12.09.2013 Views

eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg

eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg

eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

en de taalleeftijd was slechts 22 à 23 maanden. Het Van Wiechenonderzoek is steeds<br />

geruststellend: op 30 maanden werden wel items 45 ‘zegt “zinnen” van 3 of meer woorden’<br />

en 46 ‘is verstaanbaar voor bekenden’ gescoord, het eerste item was een positieve en het<br />

tweede een negatieve score. In de vroege kleuterperiode maakte dit kindje een episode van<br />

electief mutisme door.<br />

Kindjes 7 en 26 bleken op 30 maanden dan weer een erg goede score te hebben op de N-<br />

CDIs/kv, zowel voor woordenschatbegrip als voor -productie. Op de Van Wiechen-items<br />

vielen geen van beide kinderen uit: kindje 7 kreeg geen score op 24 maanden voor item 41,<br />

maar item 43 en 44 werden op die leeftijd positief gescoord. Kindje 26 scoorde voor die<br />

items op 24 maanden hetzelfde. Op 30 maanden waren ook de Van Wiechen-items 45, 46<br />

en 49 goed voor kindje 7. Voor beide kindjes had men met het Van Wiechenonderzoek nooit<br />

iets opgemerkt voor taal.<br />

Samenvattend kunnen we hier stellen dat twee van de zes kindjes met een randnormaal<br />

woordenschatbegrip op 24 maanden toch een blijvende taalvertraging bleken te hebben, die<br />

wel met de N-CDIs/korte vormen en niet met het Van Wiechenonderzoek werd opgemerkt.<br />

Bij twee kindjes bleek het randnormale woordenschatbegrip op 24 maanden niet blijvend, zij<br />

haalden later zeer goede scores. Hier was het normale Van Wiechenonderzoek op de<br />

verschillende leeftijden dus een betere voorspeller van het risico op een (blijvend)<br />

taalprobleem. Twee kindjes waren niet meer beschikbaar voor follow-up, daarover kan ik<br />

geen verdere uitspraken doen.<br />

Verder in de steekproef zien we dat bij de peuters die een percentielscore van meer dan 15<br />

halen op woordenschatbegrip van de N-CDIs/kv op 24 maanden, er toch nog twee zijn die<br />

minder dan percentiel 10 halen op woordenschatproductie. Volgens het N-CDIs/korte<br />

vormen-organigram zal bij de ouders van deze kinderen een nieuwe vragenlijst worden<br />

afgenomen na 3 maanden. Deze kinderen zijn dus op te volgen (zie volgend onderdeeltje).<br />

7.3.1.2 Woordenschatproductie op de N-CDIs/korte vormen op 24 maanden<br />

De gegevens van de steekproef werden geordend naar: ten eerste de ruwe scores op<br />

woordenschatproductie (WP) van de N-CDIs/korte vormen en ten tweede de ruwe scores op<br />

woordenschatbegrip (WB). Drie kinderen behalen op 24 maanden een resultaat op<br />

woordenschatproductie dat – volgens het organigram bij de N-CDIs/korte vormen – verdere<br />

actie vraagt, d.w.z. een percentielscore lager dan 10 én een taalachterstand voor productie<br />

van minstens 4 maanden.<br />

44

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!