Download het volledig rapport - KCE
Download het volledig rapport - KCE
Download het volledig rapport - KCE
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
24 Osteopathie en Chiropraxie <strong>KCE</strong> Reports 148<br />
2.1.3 Veiligheid en Risico’s<br />
Kernboodschappen.<br />
• Milde neveneffecten blijken zeer frequent te zijn, tussen de 30 en 60 %, en<br />
zijn voornamelijk een tijdelijke verergering van de pijnklachten en hoofdpijn.<br />
• Er zijn zware en zelfs levensbedreigende complicaties gedocumenteerd. De<br />
gegevens laten echter niet toe om een valide kwantitatieve schatting te<br />
geven van de risico’s.<br />
• Er is nood aan een performanter surveillancesysteem om de risico’s beter in<br />
te schatten.<br />
De publicaties over de risico’s van manuele therapie maken geen onderscheid tussen de<br />
verschillende type zorgverleners. Men maakt echter wel een onderscheid tussen de<br />
lichaamstreek waar de handeling gebeurt (een aantal reviews behandelen meer bepaald<br />
de nekstreek, die als meer risicovol beschouwd wordt dan de thorax en lendenstreek),<br />
de indicatie en <strong>het</strong> type patiënt. Er wordt in enkele gevallen onderscheid gemaakt tussen<br />
HVLA manipulaties en mobilisaties.<br />
2.1.3.1 Spinale manipulaties in <strong>het</strong> algemeen.<br />
Gouveia et al. 58 deden een review van studies rond de veiligheid van spinale manipulatie<br />
in <strong>het</strong> algemeen. In tegenstelling tot wat de titel van hun publicatie doet vermoeden<br />
concentreerden ze zich op alle spinale manipulaties, waarvan een deel door<br />
physiotherapeuten en osteopaten wordt uitgevoerd.<br />
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen milde en ernstige neveneffecten.<br />
Milde neveneffecten (Gouveia et al. 58 )<br />
De schattingen voor milde neveneffecten zijn gebaseerd op 1 RCT en 6 prospectieve<br />
cohort studies.<br />
Milde neveneffecten blijken zeer frequent te zijn, tussen de 30 en 60 %, voornamelijk<br />
een tijdelijke verergering van de pijnklachten en hoofdpijn. Een van de studies werd<br />
uitgevoerd in Belgie bij 59 manueel therapeuten (physiotherapeuten, osteopaten en<br />
chiropractici) en <strong>rapport</strong>eerde dat 60.9 % van de patiënten op zijn minst 1 aan spinale<br />
manipulatie gerelateerd neveneffect had, waarvan 64 % binnen de 24 uur verdween.<br />
Voornaamste neveneffecten waren hoofdpijn, stijfheid en lokale ongemakken. Hoog<br />
cervicale manipulaties, vrouw zijn en medicijngebruik waren de voornaamste<br />
risicofactoren na een multivariaat analyse 59 .<br />
Ernstige neveneffecten (Gouveia et al. 58 )<br />
Ernstige neveneffecten blijken moeilijker te meten.<br />
Een case control studie uitgevoerd in Canada schatte dat <strong>het</strong> risico op een<br />
vertebrobasilair accident 5 keer (uitgedrukt als odds ratio OR: 5.03; 95% CI 1.32<br />
tot43.87) hoger was bij iemand die een spinale manipulatie onderging. Een nested case<br />
control studie schatte <strong>het</strong> risico op cervicale arteriële dissectie zes keer hoger bij<br />
mensen die een spinale manipulatie ondergingen in de laatste 30 dagen (OR: 6.62, 95%<br />
CI: 1.4 tot 30) na statistisch te hebben gecontroleerd voor nekpijn (dit omwille van <strong>het</strong><br />
probleem van reverse causality). Het is alleen mogelijk <strong>het</strong> relatief risico te meten op<br />
basis van case control studies, niet <strong>het</strong> absoluut risico.<br />
Het geschatte risico op basis van retrospectieve cohort studies variëren van 5<br />
beroertes per 100 000 manipulaties tot 1.46 ernstige neurologische aandoeningen per<br />
10 000 000 manipulaties en 2.68 doden per 10 000 000 manipulaties. Een schatting op<br />
basis van gerechtszaken en verzekeringsclaims komt tot een schatting van 1 op 1 tot 3<br />
miljoen. Ze identificeerden 115 gepubliceerde case studies.