eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg
eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg
eindwerk B. Duytschaever.pdf - GGS Jeugdgezondheidszorg
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Conclusie<br />
Uit de literatuurstudie blijkt dat de vroege taalontwikkeling goed gekend en beschreven is. De<br />
verschillende taal(ontwikkelings)stoornissen zijn duidelijk gedefinieerd en een aantal<br />
diagnostische instrumenten zijn beschreven. Van vroege taalvertraging bij peuters en jonge<br />
kleuters vinden we geen duidelijke definitie noch goed omschreven eigenschappen.<br />
Nochtans gaat het om een vrij vaak voorkomend probleem en is de differentieeldiagnose met<br />
taalstoornissen belangrijk om het beleid te bepalen.<br />
In een onderzoek werd de waarde van de N-CDIs/korte vormen van Zink et al. vergeleken<br />
met het reeds gebruikte Van Wiechenonderzoek-onderdeel Communicatie voor het opsporen<br />
van risico op taalproblemen. Een uitgebreide beschrijving van de resultaten van dit<br />
onderzoek bracht een aantal tendensen naar voren:<br />
De N-CDIs/korte vormen identificeren niet steeds dezelfde kinderen als mogelijk<br />
taalvertraagd of -gestoord als het Van Wiechenonderzoek. Voor taalproductie komen<br />
de scores beter overeen dan voor taalbegrip.<br />
Waar een afwijkende score op de N-CDIs/korte vormen voor woordenschatbegrip<br />
wordt gevonden, geeft het Van Wiechenschema niet altijd een ‘alarmsignaal’.<br />
Hoewel het Van Wiechenonderzoek als opvolgingsinstrument ruime grenzen hanteert<br />
voor een afwijkende taalontwikkeling, blijkt dat er met dit instrument in totaal meer<br />
kinderen als taalvertraagd aangeduid worden dan met de N-CDIs/korte vormen.<br />
Op basis van de resultaten van dit onderzoek, kan men concluderen dat de N-CDIs/korte<br />
vormen een waardevolle aanvulling kunnen zijn op het reeds toegepaste Van<br />
Wiechenschema. Wanneer er bezorgdheid is bij de ouders of bij de CB-arts die een peuter al<br />
met het Van Wiechenonderzoek heeft geëvalueerd, dan kan aan de ouders voorgesteld<br />
worden een N-CDI/korte vormen in te vullen. Bij afwijkend resultaat op deze kan een N-<br />
CDI/Woorden en Zinnen of – bij een taalleeftijd van 16 maanden of minder – een N-<br />
CDI/Woorden en Gebaren worden ingevuld. Met de resultaten van al deze instrumenten kan<br />
men een gefundeerde beslissing nemen omtrent het al dan niet doorverwijzen of verder<br />
opvolgen van een peuter met een taalvertraging.<br />
64