Rekenen voor peuters - Toetswijzer
Rekenen voor peuters - Toetswijzer
Rekenen voor peuters - Toetswijzer
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
scoregrooepen.<br />
Elke groep<br />
bestaat uit kinderen mmet<br />
een onge eveer even ho oge score. Dee<br />
geobservee erde<br />
proportiees<br />
juiste antwooorden<br />
van deze d groepen (telkens gesymboliseerd<br />
door een x) zzijn<br />
door de middelste m<br />
stippellijnn<br />
verbonden. De volle lijn daarentegen<br />
d<br />
verbindt de proporties p die e op grond van<br />
de paramete er-<br />
schattingeen<br />
<strong>voor</strong>speld kunnen worden.<br />
De twee buitenste lijne en geven het 95%-betrouwwbaarheidsinterval<br />
aan. De bbreedte<br />
van ddit<br />
interval is in belangrijkee<br />
mate afhank kelijk van het aantal kinderen<br />
dat de op pgave<br />
heeft beaantwoord.<br />
Uit het figuur blijkt<br />
heel duideelijk<br />
dat de ge eobserveerde e proporties, zzoals<br />
bedoeld d, binnen<br />
het 95%-<br />
betrouwbaarheidsinterva<br />
al van de (gesschatte)<br />
<strong>voor</strong>s spelde propor rties liggen, een<br />
dit komt in grote<br />
lijnen oveereen<br />
met eeen<br />
niet-signific cante Si-toetssingsgrootheid d (Verhelst, et e al., 1994).<br />
Figuur 2. .4 Grafischhe<br />
<strong>voor</strong>stelling<br />
van een S-toets<br />
Bij de opgaven<br />
in onzze<br />
opgavenba ank hoort eenn<br />
grafische vo oorstelling van n de Si-toetsinng die in grote<br />
lijnen<br />
met figuuur<br />
2.4 overeenkomt.<br />
Dit is, zeker gezienn<br />
de relatief grote g aantallen<br />
observatiess<br />
die in het ge eding<br />
zijn, een zeer sterke aaanduiding<br />
da at het ontwikkkelde<br />
meetins strument en het h gebruikte meetmodel adequaat a<br />
zijn om hhet<br />
gedrag vaan<br />
de kinderen n te verklarenn.<br />
Bovendien blijkt, en dat is vanuit theooretisch<br />
oogp punt nog<br />
belangrijkker,<br />
dat gemeeten<br />
verschillen<br />
in gedrag tussen de kin nderen te ver rklaren zijn dooor<br />
één<br />
unidimennsionaal<br />
conccept.<br />
Hiermee is echter het laatste woord<br />
nog niet geezegd<br />
over de e validiteit, ma aar het kalibra ratieonderzoe ek brengt<br />
in ieder ggeval<br />
een esssentieel<br />
aspec ct van het validiteitsvraags<br />
stuk naar voren:<br />
de rechtvvaardiging<br />
van n wat in<br />
de meestte<br />
toetstoepaassingen<br />
gebr ruikelijk is, naamelijk<br />
het red duceren van alles wat het kind heeft<br />
geantwooord<br />
tot een ennkele<br />
toetssc core (of afgeleeid<br />
daarvan, een e enkele sc chatting van zzijn<br />
onderligg gende<br />
vaardigheid).<br />
De kalibbratieanalyse,<br />
, als puur formmeel<br />
proces (het ( analyseren<br />
van een ggrote<br />
onvolled dige tabel<br />
met nulleen<br />
en enen) kkan<br />
geen uitsp praken doen over de inhoudsvaliditeit<br />
of o over de connstructvalidite<br />
eit als<br />
antwoordd<br />
op de vraagg:<br />
hoe kan wo orden aangetooond<br />
dat het concept dat de d items in dee<br />
bank meten n,<br />
dekkend is <strong>voor</strong> en saamenvalt<br />
met het construcct<br />
‘algemene rekenvaardig<br />
r<br />
heid’ zoals daat<br />
in het didactisch<br />
en<br />
het wetennschappelijk<br />
forum wordt bedoeld? De vraag is dan in het geval van het ondeerdeel<br />
‘rekenvaaardigheid’:<br />
kaan<br />
het unidimensionale<br />
concept<br />
onder de d opgaven in<br />
de opgavennbank<br />
<strong>Rekenen</strong><br />
<strong>voor</strong><br />
<strong>peuters</strong> inderdaad<br />
woorden<br />
opgevat<br />
als ‘algemene<br />
rekenvaar rdigheid’? Hie er komen we op terug in<br />
hoofdstuk<br />
6 over validditeit.<br />
22