04.09.2013 Views

Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel

Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel

Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

in de andere wijk hoorde, hetwelk ook de reden geweest was, dat hij absent<br />

ware gebleven, waarbij ook kwam, dat hij het niet hadde geweten, dat de<br />

brandspuit geprobeert wierd, en derhalven verzogt om te werden vrijgesproken<br />

van de boete.<br />

Waarover gedelibereert zijnde, is door de meerderheid geresolveert om<br />

voornoemde redenen hem te excuseeren van de boete, dog zoo dat hij in het<br />

najaar bij de andere wijk zal werden gevoegt.<br />

Is gecompareert de burger Teunis Lamme, dewelke uit hoofde zijn extract<br />

uit de notulen niet opgeeft, dat de landsloots is gesteld op dat erf, waarvan het<br />

huis is geplunderd en afgebroken in den jare 1787, verzoekt dat hetzelve er<br />

noch word bijgevoegd, waarop de voorzitter aanmerkte dat zulks volstrekt<br />

geen plaats kan hebben, vermits zodanig extract letterlijk moet werden<br />

geschreven, waarop Lamme vervolgens verzogt om het dan afzonderlijk bij<br />

wijze van declaratoir te mogen hebben.<br />

Waarover gedelibereert zijnde, is unaniem geresolveert, aan zijn verzoek te<br />

voldoen en tevens daarbij te voegen, de pretensie welke het dorp heeft, door<br />

het plaatzen en verplaatzen van gemelde loots op het hoofd en op het erf<br />

bovengemeld, bedragende f 62:17:4, ingevolge overgeleverde notitie aan het<br />

Administratief Bestuur van het voormalig Gewest Holland.<br />

Zijn gecompareert Abraham Ab. de Ruijter en Gerrit Bijl, als gedagvaart<br />

door de schout uit hoofde van weigering van het betalen der boetens bij het<br />

absent blijven, bij het proberen der brandspuit, dewelke door de voorzitter<br />

wierd gevraagt na de reden van weigering, waarop zij zeiden, het te verdoemen<br />

om te betalen, want dat zij hadden gewaarschuwd aan de secretaris, waarop<br />

de schout zeide dat zulks niet voldoende was, dat 't reglement zeide, dat bij<br />

hem of bij een van de brandmeesters moest kennis worden gegeven indien<br />

men volstrekt niet kan. Waarop de secrets te kennen gaf, hoe zich dit geval<br />

had toegedragen, waaruit duidelijk bleek dat hij niets meer had gedaan dan<br />

hij als mensch verplicht was en haar in geenen deele vrijheid hadde gegeven<br />

om weg te blijven, waarop gedelibereert zijnde, is geresolveert die zaak verder<br />

te termineeren en haar tot haar pligt brengen.<br />

Is gecompareert S.L. Cohen, dewelke zich beklaagde over Adam Weeda, uit<br />

hoofde hij aan hem had geleverd 140 lb. vlees à 2½ per pond, en dus ƒ 17.10-<br />

.- bedragende, 't welk hij weigerd te betalen.<br />

Vervolgens compareerde Adam Weeda, aan dewelke door de voorzitter wierd<br />

onder 't oog gebragt, 't geen S.L. Cohen hadde gezegt, waarop Weeda antwoorde,<br />

dat hij in 't najaar 1796 een vet kalf had gehad, en bij S.L. Cohen ware<br />

gekomen en gevraagt of hij hetzelve wilde koopen, en het zo ver was gekomen,<br />

dat hij dat kalf had geruijld tegen een 2jarige vaars, mits 10 tonnen<br />

aardappelen er op toe, welke vaars Cohen zeide dat met kalf was en om<br />

kerstmis moest kalven, en dat zoo niet zijnde, hij dan dezelve weder zoude na<br />

zich nemen, en een daalder voor de ton aardappelen betalen, dat vervolgens<br />

naar verloop van eenige weken, gemelde vaars was tuchtig geworden ('t welk<br />

door hem aan Cohen was gezegt) en dus oordeelde dat die koopmanschap<br />

ongedaan was, omdat het niet uitkwam zoals hij had gezegt, dog dat Cohen<br />

daar niet heen wilde, dat vervolgens kersmis, en Nieuwe Jaar zelvs voorbij<br />

zijnde, hij aan hem hadde gezegd, Je moet uw beest thuis halen, dog daarop<br />

notulenboeken <strong>1795</strong>-1813 1

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!