WET EN MENS - van Dick Wortel
WET EN MENS - van Dick Wortel
WET EN MENS - van Dick Wortel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ij de SW. Hij memoreerde zijn inzet en sociale betrokkenheid bij een zich snel<br />
ontwikkelende en sociale werkvoorziening. “Dit geeft een gevoel <strong>van</strong> respecten grote<br />
waardering”, sprak de voorzitter. Lamers wenste de commissie “een behouden vaart”<br />
(Notulen WSW-verg. 18 september 1991).<br />
De plaatsingscommissie bestond op dat tijdstip uit de heer G. Bovens, voorzitter, de heer<br />
H. Boers (G.M.D.), mw. A. de Jong (bedrijfsarts DZB), de heer J. Lamers (C.N.V.), de heer<br />
A. Groenendijk, secretaris, de heer J. Van der Meijden (DZB, manager D.D.G.O.), de heer D.<br />
de Mooy (Gemeentelijke Sociale Dienst), mw. G. <strong>van</strong> Stijn (G.A.B.; zij verving de heer E.<br />
Wassenaar), mw. C. Verhoog (DZB, consulent werving en selectie), de heer Th.H. de Wilde<br />
(F.N.V.), de heer Th.P.F. <strong>Wortel</strong> (F.N.V.). In de vergadering <strong>van</strong> 25 september nam de heer<br />
lamers na 14 jaar afscheid <strong>van</strong> de commissie. Hij werd opgevolgd door de heer J. <strong>van</strong> der<br />
Windt. Aan het einde <strong>van</strong> de vergadering werd de heer Lamers hartelijk bedankt voor zijn<br />
inbreng en ondersteuning door de voorzitter. De heer Lamers bedankte op zijn beurt de<br />
commissie voor de prettiige en goede sfeer (Notulen Plaatsingscommissie 25 september<br />
1991). De gemeente Voorschoten gaf te kennen om zich aan te willen sluiten bij de<br />
bestuurlijke eenheid Leiden. Zij was tot dan toe aangesloten bij die <strong>van</strong> Rijswijk. Het was een<br />
pragmatisch besluit, omdat bij DZB een groot aantal Voorschotenaren werkten. Per 1 januari<br />
1993 werd de gemeente Voorschoten in de WSW-commissie vertegenwoordigd (Notulen<br />
WSW-verg. 5 februari 1991). De Voorschotense wethouder <strong>van</strong> Welzijn M.J. Breunesse nam,<br />
vooruitlopend op het besluit <strong>van</strong> de gemeenteraad <strong>van</strong> haar gemeente haar zetel op de<br />
vergadering <strong>van</strong> 1 juli 1992 reeds in. Door voorzitter Bovens werd zij <strong>van</strong> harte verwelkomd.<br />
De cultuuromslag<br />
Rond 1985, het jaar waarin de rijksoverheid begon te mopperen over de steeds meer geld<br />
verslindende sociale werkvoorziening, en de budgetfinanciering wilde gaan invoeren, begon<br />
ook DZB, toen nog GDSW, over zijn toekomst na te denken. Men wilde af <strong>van</strong> het imago <strong>van</strong><br />
een instelling waar mensen slechts werden ‘beziggehouden’. De directie zag de noodzaak in<br />
om het bedrijf te veranderen in een moderne en volwaardige onderneming, met volwaardig<br />
werk. De invoering <strong>van</strong> de budgetfinanciering was de aanleiding voor DZB om meer<br />
marktgericht te gaan denken. Mits de doelgroep gehandhaafd bleef: volwaardig werk dus voor<br />
mensen met een handicap.<br />
De klus om de verandering in bedrijfsvoering te klaren werd in handen gegeven <strong>van</strong> J. ter<br />
Haar. Toen hij in 1986 aan deze reorgansatie begon, trof hij nog een ouderwetse sociale<br />
werkvoorziening aan, die dank zij de open-eind financiering, de rijksoverheid, die nog zonder<br />
morren de grote tekorten aanvulde, en de gemeente, die ook nog de resterende twintig procent<br />
<strong>van</strong> de tekorten uit eigen gemeentekas moest bijbetalen. In 1986 bedroeg het tekort vier<br />
miljoen gulden.<br />
“Er was ontzettend veel wantrouwen’, vertelde Ter Haar aan Peter Sluis, die deze woorden<br />
optekende (Handicap als marktwapen 4 e.v.), “De leiding nam de besluiten en de mensen op<br />
de werkvloer hadden niets in te brengen”.<br />
Zijn antwoord op de problematiek was doeltreffend. DZB opereerde toen, zoals de meeste<br />
SW-bedrijven in, zoals Ter Haar dat uitdrukte, “de onderkant <strong>van</strong> de jobbermarkt”. In deze<br />
markt ging het steeds om kleine orders, waaraan niet al te hoge eisen werden gesteld en die in<br />
een korte tijdspanne moesten worden afgeleverd. Het nadeel daar<strong>van</strong> was, dat dat werk<br />
nauwelijks te plannen viel. Het moest vaak heel snel afgeleverd worden en dan was er plotseling<br />
niets meer te doen. Het aangaan <strong>van</strong> langdurige samenwerkingsverbanden met bedrijven<br />
68