Trainen op de Indoor Rower.pdf - Concept2

Deel 6 : Begrippenlijst
Ademhalingsstelsel Systeem van longen en luchtwegen.
Adenosine Trifosfaat (ATP) De moleculaire brandstof bij de energieproductie in de cel. Er zijn verschillende methoden
voor de regeneratie van ATP, afhankelijk van de intensiteit van de inspanning en de
aanwezigheid van zuurstof
Aërobe training Training waarbij zuurstof gebruikt wordt. Inspanning van lage tot matige intensiteit die
langere tijd kan worden volgehouden. Het vormt de basis van bijna elk
trainingsprogramma.
AN Zie anaërobe training
Anemie Bloedarmoede. Een toestand van het lichaam, waarbij men zich zwak voelt, met een te
lage hoeveelheid rode bloedcellen in het bloed. Dit wordt veroorzaakt door bloedverlies of
een te lage inname van ijzer via de voeding.
Anaëroob alactisch De allereerste fase van de energieproduktie; zonder zuurstof en nog voordat er lactaat
(melkzuur) is aangemaakt.
Anaërobe training Inspanning waarbij geen zuurstof verbruikt wordt. Zware inspanning van korte duur die niet
lang volgehouden kan worden.
AT Zie Lactaat drempel
Autonome leerfase wanneer de sporter een complexe handeling kan uitvoeren met verminderde aandacht
Basal Metabolic Rate (BMR) De som van alle chemische reacties, die plaats hebben in het lichaam in rust.
Calorie Een maat voor de hoeveelheid energie in voeding. Deze wordt gedefinieerd als de
hoeveelheid energie in de vorm van warmte, die nodig is om de temperatuur van 1 kg
water te verhogen met 1 ºC. Let op: in de trainingshandleiding wordt de term calorie
gebruikt, waar 1 kCal (= 1000 Cal) wordt bedoeld.
Cardiovasculair Gerelateerd aan het hart-vaatsysteem
Cognitie De gedachten, geloof en houding van een individue.
Cognitieve leerfase In deze fase leert de sporter de handeling te begrijpen, die ze uitvoeren en ontwikkelt een
mentaal beeld van de handeling
Cooling-down Een periode waarbij op een lage intensiteit aan het einde van een training wordt geroeid.
Het lichaam krijgt de mogelijkheid om tot rust te komen en voorkomt ophoping van bloed
in de spieren.
Creatinefosfaat Een hoog-energetisch fosfaatmolecuul, dat ligt opgeslagen in de spieren en wordt gebruikt
om ATP te resynthetiseren tijdens zeer intensieve inspanning.
De finish Het einde van de haal en het begin van de recover.
De haal Het deel van de roeibeweging waarin kracht wordt geleverd; de machine wordt
aangedreven.
Eiwit Een energieleverend voedingsbestanddeel dat wordt samengesteld uit ketens van
aminozuren. Het komt voor in vlees, vis, melkproducten en in kleine hoeveelheden in
noten en granen.
Enzym Biologische katalysatoren, die worden gebruikt in de controle van chemische reacties in
het lichaam. Karakteristiek zijn de temperatuur en de zuurgraad (pH) waarbij ze optimaal
werken.
Fast-twitch spiervezels Het type spiervezel dat functioneel is bij handelingen met hoge snelheid en kracht en
verkrijgt energie hoofdzakelijk uit het anaërobe systeem.
Golfprincipe van trainen Afwisseling van de trainingsintensiteit tussen zwaar en licht.