als PDF downloaden - Emis - Vito
als PDF downloaden - Emis - Vito
als PDF downloaden - Emis - Vito
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HOOFDSTUK 4<br />
In de praktijk worden vandaag in de landbouwsector nog vrij veel bouwprojecten rechtstreeks<br />
door de bouwheer aan de aannemer gegund. Tijdens deze aanbesteding is vaak geen sprake van<br />
een meetstaat en/of een gegronde vergelijking van offertes. Voor deze projecten kan de kostprijs<br />
en/of kwaliteit van het project sterk afwijken van de door DLV vooropgezette kwaliteitseisen en<br />
de in dit rapport vermelde kostprijzen.<br />
Conclusie<br />
Uit de DLV-studie blijkt dat de meerkost van de AEA-st<strong>als</strong>ystemen tussen 10 en 25% bedraagt.<br />
Bij gebrek aan accurate gegevens is het niet mogelijk om de economische haalbaarheid van deze<br />
meerkost zonder (VLIF-)steun te toetsen ten opzichte van het arbeidsinkomen. Om toch een<br />
indicatie te krijgen van de haalbaarheid, werd de meerkost gerelateerd ten opzichte van een<br />
gemiddeld semi-brutowinstcijfer 32 . Voor de ‘zeugen’ bedraagt deze meerkost 18%, voor de<br />
vleesvarkens tussen 10 en 13%. Deze cijfers geven aan dat de economische haalbaarheid van de<br />
emissie-arme stallen zonder steun geen evidentie is. De range van 10-25% meerkosten geeft ook<br />
een indicatie van grootte-orde voor steun om de meerkost te compenseren.<br />
referentie in BREF<br />
Zie paragrafen 4.6.1-4 en 5.2.2 (varkens) en 4.5.1-5 en 5.3.2 (pluimvee).<br />
e. Voldoende mestopslagcapaciteit voorzien (Goossens A., 2005b en e; Hemmer H. et al.,<br />
2004; EIPPCB, 2003)<br />
bespreking techniek<br />
De mestopslagcapaciteit moet minstens voldoende zijn om de mest te kunnen opslaan tot het<br />
moment waarop deze verder kan worden be- en/of verwerkt of op het land kan worden gebracht.<br />
De minimale vereiste opslagcapaciteit is o.a. afhankelijk van de hoeveelheid mest die op het<br />
bedrijf wordt geproduceerd en de periode waarin de mest niet mag worden uitgereden. Bovendien<br />
dient eveneens rekening gehouden te worden met de mestbehoefte van het gewas.<br />
Vlarem II Art. 5.9.2.3 §1 schrijft een minimale mestopslagcapaciteit voor mengmest van 6<br />
maanden voor.<br />
Opmerkingen<br />
• De BREF (EIPPCB, 2003) vermeldt enkele voorbeelden van gangbare capaciteiten van<br />
opslag van varkensmest:<br />
– 4-5 maanden voor bedrijven gelocaliseerd in een Mediterraan klimaat;<br />
– 7-8 maanden voor bedrijven gelegen in gebieden met Atlantische en continentale condities;<br />
– 9-12 maanden voor bedrijven gelegen in gebieden met een Boreaal (arctisch) klimaat.<br />
Voor pluimvee zijn geen concrete voorbeelden opgenomen in de BREF.<br />
• Denemarken: opslagcapaciteit van 7-9 maanden<br />
• Duitsland: momenteel moet worden voldaan aan een uitrijverbodperiode; naar de toekomst<br />
komt er een algemene opslagcapaciteit van 6 maanden.<br />
• Nederland: geen verplichting naar minimale mestopslagcapaciteit<br />
32 Semi-brutowinstcijfer, berekend op basis van forfaitaire grondslagen van de fiscale aanslag. Er wordt een gemiddeld<br />
berekend voor de periode 2000-2004 en er wordt aangenomen dat een stal een economische levensduur van 20 jaar<br />
heeft.<br />
176 Vlaams BBT-Kenniscentrum