Hoofdstuk 5De kanteling van onderzoek en onderwijsIn dit hoofdstuk beschrijven we de consequenties voor onderzoek en onderwijs vanuitde samensturingbenadering, op basis van onze eigen ervaringen en de bijdragen. Eerstbeschrijven we de mogelijkheden om samen onderzoek te doen, met een beschrijvingvan voorwaarden en vaardigheden. In het tweede deel gaan we in op gezamenlijke leertrajecten:samensturing en onderwijs. We beschrijven daarin hoe onderwijs en samensturingelkaar kunnen ondersteunen, aan de hand van de ervaringen met de masterclassOutreachend werken in de Wmo en andere projecten. We sluiten dit hoofdstuk af met eenbeschrijving van onze ervaringen met het samen schrijven van een boek. Op dit hoofdstukvolgen twee bijdragen. In de eerste bijdrage beschrijven Anna van Deth en Lia vanDoorn een samenwerking van zwerfjongeren en onderzoekers bij het uitvoeren van sociaalwetenschappelijk onderzoek. Dit is een onderzoeksbenadering waarbij cliënten nietslechts functioneren als leveranciers van data, maar zelf actief betrokken zijn bij verschillendefasen van het onderzoeksproces. In de tweede bijdrage worden de ervaringenmet de ontwikkeling, uitvoering en verduurzaming van deskundigheidsbevordering vanprofessionals beschreven aan de hand van de masterclass Outreachend werken in deWmo. Daarin wordt beschreven hoe de masterclass samen met de praktijk ontwikkeldwordt en hoe belangrijk het meebewegen van de organisaties zelf is, om het maximaleeffect te sorteren uit de deskundigheidsbevordering.Samensturing in onderzoekDe principes van samensturing hebben niet alleen consequenties voor cliënten en professionals,maar ook voor de manier van onderzoek doen. Een belangrijk aspect van dezebenadering is dat onderzoek wordt gedaan vanuit de belevingswereld van de betrokkenen.Dit doe je door vanuit verschillende perspectieven te kijken, door betrokkenen(cliënten, professionals, vrijwilligers, etc.) te vragen naar hun werkelijkheid en vervolgensdeze werkelijkheden naast elkaar te leggen. De respondenten worden benaderd alsexperts van hun eigen situatie. Van deze expertise wordt gebruik gemaakt, samen metde expertise van anderen, om tot een dieper begrip te komen. De veelstemmige verhalenworden gezien als gezamenlijke leerprocessen. 137Ervaringen uit het JES onderzoekIn september 2009 zijn wij begonnen als onderzoekers bij JES, vanuit de Wmo-werkplaatsAmsterdam. Dit onderzoek bestaat uit twee delen, het praktijkonderzoek (warmonderzoek), waar informatie verzameld wordt, en het tweede gedeelte, waar de verzameldedata geanalyseerd worden aan de hand van theorieën over activiteitssystemen enleermodellen (koud onderzoek). De uitkomsten hiervan worden verwerkt in een onder-137 Deze benadering wordt verder uitgewerkt in het onderzoeksrapport van de Wmo-werkplaats Amsterdam,waar dit hoofdstuk ook gedeeltelijk op is gebaseerd.110 Samensturing in de maatschappelijke opvang
zoeksverslag van de Wmo-werkplaats Amsterdam, vandaar dat we ons in dit boek alleenbeperken tot het eerste deel, het warme onderzoek.Dat het onderzoek soms spanningen opleverde beschreven wij al in onze bijdrageover JES. Het begon er mee dat de eerste versie van het startdocument werd geweigerd,we moesten het maar in “gewone mensentaal” schrijven. Het was het begin van wat wijlater heet onderzoek zijn gaan noemen (als toevoeging op het onderscheid tussen warmen koud onderzoek). De tweede botsing zat al in datzelfde startdocument. De “learninghistory” methode die wij gebruikten, onderscheidt een binnen- en een buitencirkel, debinnencirkel wordt bevolkt door cliënten en uitvoerende professionals, de buitencirkeldoor andere betrokkenen (andere cliënten, managers, stafleden etc.). De binnencirkel ismeermalen geïnterviewd met intervallen