DE ZONDAGSWET - Bazuin te Sion
DE ZONDAGSWET - Bazuin te Sion
DE ZONDAGSWET - Bazuin te Sion
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
70<br />
“En Salomo zat op de troon des Heren in plaats van zijn vader David”<br />
1 Kron. 29:23. De troon van David was de troon des Heren, en Salomo<br />
zat op de troon des Heren als koning over het aardse koninkrijk van<br />
God. De troonsopvolging in de lijn van David ging door tot Zedekiah,<br />
die onderworpen werd aan de koning van Babylon en hij ging een<br />
plechtig verbond aan met God dat hij een loyaal onderdaan zou zijn<br />
van de koning van Babylon. Maar Zedekiah verbrak zijn verbond met<br />
God; en toen zei God <strong>te</strong>gen hem:<br />
“En gij onheilige, goddeloze, vorst van Israël, wiens dag komt <strong>te</strong>n<br />
tijde van de eindafrekening, zo zegt de Here Here: Neem weg die tulband!<br />
Zet af die kroon! Zo zal het niet blijven. Verhoog wat laag is;<br />
verlaag wat hoog is. Een puinhoop, een puinhoop, een puinhoop zal<br />
Ik ze maken. Maar ook zo zal het niet blijven. Totdat Hij komt die er<br />
recht op heeft en aan wie Ik het geven zal”. Ezechiël 21:25-27.<br />
Het koninkrijk was toen onderworpen aan Babylon. Toen Babylon<br />
viel en opgevolgd werd door Medo-Perzië, werd het de eers<strong>te</strong> keer<br />
omgekeerd. Toen Medo-Perzië viel en opgevolgd werd door Griekenland<br />
werd het voor de tweede keer omgekeerd. Toen het Griekse wereldrijk<br />
plaats maak<strong>te</strong> voor het Romeinse rijk werd het voor de derde<br />
keer omgekeerd. En dan zegt het woord: “Zo zal het niet blijven, totdat<br />
hij komt die er recht op heeft en aan hem zal het gegeven worden”.<br />
Wie is hij die er recht op heeft? “Gij zult zijn naam Jezus noemen.<br />
Hij zal groot zijn en Zoon des Allerhoogs<strong>te</strong>n genoemd worden, en de<br />
Here God zal hem de troon van Zijn vader David geven; en Hij zal<br />
regeren over het huis van David tot in eeuwigheid; en Zijn koninkrijk<br />
zal geen einde nemen”. Lucas 1:31-33. En <strong>te</strong>rwijl hij hier was als “de<br />
profeet” een man van smar<strong>te</strong>n en vertrouwd met ziek<strong>te</strong>, verklaarde Hij<br />
in de nacht waarin Hij verraden werd “Mijn koninkrijk is niet van deze<br />
wereld”. De troon des Heren is dus weggenomen van deze wereld,<br />
en die zal er niet meer zijn, totdat Hij komt die er recht op heeft en