Download het volledig rapport - KCE
Download het volledig rapport - KCE
Download het volledig rapport - KCE
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>KCE</strong> Reports 148 Osteopathie en Chiropraxie 85<br />
Kernboodschappen: de gevolgen van de (niet) conventionele<br />
beoefening van de gezondheidszorg<br />
• Enkel de houders van een diploma van arts en licentiaat in de tandheelkunde<br />
mogen een diagnose stellen en een behandeling voorschrijven.<br />
• De wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt zal pas<br />
van toepassing zijn op de beoefening van de niet-conventionele praktijken<br />
zodra de wet Colla uitvoering zal krijgen.<br />
• Hetzelfde geldt voor de toepassing van de wet van 31 maart 2010<br />
betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg.<br />
• Bepaalde ziekenfondsen vergoeden bepaalde vormen van alternatieve<br />
behandelingen.<br />
• Hoewel er vaak sprake is van een georganiseerde opleiding, is <strong>het</strong> uitoefenen<br />
van een niet-conventionele praktijk op vandaag nog niet erkend waardoor de<br />
uitoefening ervan kan worden beschouwd als een onwettige uitoefening van<br />
de geneeskunde.<br />
• Hoewel er reeds verschillende beoefenaars van een niet-conventionele<br />
praktijk werden veroordeeld voor de onwettige uitoefening van de<br />
geneeskunde, blijken rechters meer en meer geneigd om onder bepaalde<br />
voorwaarden niet over te gaan tot een schuldigverklaring.<br />
5.1.6 De beoefening van de niet-conventionele geneeskunde in Europese<br />
context<br />
5.1.6.1 Twee opvattingen<br />
Binnen de Europese Unie bestaan er hoofdzakelijk twee opvattingen over de<br />
gezondheidszorg. 109<br />
De eerste opvatting gaat ervan uit dat, op enkele uitzonderingen na, enkel artsen bevoegd<br />
zijn om de geneeskunde te beoefenen (deze opvatting heerst er bijvoorbeeld terug in<br />
België). Desalniettemin wordt er vaak in deze landen vastgesteld dat de vraag naar nietconventionele<br />
geneeswijzen zo hoog is, dat er sprake is van een zekere tolerantie.<br />
De tweede opvatting gaat uit van <strong>het</strong> tegendeel en stelt dat iedereen die dat wenst de<br />
geneeskunde kan beoefenen, doch met uitzondering van bepaalde handelingen die<br />
uitsluitend door artsen mogen worden verricht.<br />
Deze tegenstrijdige opvattingen hebben tot gevolg dat <strong>het</strong> Europees Parlement vaak<br />
geconfronteerd wordt met beoefenaars van de gezondheidszorg die in eigen land<br />
officieel worden erkend, maar in een andere lidstaat worden veroordeeld voor de<br />
onwettige uitoefening van de geneeskunde. Door de verschillen in status en erkenning<br />
van niet-conventionele geneeswijzen binnen de Europese Unie, vormt dit een<br />
belemmering van <strong>het</strong> vrije verkeer van personen en de vrijheid van vestiging (zoals<br />
gewaarborgd door <strong>het</strong> verdrag betreffende de werking van de EU). Uiteindelijk werd er<br />
in 1997 een resolutie aangenomen over de status van de niet-conventionele<br />
geneeskunde (PB. Nr. C-182, 16 juni 1997, 0067), waarin <strong>het</strong> Europees Parlement aan<br />
de Commissie verzocht zich te engageren voor de verdere ontwikkeling van de<br />
erkenning van de niet-conventionele geneeswijzen. De resolutie pleitte voor een<br />
erkenning van de niet-conventionele geneeskunde op voorwaarde dat de resultaten van<br />
de studie dit toelaten. Op 11 juni 1999 vaardigde ook de Raad van Europa hieromtrent<br />
een resolutie uit (weliswaar niet bindend voor de lidstaten) waarin ze de lidstaten<br />
opriep om hun reglementeringen op elkaar af te stemmen. 110