van enkele maanden. De buitencirkel slechtséén keer. Door de bewoners van JES werd dit als “uitsluitend” ervaren. Alsof bewonersdie maar één keer geïnterviewd werden minder belangrijk waren. Tijdens een van deinterviews wees een van de bewoners er op dat “daklozen vrij wantrouwend zijn en omdie muur te doorbreken: daar gaat wel tijd in zitten…. en die tijd heb je niet altijd…”Voor het onderzoek naar JES hebben wij interviews gehouden en vergaderingenbezocht maar ook bijgedragen aan projecten, mede op basis van de tussentijdse onderzoeksresultaten.Ook telefonisch contact en wederzijdse bezoeken waren onderdeel vanhet proces om elkaar beter te leren kennen om zo ook de voortdurend veranderendeomstandigheden te kunnen inschatten en weergeven. “Er zijn”, letterlijk en figuurlijk,was in de ogen van de bewoners van JES dé manier om een wederzijds vertrouwen op tebouwen. De bewoners hebben van het begin af aan actief bijgedragen aan het ontwerpen de ontwikkeling van het onderzoek. Hierdoor is de kwaliteit van het onderzoek verbeterden is het onderzoek zo uitgevoerd dat het lijkt bij te dragen aan de ontwikkelingvan JES. Daarnaast hebben we samen workshops voorbereid en gegeven. Tijdens dezemomenten leerden we elkaar beter kennen en ze gaven meer zicht op elkaars sterkeen minder sterke kanten. Daarbij moet wel aangetekend worden dat het wantrouwenvan de bewoners van JES naar grote instituten, waar de Hogeschool van Amsterdam eréén van is, de samenwerking soms kwetsbaar maakte en maakt. Beperkingen waar wijmee te maken hadden, bijvoorbeeld tijdgebrek en de noodzaak van een neutrale houding,werden ons soms kwalijk genomen en als een persoonlijke aanval ervaren. Gelukkigzijn we er altijd weer samen uitgekomen en heeft het geleid tot een beter begripvoor elkaars positie. Het feit dat we iets bij konden dragen, bijvoorbeeld contacten, hetnetwerk wat er vanuit het praktijkinstituut is, de inzet van studenten uit het onderwijsin het onderzoek (of als stage) en de reflectie die de onderzoeksstrategie teweegbracht,en niet alleen maar kwamen halen, heeft het vertrouwen bevorderd. Vooral de reflectiebleek in veel gevallen bij te dragen aan de verdere ontwikkelingen. Door het onderzoek,waarin de geïnterviewden tot reflectie gestimuleerd werden, kwam een denkproces opgang, simpelweg door te vragen: waarom doe je dit of dat? Waarom niet wat anders?Samensturing in de maatschappelijke opvang 111
- Page 1 and 2:
Samensturing in demaatschappelijke
- Page 3 and 4:
Samensturing in demaatschappelijke
- Page 5 and 6:
VoorwoordIn de titel van dit boek s
- Page 7 and 8:
ppHoofdstuk 3: De kanteling van cli
- Page 10 and 11:
InleidingCliënten moeten regie voe
- Page 12:
vinden. Deze wijziging van inzicht
- Page 15 and 16:
deze week wel genoeg bier gedronken
- Page 17 and 18:
tenondersteuners fungeren als verbi
- Page 19 and 20:
De participatieladderParticipatie v
- Page 21 and 22:
tiebenadering het risico herbergt t
- Page 23 and 24:
Actief op je handen zitten: doen do
- Page 25 and 26:
nog steeds heel moeilijk om me er e
- Page 27 and 28:
je nooit hebt kunnen denken dat ze
- Page 29 and 30:
Over de drempel - Adri PalsNiet mee
- Page 31 and 32:
en van zijn positie had gedaan, dus
- Page 33 and 34:
−−Gesubsidieerd door de gemeent
- Page 35 and 36:
Op dit moment wordt Trimbos onderzo
- Page 37 and 38:
de toegang tot organisaties is bepe
- Page 39 and 40:
gebrek aan privacy in JES maakt dat
- Page 41 and 42:
Kenmerkend is dat instituten naar b
- Page 43 and 44:
afwijkend gedrag en op datgene wat
- Page 45 and 46:
eïnvloed worden op het niveau van
- Page 47 and 48:
jij kan zo goed eten koken, kan je
- Page 49 and 50:
niet alleen henzelf helpen, maar oo
- Page 51 and 52:
Samen je leven op de rails krijgen.
