Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
espérer qu'un jour le télescope nous<br />
montrera un monde en train de se réveiller et<br />
où les lois de la thermodynamique seront<br />
renversées.<br />
Maxwell; het volstaat een beetje geduld te oefenen.<br />
Hier zou men bij willen stilstaan en hopen dat op een<br />
dag een telescoop ons een wereld kan tonen die bezig<br />
is te ontwaken en waar de wetten van de<br />
thermodynamica omgekeerd gelden.<br />
Henri Poincaré, Le Mécanisme et l'Expérience, Revue de Métaphysique et de Morale, 4, 534, 1893<br />
5.3.4. Zermelo's paradox<br />
In 1896 voerde de Duitse wiskundige Ernst Zermelo ook een bezwaar aan tegen het H-theorema van<br />
Boltzmann dat steunde op het recurrentie-theorema (Über einen Satz der Dynamik und die mechanische<br />
Wärmetheorie, Wiedemann's Annalen, 57, 485-494, 1896).<br />
Zermelo geeft zelf een kort bewijs van het recurrentie-theorema en voert dan aan dat het wegens dit<br />
theorema onmogelijk is te bewijzen dat de snelheidsverdeling van Maxwell en Boltzmann een definitieve<br />
en stationaire toestand van een systeem kan zijn. De bewijzen die gegeven werden zijn moeilijk en<br />
moeten noodzakelijk fouten bevatten, besluit hij.<br />
In zijn antwoord laat Boltzmann blijken dat hij zich niet begrepen voelt (Entgegnung auf die<br />
wärmetheoretischen Betrachtungen des Hrn. E. Zermelo, Wiedemann's Annalen, 57, 773-784, 1896). Hij<br />
wijst erop dat systemen die na een voldoende lange tijd in een evenwichtstoestand terechtkomen, een<br />
overweldigende meerderheid vormen. Een recurrentie-tijd daarentegen duurt zo onvoorstelbaar lang<br />
zodat die van geen praktische betekenis is. Boltzmann rekent uit dat voor een gas van 10 18 moleculen in<br />
een volume van 1 cm 3 een tijd van 10 18 seconden of ongeveer 30 miljard jaar moet verstrijken vooraleer<br />
de moleculen in een eerdere configuratie terugkeren. De recurrentie-tijd voor dit nog zeer beperkte<br />
systeem bedraagt dus reeds ruim meer dan de leeftijd van het heelal (volgens huidige metingen).<br />
Boltzmann besluit dat de terugkeer naar een oorspronkelijke toestand, waar Zermelo over spreekt, geen<br />
enkele praktische betekenis heeft voor wie de berekeningen uitvoert.<br />
In de verdere discussie tussen Zermelo en Boltzmann wijst deze laatste erop dat men de evolutie van het<br />
heelal vanuit twee gezichtspunten kan bekijken. Alles hangt af van de schaal waarop men het heelal<br />
beschouwt. Men kan aannemen dat het ons bekende deel van het heelal zich tegenwoordig in een zeer<br />
onwaarschijnlijke toestand bevindt. Maar de omvang van dit deel van het geheel, en de duur van die<br />
toestand, zijn uiterst klein in vergelijking met de afmetingen en de leeftijd van het heelal, dat zich als<br />
geheel in evenwicht bevindt, zoals statistisch te verwachten. In een dergelijk afwijkend deel kan de<br />
waarschijnlijkheid van de toestand zowel toenemen als afnemen, en al naargelang loopt de tijd in de ene<br />
of in de andere richting. Vanuit het andere gezichtspunt beschouwt men het heelal in zijn geheel en op<br />
die schaal heeft de tijd geen richting. Zoals voor het deel van het heelal dat we aarde noemen de ruimte<br />
een 'boven' en een 'beneden' heeft, zo ook heeft hier de tijd een verleden en een toekomst. Tijd is de<br />
beweging van een minder waarschijnlijke toestand (het verleden) naar een waarschijnlijker toestand (de<br />
toekomst). Het heelal in zijn geheel ondergaat een dergelijke beweging niet, en kent dus geen tijd.<br />
(Boltzmann, Zu Hrn. Zermelo Abhandlung über die mechanische Erklärungen irreversibler Vorgänge,<br />
Wiedemann's Annalen, 60, 392-398, 1897).<br />
In een ingezonden bijdrage aan het Britse tijdschrift Nature, vertelt Boltzmann dat hij de volgende<br />
gedachte met zijn assistent, dr. Schütz, besproken heeft.<br />
We assume that the whole Universe is, and<br />
rests for ever, in thermal equilibrium. The<br />
probability that one (and only one) part of the<br />
Universe is in a certain state, is the smaller the<br />
further that state is from thermal equilibrium;<br />
but this probability is greater, the greater the<br />
Universe itself is. If we assume the Universe<br />
great enough we can make the probability of<br />
one relatively small part being in a given state<br />
(however far from the state of thermal<br />
equilibrium), as great as we please. We can<br />
also make the probability great that, though the<br />
whole Universe is in thermal equilibrium, our<br />
We nemen aan dat het heelal zich als geheel in<br />
thermisch evenwicht bevindt en zo zal blijven. De<br />
waarschijnlijkheid dat een deel (en slechts één deel)<br />
van het heelal zich in een bepaalde toestand bevindt,<br />
is des te kleiner naarmate die toestand verder van het<br />
thermisch evenwicht verwijderd is, en des te groter<br />
naarmate het heelal groter is. Indien we het heelal<br />
groot genoeg veronderstellen kunnen we de<br />
waarschijnlijkheid dat een betrekkelijk klein deel ervan<br />
zich in een bepaalde toestand bevindt (hoe ver<br />
verwijderd ook van thermisch evenwicht) zo groot<br />
maken als we willen. Zo kunnen we ook de<br />
waarschijnlijkheid groot maken dat, hoewel het hele<br />
Bodifee, Hoe wankel is de wereld? 2013 59