25.01.2014 Views

Bekijk het PDF bestand.

Bekijk het PDF bestand.

Bekijk het PDF bestand.

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Mokkig : „Mokkig weer" is warm en broeierig.<br />

Raerig : „Asset 'n beetje raerig weer was."<br />

Rinneweerig : Van „ruineeren"; synoniem is „sletig". Beteekent<br />

: aan sterke of snelle slijtage onderhevig ; ook : beschadigend<br />

van uitwerking.<br />

Roezeboezig : Onstuimig, stormachtig. „'t Is roezeboezig (weer),<br />

't luch'je staed roezeboezig."<br />

Sletig : Zie rinneweerig.<br />

Verl o opig : „'t Is verloopig weer", beteekent, dat <strong>het</strong> onweersachtig<br />

is ; dat men „'n verloop" kan verwachten. „Kijk der<br />

as 'n verloop rijze !" (een onweerslucht).<br />

UC1 issel vall ig : Is <strong>het</strong> Katwijksche woord voor „toevallig". Katw.<br />

„toevallig" beteekent „epileptisch".<br />

Wrakkig : Gelijk „brakkig", van een boot bijv.<br />

Op -ertg.<br />

Deemsterigi) : Een beetje donkere lucht, stil en bewolkt, weinig<br />

zicht.<br />

Dooderig : Tegengesteld aan „geestig" en „fel". „Hij loopt<br />

er altijd zoo d o odarig bij !" Id. doodalek.<br />

Druilerig : Weer, kind, hond, zeil. Een zeil en een muts kan<br />

„druilerig staen". Er is een achterzeiltje, dat „d ruil" heet.<br />

Rausdauzerig : „'t Gaet allemael zoo rausdauzerig" (wat ruw,<br />

wat ruig in zijn werk). Tegenstelling van pietepeuterig.<br />

Taaiterig : „Hoe taaiterich staet heur muts !" (van een vrouw,<br />

die een zwierige, hooge punt (taait) aan haar muts draagt). Ook<br />

van een clown met puntkap zou men zeggen : „Kijk tie vent<br />

aris 'n hooge taait op hebbe" (waarschijnlijk tuit).<br />

Op -baer.<br />

Vischbaer : „Alle nette, die vischbaer zijn, motte te waeter"<br />

(bruikbaar om te visschen).<br />

Maekbaer : Maekbaer in fet maekbaer (wat nog te herstellen<br />

is, en wat te zeer beschadigd is).<br />

Samenstelling van een zelfstandig en een bijv. naamwoord.<br />

Bijzondere vaktermen zijn o. a. de samenstellingen met -ziek :<br />

haekziek is een ton, die niet meer met de „haeke" opgepikt kan<br />

worden, doordat de „kimme" (de ūitstekende randen) uitgesleten<br />

zijn ; dus „ziek door de (of <strong>het</strong>) haken". Haeringziek is een visscher,<br />

die neerslachtig of baloorig wordt bij geringe haringvangst.<br />

68<br />

I) Twielicht is schemer. Schemering is er als „de donker al begint te valle".

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!