- Page 53 and 54:
eperkt voor in het overzicht. Slech
- Page 55 and 56:
sporen van steun aan de jongeren zi
- Page 57 and 58:
In 1999 wees het Catharijnehuis in
- Page 59 and 60:
Ontwikkeling en samenwerkingNaast f
- Page 62 and 63: Hoofdstuk 3De kanteling van cliënt
- Page 64 and 65: wensbanden en, in de ogen van de da
- Page 66 and 67: gebruiken van iemand anders. Door s
- Page 68 and 69: De NuNN, opvang in zelfbeheer - Kar
- Page 70 and 71: vanuit betrokkenheid. Vanuit die pr
- Page 72 and 73: −−−−Zelfstandig werkenAnder
- Page 74 and 75: zelfbeheer. De rollen zijn in hoge
- Page 76 and 77: tussen het persoonlijke en het func
- Page 78 and 79: geformuleerd, bijvoorbeeld werk zoe
- Page 80 and 81: iets voelde en al helemaal geen lev
- Page 82 and 83: elatie proberen op te bouwen dient
- Page 84: ervaringsdeskundigheid inhoudt en w
- Page 87 and 88: vidu en zijn omgeving en op de gren
- Page 89 and 90: Duidelijke afspraken over wie zich
- Page 91 and 92: Eerder beschreven we al dat het voo
- Page 93 and 94: egie versterken” zijn dat: uitgaa
- Page 96 and 97: Cliënt Centraal - Ferdinand van de
- Page 98 and 99: Er zijn overheden en verzekeraars d
- Page 100 and 101: Tot slotIn gesprek gaan met de cli
- Page 102 and 103: werken. Om ze de kunst af te kijken
- Page 104 and 105: Een zelfde benadering spreekt uit h
- Page 106 and 107: leving omwille van adequate redenen
- Page 108 and 109: woningen aan de zelfde doelgroep di
- Page 110 and 111: De bewoner is cliënt van het hele
- Page 114 and 115: Het praktijkdeel van het onderzoek
- Page 116 and 117: Paul Gendreau, Claire Goggin en Pau
- Page 118: ook zij dat het samen onderzoek doe
- Page 121 and 122: we dit onderzoek en de rol daarbij
- Page 123 and 124: Meerwaarde voor de medeonderzoekers
- Page 125 and 126: kwaliteit van het onderzoek. De ond
- Page 127 and 128: Tot besluitDe werkwijze in Combatin
- Page 129 and 130: Inhoud masterclassBij het ontwerp o
- Page 131 and 132: Enige bijzondere uitvloeisels van d
- Page 134 and 135: Hoofdstuk 6Samensturing, samenvatti
- Page 136 and 137: ken. Ook belangrijk is kennis over
- Page 138: ConclusieSamensturing is een veelom
- Page 142 and 143: Over de auteursMax A. Huber is juni
- Page 144 and 145: Matthijs Verbeek volgde de opleidin
- Page 146 and 147: BibliografieBijdragenMax Huber & Ti
- Page 148 and 149: ppBerg, N. van de, Buster M. & Wiff
- Page 150 and 151: Family Group Conferencing For Homel
- Page 152: Websitesppwww.eigen-kracht.nlppwww.