuifmeelklompjes<br />

zijn lichtbruin. De nectar bevat voor het merendeel<br />

vruchtensuiker en druivensuiker.<br />

Vermeerdering<br />

Behalve door zaad kan de Pinksterbloem zich vegetatief<br />

vermeerderen. Als een blad, of een gedeelte daarvan, op de<br />

grond komt te liggen, bijvoorbeeld na het maaien, kunnen<br />

zich in de bladoksels worteltjes gaan vormen en ontstaan er<br />

nieuwe plantjes.<br />

plaat 109. Pinksterbloem<br />

A in bloei staande plant; B meeldraden en nectariën; C stuifmeelkorrel<br />

(tricolpaat): 1 polair aanzicht, 2 equatoriaal aanzicht;<br />

D stamper; E vruchten (hauwen); F zaden; G plantjes die zich uit<br />

een blad hebben ontwikkeld.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!