Een Vlaamse spiegel - Nederlandse Vereniging voor Kriminologie
Een Vlaamse spiegel - Nederlandse Vereniging voor Kriminologie
Een Vlaamse spiegel - Nederlandse Vereniging voor Kriminologie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
criminaliteit blijkt volgens deze cijfers namelijk terug te lopen (Justitiekrant,<br />
1997). Het platteland blijft veiliger dan de steden en ook de geldschade<br />
<strong>voor</strong>tvloeiend uit misdrijven daalt.<br />
De Monitor Bedrijven en Instellingen (MBI) schetst periodiek een beeld<br />
van trends in de criminaliteits- en veiligheidssituatie van bedrijven en<br />
instellingen.<br />
De Jaarrapportage Veiligheid (2003) beoogt globaal ontwikkelingen te<br />
schetsen op het terrein van criminaliteit bij de burgers (slachtofferschap<br />
geweld- en vermogenscriminaliteit), criminaliteit bij bedrijven en instellingen,<br />
door burgers ervaren overlast en (fysieke) verloedering en onveiligheidsgevoelens.<br />
Waar mogelijk worden deze steeds vergeleken met de geregistreerde<br />
criminaliteit.<br />
Inzicht in slachtofferschap van burgers van vermogens- en geweldscriminaliteit<br />
geeft het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS) van het Centraal Bureau<br />
<strong>voor</strong> de Statistiek. Door steekproefgeleide enquêtes wordt onder de bevolking<br />
van 15 jaar en ouder gepeild naar slachtofferschap bij de bevolking, maar<br />
ook bij bedrijven, instellingen en overheid. Ook worden via de POLS<br />
onveiligheidsgevoelens gemeten, in eigen huis en in de omgeving.<br />
EEN KRITISCHE VERGELIJKING<br />
Op het eerste zicht zou men kunnen stellen dat de statistische uitgangspunten vrij<br />
universeel zijn en dat de criminaliteitstatistieken in België en Nederland makkelijk<br />
te vergelijken zijn. Dit is echter niet het geval, deels ingevolge methodologische<br />
oorzaken, maar ook door gedragsverschillen van burger en politie tussen beide<br />
landen. Ook zijn de ontwikkelingen in Nederland veel minder onderhevig<br />
geweest aan veranderingsprocessen en worden de statistische producten er<br />
bij het nemen van beleidsbeslissingen veel frequenter en intensiever gebruikt.<br />
Trouwens, op Europees niveau zijn de problemen bij vergelijking nog groter.<br />
Het Britse Home Office publiceert bij<strong>voor</strong>beeld elke jaar in zijn Statistical<br />
Bulletin een statistisch overzicht van de geregistreerde criminaliteit in de<br />
Europese Unie en een aantal andere Westerse landen (Van Erpecum, 2002).<br />
Uiteraard moet deze informatie met nog meer omzichtigheid geïnterpreteerd<br />
worden. De landen die vergeleken worden, baseren zich immers niet op<br />
dezelfde wetten en statistische procedures en systemen. Onderscheiden<br />
delicten worden verschillend gedefinieerd door de politie geregistreerd.<br />
Zo registreren sommige landen de criminaliteit niet op het moment van<br />
aangifte, maar pas wanneer een verdacht geïdentificeerd is en/of het dossier<br />
overgedragen is aan het parket. Daarom is het goed om niet te werken met<br />
absolute cijfers maar met procentuele veranderingen ten opzichte van een<br />
basisperiode, ervan uitgaand dat de andere factoren niet fundamenteel<br />
veranderd zijn. Maar ook dit is geen alles heiligmakend methode. Opvallend<br />
is wel het feit dat Amsterdam blijkbaar de koppositie voerde en aldus al<br />
eens door de pers als de meest onveilige stad bestempeld, en Brussel op een<br />
middenpositie volgde.<br />
Nederland heeft ook een veel langere traditie om cijfers op een geïntegreerde<br />
manier te bekijken, waarbij zowel wordt rekening gehouden met politie /<br />
52 Jubileumuitgave ‘<strong>Een</strong> <strong>Vlaamse</strong> <strong>spiegel</strong>’