07.02.2014 Views

Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium

Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium

Verslag - Buitenlandse Zaken - Belgium

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Aanbeveling 13 – Pro-actief beleid van DGOS<br />

DGOS zou een proactief beleid kunnen uitbouwen om de NNGO’s te stimuleren hun CV<br />

aanpak verder te professionaliseren (naar het voorbeeld van, bijvoorbeeld, de introductie<br />

van de programma-aanpak). Wij denken daarbij aan volgende mogelijkheden:<br />

d) DGOS kan een aantal minimumstandaarden zetten waaraan NNGO’s moeten voldoen<br />

om medefinanciering te krijgen voor CV-programma’s, bijvoorbeeld (1) een duidelijke<br />

visie op CV, (2) de capaciteit hebben om omgevingsanalyses te doen en relevante<br />

partners te selecteren, (3) over een solide set van partnerschapsprincipes<br />

beschikken, interventiestrategieën en CV tools, (4) aangeven hoe CV opgevolgd en<br />

geëvalueerd zal worden; (5) duidelijke exit-strategieën. Deze elementen worden dan<br />

ook opgenomen in de beoordelingscriteria en de beleidsdialoog;<br />

e) er zouden ook afspraken gemaakt kunnen worden dat NNGO’s binnen hun<br />

programma portefeuille een deel van het budget kunnen besteden voor het<br />

uitproberen van experimenten, indien ze kunnen aantonen dat ze de nodige<br />

leersystemen opzetten om te leren wat werkt en wat niet, en dat er strategieën zijn<br />

voor een schaalvergroting van de pilootprojecten die werken;<br />

f) DGOS kan een sensibiliseringsrol en voorbeeldrol opnemen door bijvoorbeeld het<br />

belang van CV aan te kaarten in de beleidsdialoog, specifieke evaluaties op te zetten<br />

over CV, zelf deel te nemen aan professionele netwerken over CV of dergelijke<br />

netwerken te ondersteunen, een studiedag of conferentie ondersteunen m.b.t. CV.<br />

Opvolging door DGOS<br />

Dankzij deze evaluatie heeft ook DGOS een duidelijker zicht op de capaciteiten die een<br />

Belgische NGO moet hebben om effectief aan capaciteitsversterking van haar partners te<br />

kunnen doen, en wat een gebalanceerde CV aanpak inhoudt. In de beoordelingsfiche<br />

voor de nieuwe NGO-programma’s gaat al meer aandacht naar CV, maar dit zal bij een<br />

volgende herziening nog meer verfijnd worden, op basis van de aanbevelingen van deze<br />

evaluatie.<br />

DGOS staat ervoor open dat NGO’s binnen hun programma vernieuwende experimenten<br />

opstarten, maar hanteert deze mogelijkheid met de nodige voorzichtigheid. Zo moet de<br />

NGO aantonen dat hij de nodige bekwaamheid heeft om zulk pilootproject te beheren en<br />

lijkt het aangewezen dat het pilootproject gelimiteerd is tot een deel van het programma.<br />

Dit was ook het standpunt van DGOS bij de vergadering van april 2010 binnen<br />

werkgroep 2 van het Paritair Overlegcomité over resultaatsgericht beheer.<br />

Naast de suggesties die zijn weerhouden in de concluderende aanbeveling, onthoudt<br />

DGOS dat het ook belangrijk is volgende elementen na te gaan bij de beoordeling van<br />

programma’s:<br />

- Keuze van partnerorganisatie: Een vaststelling van de evaluatie was dat een<br />

aantal Belgische NGO’s zelf partnerorganisaties hadden mee opgericht in het<br />

Zuiden, en dat dit vaak te weinig doordacht gebeurde. DGOS moet er daarom op<br />

toezien dat Belgische NGO’s in de toekomst geen eigen organisaties in het Zuiden<br />

opstarten, maar dat zij bestaande partnorganisaties zoeken die ingebed zitten in<br />

de lokale civiele maatschappij.<br />

- Analyse van de capaciteit van de partner bij het begin van het partnerschap: 2 op<br />

3 van de NGO’s doet geen systematische analyse van de capaciteit van de partner<br />

bij de start van het partnerschap, nochtans een belangrijk startpunt om aan<br />

capaciteitsversterking te doen.<br />

- Diversifiëring van capaciteiten die versterkt worden: NGO’s geven veel meer<br />

aandacht aan de harde technische- of implementatiecapaciteit van de partner<br />

(boekhouding, M&E, planningcapaciteit), en te weinig aan de upstream<br />

capaciteiten (strategisch denken, visieontwikkeling, politiek werk,…) en softe<br />

capaciteiten (leiderschap, teamwork,…)<br />

116

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!