12.04.2015 Views

Basis Zorgprogramma - Efp

Basis Zorgprogramma - Efp

Basis Zorgprogramma - Efp

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Basis</strong> <strong>Zorgprogramma</strong><br />

functioneren redelijk in een middelgrote groep (zes tot acht personen) en psychotisch kwetsbare<br />

patiënten ten slotte doen dat in een kleine groep (twee tot zes personen).<br />

Groepsbehandeling kan verder open of gesloten zijn. Er is sprake van een open groep als de<br />

deelnemers vrij zijn op enig moment met de therapie of de training te starten en te stoppen. Open<br />

en gesloten groepen hebben elk hun voor- en nadelen. In een open groep kunnen patiënten het<br />

proces in hun eigen tempo doorlopen en leren de nieuwkomers van de al langer deelnemende<br />

patiënten. In een gesloten groep is men afhankelijk van elkaars tempo, wat problemen geeft bij<br />

grote niveauverschillen. Een open groep kan ook onveilig aanvoelen wanneer er te veel wisselingen<br />

zijn. Een tussenvariant is een open instroomperiode met daarna een gesloten periode (halfopen<br />

groep). Een keuze voor een open, gesloten of halfopen groep is overigens niet altijd mogelijk, maar<br />

is vaak een kwestie van het aanbod op dit punt en van wat in de desbetreffende kliniek gebruikelijk<br />

is. Het verdient wel aanbeveling op dit punt de mogelijkheid van een weloverwogen keuze te<br />

bieden.<br />

Men spreekt van een homogene therapiegroep als de groep uit delinquenten van hetzelfde type<br />

bestaat, zoals plegers van seksueel geweld. Wanneer de groep bestaat uit een mix van typen<br />

delinquenten, bijvoorbeeld geweldsdelinquenten en zedendelinquenten, spreekt men van een<br />

heterogene groep. Homogeniteit of heterogeniteit van een groep is een punt van zorgvuldige<br />

overweging bij de samenstelling van een groep, waarbij de klinische ervaring van de therapeut en<br />

behandelcoördinator in de praktijk de bepalende factor is en voorlopig ook moet zijn. Een<br />

voldoende empirische basis voor deze overwegingen ontbreekt namelijk. Kwetsbaarheid,<br />

vijandigheid en grote verschillen in intelligentie van patiënten zijn hierbij belangrijke overwegingen.<br />

Vanuit een algemeen groepstherapeutisch perspectief stelt Yalom (1981, p.199) enerzijds dat er<br />

min of meer klinische consensus bestaat dat een therapiegroep voldoende variëteit moet bieden.<br />

Dit gaat dan over ervaringen, problemen, manieren om daarmee om te gaan en botsende manieren<br />

van met elkaar omgaan. Daarnaast zijn conflicten essentieel voor het therapeutische proces.<br />

Anderzijds geeft hij aan dat er geen evidentie is dat een opzettelijk heterogene samenstelling het<br />

therapeutische proces bevordert. Sterker, er is volgens Yalom empirische steun voor de stelling dat<br />

enige homogeniteit de cohesie van de groep bevordert, wat weer een positieve therapeutische<br />

factor is, alsook voor het feit dat de meest afwijkende patiënten vaak het eerste afvallen.<br />

Nieuwe ontwikkelingen<br />

De afgelopen jaren zijn er verscheidene nieuwe cognitief gedragstherapeutische behandelingen in<br />

het forensische veld geïntroduceerd die oorspronkelijk waren bedoeld voor andere populaties. Een<br />

voorbeeld hier is ‘schema focused therapy’ (SFT). De oorspronkelijke protocollen zijn hiervoor<br />

aangepast aan de forensisch psychiatrische patiënten. SFT gebruikt men nu bijvoorbeeld bij TBSpatiënten<br />

met antisociale, borderline-, narcistische en paranoïde persoonlijkheidsstoornissen<br />

(Bernstein, Arntz & De Vos, 2007). Diverse multicenter-studies onderzoeken deze therapieën of<br />

hebben ze onderzocht, waarbij men de experimentele behandeling vergelijkt met de<br />

oorspronkelijke behandeling (De Ruiter & Trestman, 2007). Een ander voorbeeld is dialectische<br />

gedragstherapie. Dialectische gedragstherapie is inmiddels met succes toegepast bij verslaafden en<br />

borderliners (Linehan, et al, 1999, 2002; Van den Bosch et al, 2005). Daarnaast zijn er de volgende<br />

voorbeelden:<br />

73

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!